Deeltoets Thema 6 Ecologie MAX

Deeltoets Thema 6 Ecologie
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Deeltoets Thema 6 Ecologie

Slide 1 - Diapositive

T3
kringloop
voedselketen
voedselweb

Slide 2 - Question de remorquage

In de afbeelding zie je een voedselketen uit een ecosysteem. De organismen zijn niet op dezelfde schaal getekend.

Welk organisme in deze voedselketen is een producent?

A
Sla
B
Slak
C
Merel
D
Kat

Slide 3 - Quiz

Sleep de woorden naar de juiste plek
Afvaleters
Consumenten
Reducenten

Slide 4 - Question de remorquage


Welke voedselketen is goed genoteerd?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 5 - Quiz


Een bos is een voorbeeld van een
A
Individu
B
Levensgemeenschap
C
Ecosysteem

Slide 6 - Quiz


De iep is een boom die goed tegen zoute zeewind kan, is zeewind een abiotische of een biotische factor?
A
Biotisch
B
Abiotisch

Slide 7 - Quiz


Lees de tekst ‘Koolstofkringloop’.

Welke van onderstaande stoffen zijn energierijk?


A
eiwitten, mineralen en vetten
B
koolhydraten, eiwitten en vetten
C
mineralen, koolstofdioxide en water
D
water, koolhydraten en eiwitten

Slide 8 - Quiz


Hoeveel planteneters zijn er in dit voedselweb?
A
2
B
3
C
5
D
6

Slide 9 - Quiz


De 'piramide' hiernaast is een piramide van...
A
Aantallen
B
Biomassa
C
Dat kan je niet zeggen
D
Zowel aantallen als biomassa

Slide 10 - Quiz


Algen zijn eencellige plantjes.

Welke stof naast zuurstof produceren algen bij de fotosynthese?
A
glucose
B
koolstofdioxide
C
stikstof
D
water

Slide 11 - Quiz


Een leerling maakt een schema om een aantal processen in de koolstofkringloop weer te geven (zie de afbeelding).In de koolstofkringloop spelen reducenten een belangrijke rol.

Welke letter geeft de omzetting aan die door reducenten wordt uitgevoerd?
A
Q
B
R
C
S
D
T

Slide 12 - Quiz

Wat zijn biotische en wat zijn abiotische factoren?
Biotische factoren
Abiotische factoren
Nestgelegenheid
Soortgenoten
Ziekteverwekkers
Voedsel
Roofdieren
Licht
Zuurtegraad
Lucht
Temperatuur

Slide 13 - Question de remorquage



Wat is het optimum zoutgehalte voor de zeegraspopulatie?

A
0,8%
B
1.1%
C
80
D
0

Slide 14 - Quiz




Welk dier is hier te zien?


A
hoefganger
B
teenganger
C
zoolganger

Slide 15 - Quiz


Kijk naar de afbeelding.

Wat is organisme 2?


A
producent
B
consument van de eerste orde
C
consument van de tweede orde
D
consument van de derde orde

Slide 16 - Quiz


In de koolstofkringloop wordt door veel organismen stoffen verbrand.

Welke organismen in de koolstofkringloop doen aan verbranding?


A
planten
B
dieren
C
schimmels
D
alle organismen

Slide 17 - Quiz

Welk niveau van de ecologie wordt beschreven?
Op de Veluwe leven wilde zwijnen die zich onderling voortplanten. Samen vormen ze een
De populaties van de verschillende soorten op de Veluwe vormen een
De Veluwe is een voorbeeld van een
Een enkel organisme noem je een
levensgemeenschap
individu
populatie
ecosysteem

Slide 18 - Question de remorquage