Lezen en woordjes

• Engels
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 1

Today we're going to read short texts and answers questions about it

Wat moet
Garfield?

1. op zijn manieren letten
2. Niet het eten opeten van zijn baas?
3. Hij weegt te veel, dus afvallen

1. Waar
2. Niet waar

Wolverine heeft speciale krachten. welke?

1. hij kan andere genezen
2. zijn wonden genezen bij genoeg tijd uit zichzelf
3. hij is mega sterk
4. hij kan met zijn scherpe knauwen graven

Je ziet dit bericht op de deur van een pub.
Waarom kun je er niet eten tussen 13 en 19 oktober?

1. de kok is op vakantie
2. Dan worden er privéfeesten gegeven.
3. Dan wordt de pub verbouwd.

Wat overkwam
Josie tijdens
de les?
Ze brak
per ongeluk

1. een cadeautje van haar beste vriendin
2. een dierbaar souvenir van een docent.
3. een voorwerp waarover een leerling een spreekbeurt hield.

1. door overal te vragen of iemand een hond had gezien die op Scooby-Doo leek
2. door posters op te hangen met een foto van zijn hond Scooby-Doo
3. door verkleed als Scooby-Doo de aandacht van mensen te trekken

1. Jane en Jack zijn beide 12 jaar
2. Jane en Jack wonen beide in Engeland.
3. Jane and Jack hebben beide hetzelfde favoriete vak.
4. Jane houd van schilderen en fietsen

En dan nu wat woordjes

main character

1. belangrijk
2. schieten
3. opgeven
4. hoofdpersoon

shoe

1. schoen
2. schoenen
3. sok
4. sokken

to wake up

1. opstarten
2. wakker worden
3. opstaan
4. moe

to discover

1. cd-speler
2. winnen
3. ontdekken
4. (iets) verliezen

Enemy

1. vriend
2. berg
3. vijand
4. wild

bullet

young

sound

happen

shake

mountain

Wat is een plattegrond.

1. map
2. plattegrond

1. a mirrow
2. a marrow
3. a mirror

Vul het juiste woord in de zin in.
I get really ________________ if I have to talk in front of a group.

Kies uit 1 woord uit: memory - nervous - compare

Vul het juiste woord in de zin in.
Bambi is a young _____________. His mother is shot by hunters.

Kies 1 woord uit: deer - bullet - traitor

Vul het juiste woord in de zin in.
Those hunter have to hunt for big ____________

Kies 1 woord uit: deer - game - mountain