H9.1 De Eerste Wereldoorlog

De Eerste Wereldoorlog
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

Cette leçon contient 26 diapositives, avec diapositives de texte et 6 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

De Eerste Wereldoorlog

Slide 1 - Diapositive

Tijd van Wereldoorlogen
  • uitleggen welke drie (dieperliggende) oorzaken er zijn voor WOI 
  • uitleggen welke aanleiding er was voor WOI
  • uitleggen wat WOI kenmerkte op het gebied van oorlogvoering 8.4. ... uitleggen waarom loopgraven zorgden voor een langere oorlog 8.5. ... uitleggen wat de oorzaken zijn van de Russische revolutie
  • uitleggen waarom dit conflict een wereldoorlog werd
  • verklaren waarom 1917 een kantelpunt was in de oorlog
  •  minimaal drie afspraken uit het Verdrag van Versailles benoemen 1.10... twee gevolgen benoemen van WOI
  • De Eerste Wereldoorlog
  • Roaring 20's
  • Crisisjaren
  • Onafhankelijkheidsbewegingen
  • De Tweede Wereldoorlog

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Oorzaken van de oorlog
Indirecte oorzaken: 
  1. Militarisme. (& wapenwedloop)
  2. Nationalisme. 
  3. Economische concurrentie 
  4. Bondgenootschappen.
  5. Modern-Imperialisme

Slide 5 - Diapositive

Frans-Duitse oorlog (nationalisme)
Frans-Duitse oorlog: 

  • Duitse staten onder leiding van de Pruisen verslaan Frankrijk. (Otto von Bismarck - Realpolitiek)
  • In Versailles wordt het Duits Keizerrijk uitgeroepen onder leiding van Keizer Wilhelm
  • Frankrijk verliest het grondstof
  • rijke Elzas-Lotharingen. 
  • Frankrijk wil wraak. (revanchegedachte)

Slide 6 - Diapositive

Oorzaken van de oorlog
Duitsland: 
  • Duitsland was na de éénwording, een groot land geworden. 
  • Duitsland vond dat het meer recht had op invloed en kolonies. 
  • Om deze invloed te krijgen begon Duitsland zijn marine en leger te vergroten. 
  • Hierdoor startte er een wapenwedloop tussen Groot-Britannie en Duitsland. 

Slide 7 - Diapositive

Oorzaken van de oorlog
Groot-Britannie: 
  • Grootste Wereldmacht. 
  • Voelde zich bedreigd door Duitsland. (Keizer Wilhelm voerde een Weltpolitik)

Slide 8 - Diapositive

Oorzaken van de oorlog
Machtsblokken:
De Triple Alliantie/De Centralen: 
  1. Duitsland
  2. Oostenrijk-Hongarije

De Triple Entente/ De Geallieerden: 
  1. Frankrijk
  2. Rusland
  3. Groot-Brittannie

Slide 9 - Diapositive

Oorzaken van de oorlog
Rusland: 
  • Belangrijk tijdens de oorlog tegen Napoleon. 
  • Wilde gebruik maken van het zwakke Ottomaanse rijk. 
  • Wilden hun macht vergroten (Balkan)

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

De oorlog breekt uit
  • De dader was een Servische nationalist.
  • Oostenrijk-Hongarije wilden Servie hiervoor straffen. 
  • Duitsland beloofde Oostenrijk-Hongarije hiervoor steun. 
  • Servie had steun van Rusland. 
  • Rusland had weer de steun van Frankrijk. 
  • Op 28 juni verklaarde Oostenrijk-Hongarije, Servie de oorlog. 
  • Hierop mobiliseerde Rusland zijn leger. 
  • Waarop Duitsland, Rusland de oorlog verklaarde.
  • Frankrijk had zijn leger ook gemobiliseerd. 
  • Waarop Duitsland ook Frankrijk de oorlog verklaarde. 

Slide 12 - Diapositive

Oorlog breekt uit
  1. Om een tweefrontenoorlog te voorkomen en daarom snel met Frankrijk af te rekenen valt Duitsland, België binnen.  (von Schlieffenplan)
  2. Daarop verklaart Groot-Brittanië, Duitsland de oorlog. 
  3. Begint succesvol, de Duitsers worden op 70km van Parijs gestopt. 
  4. Om hun posities te verdedigen graven zij zich in. 
  5. Tweefrontenoorlog

Slide 13 - Diapositive

De oorlog breekt uit
  1. Overal ter wereld werd gevochten. 
  2. Troepen uit de koloniën vochten ook mee op de Europese slagvelden.  

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Oorlogsverloop
  1. Door het Russisch rijk enorm was, dus verwachtte snelle mobilisatie. 
  2. Mobilisatie van Rusland duurde 3 weken
  3. De Russische opmars werd snel gestopt.
  4. Februari 1917 vindt de Februarirevolutie plaats: de Tsaar moet aftreden. 
  5. De nieuwe (Democratische) regering zet de strijd met Duitsland voort. 
  6. Na de Oktoberrevolutie, komen de communisten van Lenin aan de macht en zij sluiten vrede met Duitsland

Slide 16 - Diapositive

Oorlogsverloop
  1. Met de vrede van Brest-Litovsk moeten de Russen land afstaan. 
  2. Door de vrede met Rusland kunnen de Duitsers soldaten van het oostfront naar het westfront sturen. 
  3. Hierdoor veroveren de Duitsers voor het eerst in 4 jaar weer land. 
  4. Maar met de hulp van de Amerikanen wordt deze aanval afgeslagen. 
  5. Dit zal het laatste offensief van de Duitsers zijn in het Westen. 

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Zimmermanntelegram

Slide 19 - Diapositive

Oorlogsverloop
  1. Begin 1917 verklaart Amerika, Duitsland de oorlog. 
  2. Amerikanen aandeel in het begin klein
  3. Maar in 1918 arriveren 250.000 Amerikaanse soldaten per maand. 
  4. Met behulp van de Amerikanen en de nieuwe wapens slaan de geallieerden de Duitsers terug, waarop op 11 november 1918 , om 11:11, er een wapenstilstand . 
  5. Vlak voor de wapenstilstand vlucht de Duitse keizer naar Nederland. 
  6. Dit wordt gezien als het einde van de oorlog. Officieel eindigt de oorlog pas in 1919 met de Vrede van Versailles. 

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Slide 22 - Vidéo

Vrede van Versailles
Gevolgen van de vrede: 
Duitsland kreeg de schuld 'dictaat van Versailles' 
  1. Duitsland moest een enorme herstel betaling doen. 
  2. Verloor Elzas-Lotharingen. 
  3. Verloor gebied aan Polen. 
  4. Verloor zijn koloniën. 
  5. Max een leger van 100.000

Slide 23 - Diapositive

Verwoesting
  1. Eerste oorlog waar burgers in de frontlinie stonden. 
  2. Door de ontwikkeling van nieuwe wapens (machinegeweren) sneuvelden meer soldaten. 
  3. Inzet van massavernietigingswapens (Gifgas). 
  4. Veel soldaten krijgen last van oorlogstrauma's (PTSD/Shellshock). 

Slide 24 - Diapositive

Betrokken burgers
Productie: 
  1. Grotere verwoestingen door massavernietigingswapens 
  2. Frontlinie ipv veldslagen
  3. Door de oorlog kwam er een oorlogsindustrie. 

Slide 25 - Diapositive

Aan de slag: afmaken en inleveren 9.2 

Slide 26 - Diapositive