Grote verhalen 2

• Levensbeschouwing
• Beroepsopleiding

Grote verhalen les 2

Vandaag lezen we een verhaal dat we levensbeschouwelijk gaan onderzoeken: thema, boodschap, hoofdpersoon, dagelijks leven.

Wat is het thema van een verhaal?

1. Het thema van een verhaal is het belangrijkste van een verhaal.
2. Het thema van je verhaal is de persoon waar het verhaal over gaat.
3. Het thema van een verhaal is de eindconclusie.
4. Het thema van een verhaal is het hoofdonderwerp dat als het ware door je hele verhaal heen loopt.

geef een thema die je in een verhaal zou kunnen zien

een thema in het scheppingsverhaal?

Wat is de boodschap van een verhaal?

1. Levensles of wijze les
2. Kerngedachte schrijver
3. Hoe gedragen mensen zich? Hoe moet je je gedragen?
4. Allemaal waar

Wat is de boodschap van Adam en Eva?

1. Appels zijn gezond
2. Je moet luisteren naar iemand met gezag, de baas.
3. Je kan slangen niet vertrouwen
4. Je moet luisteren naar enge figuren.

Wat is de hoofdpersoon in een verhaal?

1. De hoofdpersoon is het leukste personage in een verhaal.
2. De hoofdpersoon is het belangrijkste personage in een verhaal.
3. De hoofdpersoon "wint" altijd in het verhaal.
4. Over de hoofdpersoon wordt het meest geschreven.

Hoofdpersoon/hoofdpersonen in het scheppingsverhaal.

1. Adam, Eva en de slang
2. Adam en Eva
3. God/Allah en de slang
4. Adam

noem een hoofdpersoon uit een ander religieus verhaal

Wat bedoelen we met "Koppeling naar hedendaags leven" in een verhaal.

1. We proberen te begrijpen hoe de dingen in het verhaal verband houden met wat er nu in de echte wereld gebeurt
2. We maken een moderne variant van het verhaal (Assepoester verliest haar skateboard)
3. We zeggen hoe de dingen in het verhaal verband houden met wat er nu in de echte wereld gebeurt
4. De koppeling is de URL van het verhaal.

in 1 woord: de koppeling van Adam en Eva naar het moderne leven (denk aan het thema)

Adam en Eva: welke koppeling naar het moderne leven kan je maken?

1. Je vader werd boos maar vergeeft je.
2. Je vader haalt je over om bier te drinken.
3. Je vader wordt boos en geeft je huisarrest.
4. Jij en je broer/zus eten een appel.

"Iedereen kon omvallen" (Toon Tellegen)

We lezen het verhaal "Iedereen kon omvallen" (zie Magister huiswerk).

"Iedereen kon omvallen" . Wat is de hoofdpersoon?

1. Walvis
2. Reiger
3. Eekhoorn
4. Kiker

welk thema heeft "Iedereen kon omvallen?"

in 1 of 2 woorden: koppeling naar hedendaags leven

in 2 of 3 woorden: wat is de boodschap van "Iedereen kon omvallen."?