Herhaling 2.1 t/m 2.3

Herhaling 2.1 t/m 2.3
Aardrijkskunde
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Herhaling 2.1 t/m 2.3
Aardrijkskunde

Slide 1 - Diapositive

Er zijn drie soorten belangrijke steden, namelijk:

Slide 2 - Question ouverte

Wat is een megastad?
A
Deze heeft invloed op de rest van de wereld.
B
Een stad met meer dan 10 miljoen inwoners.
C
Hier zit meestal de regering.

Slide 3 - Quiz

Wat is een wereldstad?
A
Deze heeft invloed op de rest van de wereld.
B
Een stad met meer dan 10 miljoen inwoners.
C
Hier zit meestal de regering.

Slide 4 - Quiz


Wat is een hoofdstad?
A
Deze heeft invloed op de rest van de wereld.
B
Een stad met meer dan 10 miljoen inwoners.
C
Hier zit meestal de regering.

Slide 5 - Quiz

Gunstige ligging
Een hoofdstad is bijna altijd ontstaan omdat het een gunstige ligging heeft.

Slide 6 - Diapositive

Wat is een gunstige ligging voor een stad?

Slide 7 - Question ouverte

Leg uit waarom een gebied met grondstoffen een gunstige ligging voor een stad is.

Slide 8 - Question ouverte

Primate city
Moskou is een primate city. 
Dat is nadelig voor een land.

Slide 9 - Diapositive

Waarom is een primate city nadelig voor een land?
A
Veel concurrentie met andere steden.
B
De enige belangrijke stad met activiteiten.

Slide 10 - Quiz

1750-1900
In deze periode verhuisden veel mensen in rijke landen van het platteland naar de stad. 

Slide 11 - Diapositive

Waarom verhuisden mensen van het platteland naar de stad?

Slide 12 - Carte mentale

Hoe noem je dat als mensen van het platteland naar de stad verhuizen?
A
Urbanisatie
B
Suburbanisatie

Slide 13 - Quiz

Bevolkingsgroei
Dat de bevolkingsgroei in steden sterk is gestegen, heeft enerzijds te maken met urbanisatie.

Slide 14 - Diapositive

Wat is nog een reden voor de bevolkingsgroei in steden?

Slide 15 - Question ouverte

1960
Vanaf 1960 verhuisden mensen in rijke landen juist van de stad naar het platteland.

Slide 16 - Diapositive

Waarom verhuisden mensen van de stad naar het platteland?

Slide 17 - Carte mentale

Hoe noem je dat als mensen van het platteland naar de stad verhuizen?
A
Urbanisatie
B
Suburbanisatie

Slide 18 - Quiz

Arme landen
Vanaf 1960 verhuisden in arme landen juist veel mensen van het platteland naar de stad. 
Zij gebruikten slechte bouwmaterialen voor huizen en hadden daarnaast geen waterleiding, riolering of elektriciteit.

Slide 19 - Diapositive

Wat ontstond er?

Slide 20 - Question ouverte

Hoe komt het dat er in rijke landen geen krottenwijken bestaan?

Slide 21 - Question ouverte

Arm en rijk
Het vershil hoe armen en rijken wonen is groot. 

Slide 22 - Diapositive

Hoe ziet de woonwijk van arme mensen eruit?

Slide 23 - Carte mentale

Hoe ziet de woonwijk van rijke mensen eruit?

Slide 24 - Carte mentale

Als groepen mensen gescheiden leven van elkaar, noem je dat ...
A
urbanisatie
B
suburbanisatie
C
segregatie

Slide 25 - Quiz

Sector
In arme landen is veel werk in de informele sector. 
In rijke landen is veel werk in de formele sector.

Slide 26 - Diapositive

Wat betekent formele sector?
A
Wet voor werktijden, loon en veiligheid.
B
Geen wetten.
C
Werk in het 'zwart'.
D
Werk in het 'wit'.

Slide 27 - Quiz

Wat betekent informele sector?
A
Wet voor werktijden, loon en veiligheid.
B
Geen wetten.
C
Werk in het 'zwart'.
D
Werk in het 'wit'.

Slide 28 - Quiz