par. 4.3: De cultuur van het rijk 2020

4.3: De cultuur van het rijk
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 43 diapositives, avec diapositives de texte et 7 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

4.3: De cultuur van het rijk

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

4.3: De cultuur van het rijk
In deze paragraaf leer je
  • hoe multicultureel de Romeinse samenleving was.
  • hoe Romeinen met hun eigen en andere godsdiensten omgingen.
  • hoe de Grieks-Romeinse cultuur ontstond en werd verspreid.
  • hoe de Romeinse rechtspraak werkte.

    Kenmerkend aspect: de verspreiding van de Grieks-Romeinse cultuur en de confrontatie (botsing) met de Germaanse cultuur

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschillende culturen in het rijk
Het Romeinse rijk had een multiculturele samenleving. Er leefden verschillende volkeren, met verschillende culturen samen.
Er bestonden culturele verschillen, maar er was ook eenheid: in het hele rijk gebruikte men Romeinse munten, golden Romeinse wetten en bouwde men Romeinse wegen en bouwwerken.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Multiculturele samenleving:
  • In het hele Romeinse rijk kwamen mensen met verschillende achtergronden en culturen met elkaar in contact.
  • In Rome woonden mensen uit alle delen van het rijk en daarbuiten.

multiculturele samenleving: samenleving met meer culturen

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een cultuur???
cultuur = denken en doen van mensen, dus geen aangeboren dingen als haar- of huidskleur, maar taal, kleding, muziek enz.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Godsdienst in romeinse rijk
  • polytheïsme = geloof in veel goden
  • naast de staatsgoden vereerden de Romeinen veel andere goden. 
  • Ook de keizer werd als een god vereerd.
  • In het rijk heerste godsdienstige verdraagzaamheid.


Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

verdraagzaamheid

  • Romeinen waren verdraagzaam zolang onderdanen de staatsgoden en de keizer als god vereerden mochten ze ook hun eigen goden blijven vereren.
  • voor overwonnen volkeren was dit erg belangrijk

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

begrippen godsdienst
  • polytheïsme = geloof in meerdere goden
  • Staatsgod = god waarvan bestuurders en ambtenaren aanhanger moeten zijn.
  • Verdraagzaamheid (tolerantie)=het toestaan van andere opvattingen, culturen en religies.
  • Religie = geloof, godsdienst.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Grieks-Romeinse cultuur
mengcultuur: de Romeinen namen veel over van de Grieken, zoals beeldhouwkunst, architectuur en wetenschap, maar voegden daar eigen Romeinse elementen aan toe 

Romanisering: verspreiding van deze Grieks-Romeinse cultuur in het hele rijk


Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

voorbeelden (boek)
romeinse cultuur

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

10. De koepel is gemaakt van verschillende steensoorten: de zwaardere steensoort travertijn werd gebruikt voor het onderste deel, maar in de hogere delen is juist gebouwd met lichtere tufsteen. Zo blijft de enorme koepel ‘draagbaar’.

#11. Ook de uitsparingen in de grote stenen blokken waaruit de koepel bestaat, zijn een truc om de zware last wat te verlichten, net als het grote gat in het dak (de oculus, met een doorsnede van 8 meter).


Slide 15 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Romeinse burgers:
  • twee groepen in romeinse samenleving:  burgers en niet-burgers (slaven en overwonnenen)
  • romeinse burgers hadden gelijke rechten ==>
  • bijv. mochten niet zonder proces worden veroordeeld en mochten niet worden gemarteld.
  • Je kon Romeins burger worden door bijv. in het leger te vechten. 

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vrouwe 
Justitia =
personificatie van het Romeinse Recht

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Het moderne recht van veel landen is gebaseerd op het Romeins recht.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan jullie doen???
- wanted-poster maken
- onderwerp: romeinse god(in)
- wat mag niet ontbreken: 
1. afbeelding god(in)
2. attributen god(in)
3.functie god(in)
4.waarvoor gezocht
5.beloning

in tweetallen
geen " dubbele" goden"
2 lessen
nodig:
a-3 papier, tekenspullen, schaar
voor punt!!

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

b1g opdr. 2
a Bijvoorbeeld: Gebruik van Romeinse munten, bouwwerken en wetten.
b Bijvoorbeeld: In het westen sprak de elite Latijn, in het oosten Grieks. Mensen met godsdiensten uit Egypte en Perzië leefden in Italië en Brittannië.


Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

b1g opdr. 3a en b
a Volgens de Griek is er in Rome plaats voor alle vreemdelingen en zijn ze welkom. 
Volgens de Romein is er niet genoeg plaats voor iedereen en zijn vreemdelingen niet welkom. 

b Bijvoorbeeld: De stad beloont ondeugden. Rome trekt slechte mensen aan.



Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

opdr. 3c
c Bijvoorbeeld: Aristides dacht zo omdat hij als vreemdeling Rome bewonderde. Seneca voelde zich als inwoner van Rome 
bedreigd door vreemdelingen die niet deugden. 

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

b1e opdr. 2 
a Bijvoorbeeld: Gebruik van Romeinse munten en wetten.

b Bijvoorbeeld: In het westen sprak de elite Latijn, in het oosten Grieks. 
Mensen met godsdiensten uit Egypte en Perzië leefden 
in Italië en Brittannië.

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

b1e opdr. 4
a Bijvoorbeeld: Romeinse burgers hadden gelijke rechten. Ze mochten niet zonder proces en bewijs worden veroordeeld. Ze mochten niet worden gemarteld. 

b Bijvoorbeeld: Zij konden wel zonder proces en bewijs worden veroordeeld en worden gemarteld.


Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

b1e opdr 4
c Bij conflicten in overeenstemming met wetten een beslissing nemen. 
Bij misdaden straffen bepalen. 

d Beslissen of een verdachte schuldig was aan een misdaad.

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

b1e opdr. 6
.  
 
1. juist 2. onjuist 
3. juist 4. juist
5. onjuist 6. onjuist    
7.juist      8.onjuist

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

b1e   opdr. 6b
Bijvoorbeeld: De schildering toont aan dat aanhangers van Isis deze Egyptische godin in Italië mochten vereren.

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

b1g . opdr. 6a





1 juist
 2 onjuist
 3 juist
 4 onjuist
 5 juist
 6 juist
 7 onjuist
 8 juist

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

b1g .   opdr. 6b
Bijvoorbeeld: Ja. De schildering toont aan dat aanhangers van Isis deze Egyptische godin in Italië mochten vereren.

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

b1g .   opdr. 6c
1 oppergod Zeus  - Jupiter
2 zijn vrouw Hera  - Juno
3 godin van de wijsheid Athena -  Minerva
4 god van de oorlog Ares -  Mars
5 godin van de liefde Aphrodite -  Venus
6 god van de handel Hermes -  Mercurius
8 god van de kunst Apollo -  Apollo

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

b1g   opdr. 8
a Bijvoorbeeld: Griekse beelden, schilderijen, gedichten, gebouwen (met zuilen), leraren en het gebruik van het Grieks.
b Het bouwen van bogen en het gebruik van beton in koepels.

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

b1g   opdr. 8

c Klassiek betekent voortreffelijk en voorbeeldig. De antieke cultuur werd een voorbeeld voor de moderne Europese en Amerikaanse cultuur. 

Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions