Cette leçon contient 18 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Licht
Slide 1 - Diapositive
Natuurlijk licht
Kunstmatig licht
Slide 2 - Diapositive
Lichtrichting
De richting waar het licht heen schijnt, vanaf de lichtbron is de lichtrichting.
We benoemen er 3:
Meelicht
Zijlicht
Tegenlicht
Slide 3 - Diapositive
ZIJLICHT:
Bij zijlicht komt het licht van opzij. Behalve slagschaduw, heb je ook
eigen schaduw. Hierdoor wordt de plasticiteit (tastbaarheid) vergroot.
Slide 4 - Diapositive
TEGENLICHT:
licht dat je in de ogen schijnt en kan verblinden.
Dan zijn b.v. enkel de silhouetten zichtbaar.
Slide 5 - Diapositive
MEELICHT:
de lichtrichting waarbij de kijker in de richting kijkt waarin ook het licht schijnt.
De lichtbron kan zich zowel vóór als achter de kijker bevinden.
Slide 6 - Diapositive
Schaduw
Slide 7 - Diapositive
Eigen schaduw
Eigen schaduw is de schaduw die op het object aanwezig is. Bijvoorbeeld: De zon schijnt op de woestijnduin; de ene kant van de woestijnduin is licht, de andere kant is donker.
Slide 8 - Diapositive
Slagschaduw
Slagschaduw is de schaduw die een object "werpt" op een ondergrond of achtergrond.
Slide 9 - Diapositive
SILHOUET:
Schaduwvorm.
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Vidéo
Ruimte
Slide 12 - Diapositive
Ruimtesuggestie
Afsnijding
Overlapping
Verkleining
Repoussoir
Plasticiteit
Vervaging / atmosferisch perspectief
Lijnperspectief
Slide 13 - Diapositive
Kleurperspectief
Ruimtesuggestie waarbij de ruimtelijke werking van kleur wordt gebruikt (rood of oranje komen bijvoorbeeld naar voren, terwijl blauw of groen naar achter wijken).
Slide 14 - Diapositive
Lijnperspectief
Vorm van ruimtesuggestie volgens een wiskundige methode door middel van vluchtlijnen die naar één of meer verdwijnpunten op de horizon lopen:
Slide 15 - Diapositive
Afsnijding
Een gedeelte van de afbeelding staat niet op het beeldvlak, het wordt door het de rand afgesneden.
Hierdoor ontsaat het effect van ruimte/diepte.
Slide 16 - Diapositive
Door afsnijding en overlapping van het onderwerp wordt diepte gecreëerd.
Groot-klein: wat verder weg staat is kleiner.
Slide 17 - Diapositive
Repoussoir
Door een groot element in de voorgrond neer te zetten lijkt al het andere verder weg.