3.1 Reactiekenmerken

Hoofdstuk 3: Chemische reacties
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 3: Chemische reacties

Slide 1 - Diapositive

Chemische reactie






Bij een chemische reactie verdwijnen stoffen én er ontstaan nieuwe stoffen.

  • beginstoffen:  De stoffen die bij de chemische reactie verdwijnen
  • reactieproducten:  de stoffen die ontstaan bij een chemische reactie

Slide 2 - Diapositive

Chemische reactie: stofeigenschappen veranderen
Beginstoffen                                     Reactieproducten

Slide 3 - Diapositive

Reactieschema
Verbranding van methaan waarbij koolstofdioxide en water ontstaan.
Begin: Methaan en Zuurstof
Eind: Koolstofdioxide en Water
Methaan(g) + Zuurstof(g) --> Koolstofdioxide(g) en Water(l)

Slide 4 - Diapositive

Reactie temperatuur
Waarom gebeuren veel chemische reacties niet zomaar?

Als ik een waxinelichtje aan wil steken, moet ik er bijvoorbeeld een vlammetje bij houden. 

reactietemperatuur: de minimale temperatuur waarbij
een bepaalde chemische reactie verloopt


Slide 5 - Diapositive

Energie-effect   1/2
Een belangrijk kenmerk van een chemische reactie is het energie-effect.
Elke chemische reactie is exotherm of endotherm

exotherme reactie: 
  • Er komt energie vrij. 
  • Energie komt vrij in de vorm van warmte, licht, en/of geluid. 
  • Houdt zichzelf in stand


Slide 6 - Diapositive

Energie-effect   2/2
endotherme reactie: 
  • Er is continu energie nodig
  • Dit kan aangevoerd worden door bijv. warmte, licht, of elektriciteit
  • Stopt vanzelf zonder energie aanvoer.


voorbeeld: eitje bakken

Slide 7 - Diapositive

Reactiesnelheid     
Reactiesnelheid: Hoe snel een reactie verloopt. Dit geeft aan hoeveel stof er per seconde weg reageert of ontstaat. 


Er zijn vijf factoren die invloed hebben op reactiesnelheid.
Je moet ze alle vijf kennen, en kunnen zeggen welke invloed ze hebben.           

Slide 8 - Diapositive

1. soort beginstof

De ene stof reageert simpelweg sneller dan de andere stof.

Magnesium + zoutzuur =    snel
Zink + zoutzuur =           langzaam



2. verdelingsgraad

Hoe fijner de stof verdeeld is, hoe sneller het reageert.

metaal poeder + zoutzuur =     snel
metaal blok + zoutzuur =  langzaam

Slide 9 - Diapositive

3. concentratie

Hoe hoger de concentratie van de beginstoffen, hoe sneller het reageert.




4. temperatuur

Hoe hoger de temperatuur, hoe sneller het reageert



Slide 10 - Diapositive

5. katalysator
Je kunt de reactiesnelheid beïnvloeden door een hulpstof toe te voegen. Een katalysator zorgt ervoor dat een reactie sneller verloopt.

katalysator: een stof die een reactie sneller 
laat verlopen. De katalysator wordt niet verbruikt 
(je kunt hem dus hergebruiken).

enzym: een biologische katalysator

Slide 11 - Diapositive

herhaling
  • Wat is het kenmerk van een chemische reactie?
  • Welke 5 factoren beïnvloeden de reactiesnelheid?
  • Wat is het verschil tussen een exotherme en een endotherme reactie?

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Antoine Lavoisier

Wet van behoud van massa

Slide 14 - Diapositive

Wikipedia:

Slide 15 - Diapositive

Monsieur Lavoisier
Via verschillende experimenten ontdekte Lavoisier dat bij reacties de totaalmassa van de beingstoffen altijd gelijk is aan totaalmassa van eindstoffen.

Slide 16 - Diapositive

De wet van behoud van massa :

totaalmassa vóór de reactie
totaalmassa ná de reactie

of nóg korter:
mvoor=mna

Slide 17 - Diapositive

Wet van behoud van massa

Slide 18 - Diapositive

Wet van behoud van massa

Slide 19 - Diapositive