Les 10 herhaling Romeinse rijk, islam en reformatie

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Orientatiekennis

Je bestudeert zelfstandig de orientatiekennis die aansluit bij de stof die behandeld wordt in de les. 

Dit doe je door: 

- de tekst van de betreffende kenmerkende aspecten in het boek te lezen

- eventueel de extra uitlegfilmpjes te kijken (paarse dia's= niet verplicht, wel verstandig als je niet zoveel meer weet van de onderbouw) 

- de vragen te beantwoorden

In de klas heb je gelezen over terreur van de Sicarii in het Romeinse rijk, over de Assassijnen en over de Gunpowder plot.

Kan je deze gebeurtenissen in de historische context plaatsen?

Check het met de volgende vragen en herhaal zo nodig par. 5.1 (p. 152-154) en de oriëntatiekennis:

kenmerkende aspecten 6, 8, 10 en 21 (p. 57, 58, 60 en 67)

• Het Romeinse wereldrijk
• jodendom en christendom
• De islam
• De reformatie

Wat wordt bedoeld met de Joodse 'diaspora'?

Wanneer was het begin van de joodse diaspora?

1. 322 vC
2. 66 nC
3. 410 nC
4. 821 nC

Noem twee verschillen tussen de Romeinse republiek en het keizerrijk

Wat wordt bedoeld met de 'klassieke cultuur'?

In de 4e eeuw was er een belangrijke verandering in het beleid van de Romeinse keizers ten opzichte van het christendom. Noem deze wijziging en leg uit waarom de keizers hiertoe overgingen.

In welke eeuw is de islam ontstaan?

1. 3e eeuw
2. 11e eeuw
3. 7e eeuw
4. 15e eeuw

Wat zijn de twee hoofdstromingen binnen de islam? Leg uit hoe deze splitsing in twee stromingen is ontstaan.

In welke eeuw vond de reformatie plaats?

1. 12 e
2. 16e
3. 14e
4. 17e

Noem 2 punten van kritiek die Maarten Luther uitte op de katholieke kerk