1. ...sé describir alguien kan ik iemand beschrijven
2. ...sé usar los pronombres kan ik de voornaamwoorden (correct) gebruiken
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1
Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Metas Doelen
Después de esta clase... Na deze les...
1. ...sé describir alguien kan ik iemand beschrijven
2. ...sé usar los pronombres kan ik de voornaamwoorden (correct) gebruiken
Slide 1 - Diapositive
¿Cómo es ... de aspecto físico?
Slide 2 - Diapositive
alto
moreno
feo
largo
grande
mayor
recogido
suelto
rubio
bajo
guapo
corto
pequeño
joven
Slide 3 - Question de remorquage
Esteban is lang.
A
Esteban es bajo.
B
Esteban es largo.
C
Esteban es guapo.
D
Esteban es alto.
Slide 4 - Quiz
Elige la frase verdadera.
A
Tiene el pelo moreno.
B
Tiene los ojos azules.
C
Tiene el pelo liso.
D
Lleva coleta.
Slide 5 - Quiz
Describe a este hombre en tres frases.
Slide 6 - Question ouverte
Describe a esta mujer en tres frases.
Slide 7 - Question ouverte
Un chico
A
simpático
B
simpática
C
simpáticos
D
simpáticas
Slide 8 - Quiz
Una chica
A
vago
B
vaga
C
vagos
D
vagas
Slide 9 - Quiz
Mis mejores amigos son
A
tranquilo
B
tranquila
C
tranquilos
D
tranquilas
Slide 10 - Quiz
Mi mejor amigo es
A
inteligento
B
inteligente
C
inteligentos
D
inteligenta
Slide 11 - Quiz
Sara no es
A
tonto
B
tonte
C
tonta
D
tonti
Slide 12 - Quiz
Als bijvoeglijk naamwoord (mnl/ev) eindigt op een -o, weet je:
A
dat het maar 1 vorm heeft
B
dat het eigenlijk 2 vormen heeft
C
dat het eigenlijk 4 vormen heeft
D
niets over hoe je het moet ombuigen
Slide 13 - Quiz
Als bijvoeglijk naamwoord (mnl/ev) eindigt op een -e, weet je:
A
dat het maar 1 vorm heeft
B
dat het eigenlijk 2 vormen heeft
C
dat het eigenlijk 4 vormen heeft
D
niets over hoe je het moet ombuigen
Slide 14 - Quiz
Als bijvoeglijk naamwoord (mnl/ev) eindigt op een -n [joven], weet je:
A
dat het maar 1 vorm heeft
B
dat het eigenlijk 2 vormen heeft
C
dat het eigenlijk 4 vormen heeft
D
niets over hoe je het moet ombuigen
Slide 15 - Quiz
Als bijvoeglijk naamwoord (mnl/ev) eindigt op een -l [azul], weet je:
A
dat het maar 1 vorm heeft
B
dat het eigenlijk 2 vormen heeft
C
dat het eigenlijk 4 vormen heeft
D
niets over hoe je het moet ombuigen
Slide 16 - Quiz
Als bijvoeglijk naamwoord (mnl/ev) eindigt op een -r [hablador], weet je:
A
dat het maar 1 vorm heeft
B
dat je er een -o achter moet zetten voor mnl ev
C
dat het mnl en vrl gelijk zijn aan elkaar
D
dat je er een -a achter moet zetten voor vrl ev
Slide 17 - Quiz
Als bijvoeglijk naamwoord (mnl/ev) eindigt op een -a [optimista], weet je:
A
dat je 'm moet ombuigen naar -o
B
dat het vrl/ev moet eindigen op een -e
C
dat het eigenlijk 4 vormen heeft
D
dat zowel mnl als vrl ev eindigen op een -a
Slide 18 - Quiz
Describe a tu novio/a ideal en tres frases (aspecto físico y carácter)
Slide 19 - Carte mentale
Persoonlijk voornaamwoorden
Welke 12 persoonlijk voornaamwoorden bestaan er in het Spaans? Schrijf ze allemaal op in je schrift.
Slide 20 - Diapositive
Pronombres personales
Slide 21 - Diapositive
Escribe las combinaciones en tu cuaderno
Slide 22 - Diapositive
Presentaciones
¡paraun punto extraen la última prueba de este año!
Slide 23 - Diapositive
Metas Doelen
Después de esta clase... Na deze les...
1. ...sé usar los pronombres kan ik de voornaamwoorden (correct) gebruiken
- personales (persoonlijke)
- posesivos (bezittelijke)
Slide 24 - Diapositive
Bezittelijke voornaamwoorden
In de vorige les heb je de persoonlijk voornaamwoorden herhaal. Wat zijn de bezittelijke voornaamwoorden? Vertaal:
mijn boek - mijn zusjes - jouw bureau - jouw kamer - haar rugtas - zijn haar - zijn mobiele telefoon - onze katten - onze leraar - jullie schriften - hun huiswerk - uw kinderen - uw bril - uw huis
Slide 25 - Diapositive
Yo/tú/él vs me/te/le
Wanneer yo/tú/él en wanneer me/te/le?
Slide 26 - Diapositive
Yo/tú/él vs me/te/le
Me/te/le/nos/os/les gebruik je alleen met 'gustar' en werkwoorden die op dezelfde manier worden vervoegd, zoals: 'encantar', 'enfadar', 'molestar' (zie werkblad ww zoals gustar).