Nieuw Nederlands | 1BBL - H4 - Woordenschat

Hoofdstuk 4 Woordenschat
- Herhalen woordenschat H 1,  2 en 3.
- Uitleg woordenschat H4
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 4 Woordenschat
- Herhalen woordenschat H 1,  2 en 3.
- Uitleg woordenschat H4

Slide 1 - Diapositive

Hoe noemen we twee woorden met (ongeveer) dezelfde betekenis?
A
synoniemen
B
homoniemen

Slide 2 - Quiz

Wat is het synoniem van constant?
Je moet niet constant aan het wondje krabben, want als je alsmaar krabt komt er geen korstje op.

Slide 3 - Question ouverte

Wat is het synoniem van meteen. Je moet straks direct de school verlaten. Na de les moet je meteen naar huis.

Slide 4 - Question ouverte

Wat is het synoniem van ingewikkeld?

Slide 5 - Question ouverte

Wat is het synoniem van speciale?
(een speciale dag)

Slide 6 - Question ouverte

Betekenis van een woord
Soms weet je niet wat een woord betekent, maar dan kun je (soms) de betekenis in de tekst vinden.
- Zoek de bekenis tussen haakjes of komma's.
- Zoek de betekenis in de volgende zin.
- Zoek de betekenis in de vorige zin.

Slide 7 - Diapositive

Je moet de woorden in de puzzel horizontaal, van links naar recht, invullen.

Slide 8 - Question ouverte

De juryleden geven kritiek op het optreden van de dansgroep.
Ze vertellen wat ze niet goed vinden.

Slide 9 - Question ouverte

Slide 10 - Vidéo

Welk woord is de tegenstelling? Sleep het antwoord naar de juiste plek. 
Breed
Horizontaal
Laat
Correct
Smal
Verticaal
Bijtijds
Fout

Slide 11 - Question de remorquage

Slide 12 - Vidéo

Met de plannen van Silvan kunnen we NIETS DOEN, maar de ideeën van Ray kunnen we wel uitvoeren.

Wat is het tegenovergestelde van NIETS DOEN?
A
plannen
B
ideeën
C
wel
D
uitvoeren

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Vidéo

Hoe gingen de opdrachten van woordenschat? Goed of juist niet? Waar komt dat door denk je?

Slide 15 - Question ouverte

Slide 16 - Lien

Dit is het einde van de les.

Slide 17 - Diapositive