WOI

De Eerste Wereldoorlog (1914-1918)
 Hoofdstuk 3 Oorlog en Crisis 
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 43 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

De Eerste Wereldoorlog (1914-1918)
 Hoofdstuk 3 Oorlog en Crisis 

Slide 1 - Diapositive

Oorlog en crisis
Feiten op een rijtje
  • - Duur: 1914 - 1918
  • - Centralen vs. Geallieerden


  • We maken samen de oriëntatie.
Centralen
Geallieerden
Duitsland
Groot-Brittannië
Oostenrijk-Hongarije
Frankrijk
Ottomaanse rijk
Rusland

VS (1917)

Slide 2 - Diapositive

§3.1 Oorzaken van de oorlog

  • 1. Nationalisme
  • 2. Modern Imperialisme
  • 3. Wapenwedloop
  • 4. Militarisme
  • 5. Bondgenootschappen 
  •  

Slide 3 - Diapositive

Vele spanningen (oorzaken)
Welke druppel deed de emmer doen 
overlopen? 

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Veelvolkerenstaat

Slide 6 - Diapositive

Vermoord in Sarajevo

Bezoek van Frans-Ferdinand aan Sarajevo, kort voor de moordaanslag.
28 juni 1914

Slide 7 - Diapositive

Museum in Wenen

Slide 8 - Diapositive

In Europa waren twee fronten, in het oosten veroverden de Centralen grote gebieden van Rusland. In het westen lag het front stil, ingegraven in loopgraven.

Slide 9 - Diapositive

Loopgraven
Muurvast front

Slide 10 - Diapositive

Moderne wapens
De wapenindustrie zorgde al voor de oorlog voor een grote hoeveelheid nieuwe en moderne wapens, zoals de machinegeweer, (gifgas) granaat, mijn en de vlammenwerper.

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Duitsland verliest
1917 Rusland sluit een wapenstilstand met Duitsland .
VS verklaart de oorlog aan Duitsland en in 1918 komen honderdduizenden goede bewapende soldaten uit de VS aan in Europa.
11 november 1918 Duitsland geeft zich over.
Duitse krijgsgevangenen ondersteund door Engelse soldaten.

Slide 13 - Diapositive

Maak de opdrachten bij § 3.1

Slide 14 - Diapositive

§3.2
Rusland wordt communistisch
A
Onvrede en verandering
Leerdoel:
  • Je kunt drie redenen noeman waarom mensen in Rusland in opstand kwamen
Rond 1900:

  • De tsaar had alle macht
  • Veel armoede, weinig industrie
  • Landbouwgrond in handen adel en tsaar
  • Meeste Russen waren arme boeren
Begrippen:
  • communisme

Slide 15 - Diapositive

§3.2
Rusland wordt communistisch
A
Onvrede en verandering
Onrust door de Eerste Wereldoorlog

  • Hoge voedselprijzen
  • Stakingen
  • Demonstraties

Slide 16 - Diapositive

§3.2
Rusland wordt communistisch
A
Onvrede en verandering
Communisme

  • Idee komt van Karl Marx
  • Idereen evenveel macht en bezit
  • Komt op voor de arbeiders
  • "Klasseloze maatschappij"
  • Komen in opstand tegen de tsaar

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

§3.2
Rusland wordt communistisch
A
Onvrede en verandering
Russische revolutie

  • Februari 1917: de tsaar wordt afgezet en gevangen genomen
  • Er komt een voorlopige regering
  • Oorlog wordt voortgezet
  • Lenin beloofd brood, vrede en land
  • Oktober 1917: communisten grijpen de macht

Slide 19 - Diapositive

§3.2
Rusland wordt communistisch
B
De Sovjet-Unie
Leerdoel:
  • Je kunt uitleggen wat de communisten veranderden in het bestuur, de economie en in de samenleving in Rusland
Sovjet-Unie

  • 1 politieke partij toegestaan: communistische partij
  • Iedereen gelijk
  • Grond en fabrieken bezit Sovjet-Unie
  • Mensen opvoeden tot goede communisten
Begrippen:
  • planeconomie
  • propaganda
  • massacommunicatie

