Bloedsomloop

Bloedsomloop
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
Cursus 0MBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Bloedsomloop

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de antwoorden naar de juiste plek
Centraal zenuwstelsel
Zenuwen

Slide 2 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

De hersenen horen bij....
A
Centrale zenuwstelsel
B
Zenuwen
C
Perifere zenuwstelsel
D

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Doelen
De student kan het verschil uitleggen tussen de grote en kleine bloedsomloop

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions







kleine bloedsomloop






grote bloedsomloop
Dubbele bloedsomloop

Slide 6 - Diapositive

Het hart zorgt ervoor dat het bloed stroomt. Het hart is een grote spier. Er zijn twee verschillende bloedsomlopen. 
- de kleine bloedsomloop 
- en de grote bloedsomloop
De bloedsomloop
Het bloed circuleert in twee gescheiden systemen die in het hart bij elkaar komen.

  • De grote bloedsomloop (lichaamscirculatie)
  • De kleine bloedsomloop (longcirculatie)

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kleine bloedsomloop
Grote bloedsomloop
Kleine en grote bloedsomloop

Slide 8 - Diapositive

Klik op het geluid icoontje 
Bloedsomloop
  • hart pompt bloed rond
  • ophalen zuurstof
  • afgeven zuurstof 
  • kleine en grote bloedsomloop

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dubbele bloedsomloop

Slide 10 - Diapositive

juiste volgorde van pijlen 
Geeft koolstofdioxide aan de longen
A
Kleine bloedsomloop
B
Grote bloedsomloop

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat voor bloedsomloop heeft de mens?
A
Open bloedsomloop
B
Enkele bloedsomloop
C
Dubbele bloedsomloop

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bloeddruk
Hoge bloeddruk
Lage bloeddruk

Slide 13 - Diapositive

Met de bloeddruk meet je de druk in de aders. Zowel een hoge bloeddruk als een lage bloeddruk kunnen een symptoom zijn voor afwijking in het menselijk lichaam. 

Bij een te hoge bloeddruk is het hart te veel belast. Dit kan leiden tot hartfalen: het hart moet harder werken dan goed is. Ook andere hartziektes, zoals ritmestoornissen en een hartinfarct kunnen het gevolg zijn van hoge bloeddruk. 

Een te lage bloeddruk is ook niet goed. De weefsels van het lichaam krijgen in dat geval niet genoeg zuurtstof en werken niet goed. Een client kan duizelig zijn of vermoeid. De bloeddruk wordt gemeten met een band om de arm van de client. Een helpende mag de bloeddruk niet op te meten. 

In het tabel kun je zien of een te hoge of lage bloeddruk hebt. 
Bloeddruk

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Iemand heeft een bloeddruk van 150/90, deze persoon heeft een...
A
Hoge bloeddruk
B
Gezonde bloeddruk
C
Lage bloeddruk

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De hartslag in 3 fasen

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

vragen
VRAGEN? 

Slide 17 - Diapositive

zijn er vragen?