Basisstof 1: Het zintuigenstelsel

Thema 6: Zintuigen
Basis
Basisstof 1: Het zintuigstelsel
Basisstof 2: Voelen, ruiken en proeven
Basisstof 3: De ogen
Basisstof 4: De iris en de ooglens
Basisstof 5: Het netvlies
Basisstof 6: De oren
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Thema 6: Zintuigen
Basis
Basisstof 1: Het zintuigstelsel
Basisstof 2: Voelen, ruiken en proeven
Basisstof 3: De ogen
Basisstof 4: De iris en de ooglens
Basisstof 5: Het netvlies
Basisstof 6: De oren

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Welke zintuigen kun jij benoemen?

Slide 3 - Carte mentale

Wat moet je kunnen?
Je kunt de werking van zintuigen beschrijven
Je kunt aangeven waar de gezichts-, gehoor- en evenwichtszintuigen liggen
Je kunt uitleggen wat adequate prikkels zijn

Slide 4 - Diapositive

Zintuigen
  • Een zintuig reageert op prikkels uit de omgeving
  •  Alle zintuigen samen: Zintuigenstelsel

Slide 5 - Diapositive

Adequate prikkels 
Zintuigencellen hebben een specifieke (adequate) prikkel waarop ze reageren.

Ze kunnen ook niet adequate prikkels waarnemen maar de drempelwaarde is dan hoger.

Slide 6 - Diapositive

In zintuigen zitten zintuigcellen. Wat gebeurt er met prikkels die in de zintuigcellen aankomen?

Slide 7 - Question ouverte

Noteer de 5 zintuigen uit het zintuigen-stelsel

Slide 8 - Question ouverte

Drempelwaarde
In een zintuigcel ontstaat een impuls als de prikkel sterker is dan de drempelwaarde = prikkeldrempel

-> de prikkel moet boven de drempelwaarde zijn

Slide 9 - Diapositive

Drempelwaarde
Gewenning verhoogt de drempelwaarde
> Je hebt een sterkere prikkel nodig om waar te nemen.


Motivatie (b.v. goed luisteren) verlaagt de drempelwaarde
> Je kunt minder sterke prikkels waarnemen omdat je focust.

Slide 10 - Diapositive

Wat is een adequate prikkel?
A
De prikkel waar een zintuig niet op reageert
B
Een prikkel die steeds maar doorgaat.
C
De minimale sterkte van een prikkel
D
De prikkel waar een zintuig op reageert

Slide 11 - Quiz

Wat is de drempelwaarde?
A
De kleinste prikkelsterkte die een impuls veroorzaakt
B
Een hevige prikkel die een reactie teweeg brengt
C
Het moment dat de prikkel net overgaat in pijn

Slide 12 - Quiz

Een adequate prikkel voor mijn oor is...

Slide 13 - Question ouverte

Aan de slag
Maken opdrachten Thema 6 basisstof 1
1, 2, 3 en 4
Klaar? --> bij mij laten zien / verbeteren
Begrippen in schrift met betekenis.

Dit is volgende les af!

Slide 14 - Diapositive