Unidad 4. Gramática vervolg

¡Bienvenidos chicos y chicas!
Miércoles, 14 de febrero de 2024

¡Hoy es el día de los enamorados!
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

¡Bienvenidos chicos y chicas!
Miércoles, 14 de febrero de 2024

¡Hoy es el día de los enamorados!

Slide 1 - Diapositive

¿Qué vamos a hacer hoy?

  1. S.O. bespreken
  2. Repasamos gustar y querer
  3. Seguimos con la gramática de la unidad 4. (hay/(on)telbaar)
  4.  ¡A trabajar!
  5. Final de la clase. ¿Qué has aprendido hoy?

Slide 2 - Diapositive

Aan het einde van dit hoofdstuk:
Leerdoelen
  • Ik kan over eten/drinken en eetgewoontes vertellen.
  • Ik kan het werkwoord “querer” (willen) vervoegen.
  • Ik ken de onbepaalde lidwoorden in het Spaans.
  • Ik kan het weerwoord “ gustar” (leuk/lekker vinden) vervoegen.
  • Ik weet wanneer “Hay” (er is/er zijn) in het Spaans moet gebruiken.
  • Ik weet wat telbare en niet-telbare woorden zijn.

 

Slide 3 - Diapositive

S.o unidad 4
Week 10
Wat moet je kennen?
Vocabulario unidad 4 (SP-NL NL-SP)
Frases claves unidad 4 (SP-NL NL-SP)
Gramática unidad 4: 
1. Het werkwoord "querer" (willen)
2. Onbepaalde lidwoorden
3. Telbare/nontelbare woorden
4. Hay (er is/er zijn)
5. Het werkwoord "gustar" (leuk/lekker vinden)

Slide 4 - Diapositive

Aan het einde van dit hoofdstuk:
Succescriteria's
  • Ik ken 5 Spaanse gerechten en hun ingrediënten.
  • Ik ken 20 namen van levensmiddelen.
  • Ik kan aangeven of ik iets wel of niet leuk/lekker vind door middel van het ww gustar.
  • Ik kan aangeven wat ik wil door gebruik te maken van het ww "querer"
  • Ik kan 10 eetgewoontes benoemen.
  • Ik ken alle woorden en de frases claves van unidad 4











Slide 5 - Diapositive

Unidad 4. Gramática
¿Qué sabes ya?
gustar y querer

Slide 6 - Diapositive

Geef de juiste vervoeging van het werkwoord gustar:
"A mí _____ ________ las patatas"

Slide 7 - Question ouverte

Geef de juiste vervoeging van het werkwoord gustar:
"A mis amigos _____ _______ jugar al fútbol."

Slide 8 - Question ouverte

Geef de juiste vervoeging van het werkwoord gustar:
A vosotros _____ _______ los helados de fresa.

Slide 9 - Question ouverte

Zet de woorden in de juiste volgorde:
las /gustan/No/verduras/nada/me.

Slide 10 - Question ouverte

Zet de woorden in de juiste volgorde:
en/Hay/cocina/bocadillos/unos/la.

Slide 11 - Question ouverte

Yo
Él, ella, usted
Nosotros/as
Vosotros/as
Ellos/as, ustedes
quiero
queréis
quieres
queremos
quiere
quieren

Slide 12 - Question de remorquage

Vervoeg het werkwoord:
¿Qué (vosotros-querer.................desayunar?

Slide 13 - Question ouverte

Vervoeg het verkwoord:
Nosotros (querer) una pizza.

Slide 14 - Question ouverte

Vervoeg het werkwoord:
Mbappé.........(querer) jugar en el Real Madrid.

Slide 15 - Question ouverte

Unidad 4. Gramática

Slide 16 - Diapositive

Plaats de zelfstandige naamwoorden bij het juiste lidwoord.
una
unos
unas
un
chico
carpeta
diccionarios
amigo
bolígrafos
sillas
alumno
chicas
tijeras
lápiz

Slide 17 - Question de remorquage

Telbare woorden:
Kunnen enkelvoud of meervoud zijn:
"Quiero una manzana/ Quiero unas manzanas.
Niet telbare woorden:
Zijn altijd enkelvoud en hebben geen lidwoord:
"Quiero leche"   (Ik wil melk)          (quiero un vaso de leche)
"Quiero azúcar" (Ik wil suiker)

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Unidad 4. Gramática
Hay: Er is/Er zijn
Gebruik jij voor onbepaalde zaken of personen in zowel enkelvoud en meervoud.

"Hay unas manzanas encima de la mesa."
"Hay leche en la nevera."
"Hay un profesor en la clase"


Slide 20 - Diapositive

Schrijf waar nodig het onbepaald lidwoord (un, una, unos, unas):

"¿Dónde hay............restaurante mexicano?"

Slide 21 - Question ouverte

Schrijf waar nodig het onbepaald lidwoord (un, una, unos, unas):

"De postre quiero.........naranja"

Slide 22 - Question ouverte

Schrijf waar nodig het onbepaald lidwoord (un, una, unos, unas):

"Quiero...........leche para desayunar"

Slide 23 - Question ouverte

Ejercicios:
Alles wat je nodig open hebt in gramática unidad 4


Estudia:
Vocabulario  unidad 4
Frases claves unidad  unidad 4
Gustar/querer/hay/un-una-unos-unas


Optionele opdrachten:
(verdieping / verbreding)
Digitaal/HUISWERK

Alles wat je nog open hebt in gramática unidad 4

Slide 24 - Diapositive


¿Cómo has trabajado hoy en clase?
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Sondage


Leg in je eigen woorden uit wat het leerdoel van deze les was.

Slide 26 - Question ouverte


Het leerdoel was voor mij duidelijk
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Sondage