Slide 20 - Diapositive

§3.2
Rusland wordt communistisch
B
De Sovjet-Unie
1 politieke partij toegestaan: communistische partij
 
  • Iedereen mocht lid worden
  • Kleine groep communisten bestuurden het land

Slide 21 - Diapositive

§3.2
Rusland wordt communistisch
B
De Sovjet-Unie
Iedereen gelijk

  • Iedereen dezelfde rechten
  • Mannen en vrouwen gelijk
  • Iedereen zelfde loon
  • Onderwijs voor iedereen
  • Gratis gezondheidszorg

Slide 22 - Diapositive

§3.2
Rusland wordt communistisch
B
De Sovjet-Unie
Grond en fabrieken bezit Sovjet-Unie

  • Landbouwgrond opnieuw verdelen
  • Elke boer een stukje grond
  • Opbrengsten afstaan aan communistische partij
  • De regering bepaalde wat en hoeveel er in fabrieken werd gemaakt
  • Fabrieken mochten geen winst maken, maar doelen van de partij halen
  • Planeconomie

Slide 23 - Diapositive

§3.2
Rusland wordt communistisch
B
De Sovjet-Unie
Mensen opvoeden tot goede communisten

  • Goede communisten werkten hard en hielpen de Sovjet-Unie vooruit
  • Propaganda
    - posters
    - kranten
    - film
    - radio
    Massacommunicatie 

Slide 24 - Diapositive

§3.2
Rusland wordt communistisch
C
Leven in een dictatuur
Leerdoel:
  • Je kunt met twee voorbeelden uitleggen dat de Sovjet-Unie onder het communisme een dicatuur werd
Dictatuur

  • Kritiek op de partij verboden
  • Partij bepaalde wat er op scholen, bieb, vakbonden en clubs geleerd en gezegd mocht worden
  • Geheime politie
  • Strafkampen in Siberië

Beginjaren:
  • Boeren en arbeiders steunen het communisme
    - recht op medische zorg
    - recht op scholing
    - beter salaris 
     

Slide 25 - Diapositive

§3.2
Rusland wordt communistisch
C
Leven in een dictatuur
Tegenstanders

  • Mensen die macht en bezittingen kwijt raakten
    - adel
    - fabriekseigenaren
  • Voorstanders van democratie

  • Politieke partij liet tegenstanders oppakken
  • Door angst de macht houden 

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Het verdrag van Versailles
Op 28 juni 1919 tekenen de deelnemende landen het Verdrag van Versailles.
Duitsland heeft geen invloed op het verdrag van Versailles. 

Slide 30 - Diapositive

Verdrag van Versailles
Duitsland mag geen groot leger meer hebben. 
Duitsland moet een Enorme schadevergoeding betalen.
Duitsland raakt haar kolonies kwijt. 
Duitsland wordt kleiner, hieruit is polen ontstaan. 

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Facisme
  • Geen democratie, maar één leider die alle macht heeft en aan wie iedereen gehoorzaamt
  • Nationalisme
  • Geweld verheerlijken
  • Persoonsverheerlijking

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Consumptiemaatschappij

Slide 35 - Diapositive

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Diapositive

Crisis jaren 1930
  • Beurs 
  • 24 oktober 1929: Beurskrach
  • Economische crisis (depressie)
  • Koersen bleven dalen
  • Indirecte oorzaak: overproductie
  • Kopen op krediet

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Vidéo

NSDAP
  • Duitsland machtig leider nodig.
  • Duitse volk moest één zijn.
  • Geweld gebruiken was nodig.
  • Nationalisme, einde verdrag van Versailles.
  • Joden schuldig aan verlies WOI

Ideeën lijken op facisme. Wat is het verschil?

Slide 42 - Diapositive

NSB

  • NSB (NationaalSocialistische Bond) 
  • Leider van de NSB is Anton Mussert.
  • Steun aan Hitler
  • Partij kreeg nooit meer dan 8% van de stemmen.

Slide 43 - Diapositive