1.4 Uitgaven

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Welkom

Telefoon in de telefoontas

Spullen op tafel

Maak de startopdracht

Startopdracht

Bespreken opdracht.

Leerdoelen

• Ik kan bedragen omrekenen van maand naar week.
  
• Ik weet welke drie groepen uitgaven er zijn.
• KADER Ik weet hoeveel geld je per maand moet reserveren.

Uitleg

Uitgaven

• Huishoudelijke uitgaven
• Vaste lasten
• Incidentele uitgaven

Wat voor soort uitgaven is een telefoonabonnement?

1. Huishoudelijke uitgaven
2. Vaste lasten
3. Incidentele uitgaven

Wat voor soort uitgaven is een nieuwe fiets?

1. Huishoudelijke uitgaven
2. Vaste lasten
3. Incidentele uitgaven

Wat voor soort uitgaven is een bioscoopkaartje?

1. Huishoudelijke uitgaven
2. Vaste lasten
3. Incidentele uitgaven

Maand naar week

Je ontvangt € 15 per week. Bereken hoeveel dat per maand is.

Je ontvangt € 20 per maand.
Bereken hoeveel dat per week is.
Schrijf je berekening op.

Toepassen

Zelfstandig werken

Pak je studiewijzer en maak de opdrachten.
Kijk na en verbeter je fouten.

Maak de herhalingsopdrachten of plusopdrachten als je klaar bent.

Afsluiting

Geef twee voorbeelden van vaste lasten.

Je ontvangt € 40 per maand.
Bereken hoeveel dat per week is.
Schrijf je berekening op.