De Noordse woelmuis

• Aardrijkskunde
• HBO
• Studiejaar 1

De Noordse woelmuis

De Noordse woelmuis

6 soorten woelmuizen

Microtus agrestis

Aardmuis

Myodes glareolus

Rosse woelmuis

Microtus arvalis

Veldmuis

Arvicola amphibius

Woelrat

Microtus subterraneus

Ondergrondse woelmuis

Microtus oeconomus

Noordse woelmuis

Leefgebied en verspreiding

Bruine tot zwarte rugvacht

Meestal (donker) grijze buikvacht, lichter komt ook voor.

Relatief lange staart: 24 - 77 mm.

De oren vallen nauwelijks op.

Vrij grote, donkere achterpoten met contrasterende witte nageltjes

Kop - romplengte: 95 - 161 mm

Gewicht: 15 - 103 gram

Alexandromys oeconomus arenicola (voorheen Microtus oeconomus arenicola)

Leefwijze en voedsel

• 's Zomers vooral 's nachts actief
• 's Winters vooral overdag actief
• Kan goed zwemmen en duiken
• Kan goed graven (je ziet dan kleine 'molshopen')

• groene delen van riet, biezen, zeggen en grassen
• 's Winters: wortels, zaden en schors
• Soms: insecten

Bedreiging en bescherming 

Staat op de Rode Lijst van bedreigde en kwetsbare zoogdieren

Kwetsbaar vanwege:

- concurrentie leefgebied aardmuis en veldmuis

- afname van drassig gras- en rietland

- stabiel lager grondwaterpeil

- industrie

- vuilstort

- toenemende recreatiedruk

Bescherming:

- behoud gebied voor Noordse woelmuis als enige soort

- oeverbeheer

- periodiek maaien

Verblijfplaats en voortplanting

• Mannetjes: ca 2 km2 gebied
• Vrouwtjes: ca 500 m2 gebied 
  

• Meestal gangen onder de grond: nest- en voorraadkamers
• Diameter holletjes: 4 - 5 cm
• In ondiepe kamers: 's winters voedselvoorraden

• Soms nesten onder riethopen
• 's Winters grotere, zorgvuldigere nesten dan 's zomers

• Voortplanting: april - oktober
• 3 - 4 worpen met gemiddeld 3 - 7 jongen
• Draagtijd: ca 21 dagen

Dit eet de Noordse woelmuis

Groene delen van riet

Biezen

Zeggen

Grassen

Insecten

Wortels

Zaden

Schors

Noten

Besjes

Knoppen

vruchten

Bollen