herhaling thema 1

herhaling thema 1
1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2MBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

herhaling thema 1

Slide 1 - Diapositive

herhaling thema 1
luisteren
dictee
woordenschat
lezen
wat hoor je?
zijn
hebben
wie?

Slide 2 - Diapositive

luisteren

Slide 3 - Diapositive

dictee

Slide 4 - Diapositive

1 schrijf op .....

Slide 5 - Question ouverte

2 schrijf op .....

Slide 6 - Question ouverte

3 schrijf op .....

Slide 7 - Question ouverte

4 schrijf op .....

Slide 8 - Question ouverte

5 schrijf op .....

Slide 9 - Question ouverte

woordenschat

Slide 10 - Diapositive

Tante Ans is getrouwd met mijn ......
A
neef
B
oom
C
opa
D
nicht

Slide 11 - Quiz

Ik heb een lieve, oude ......
A
neef
B
oom
C
opa
D
nicht

Slide 12 - Quiz

Samen met mijn zus en mijn ouders zijn wij een ......
A
familie
B
groep
C
kleine familie
D
gezin

Slide 13 - Quiz

Ik ...... uit een ander land.
A
woon
B
kom
C
ben
D
heb

Slide 14 - Quiz

Zij ...... de kinderen praten.
A
zijn
B
praat
C
hoort
D
hebben

Slide 15 - Quiz

lezen

Slide 16 - Diapositive

Lucas en Tesia Gouman wonen in Zwolle.
Ze hebben 2 kinderen: een jongen en een meisje.
De jongen heet Theo.
Het meisje is klein. Ze is een baby.
Zij heet Afra. ------> Lucas en Tesia hebben 2 dochters?
A
ja
B
nee

Slide 17 - Quiz

Lucas en Tesia gaan naar de ouders van Lucas.
De broer van Lucas woont nog thuis.
Hij heet Peter.
Theo zegt: ‘Hallo oom Peter!’
Oom Peter zegt: ‘Dag neef!’ ------> De broer heet Hans?

A
ja
B
nee

Slide 18 - Quiz

De ouders van Tesia wonen niet in Nederland.
Zij wonen in Polen.
Tesia komt ook uit Polen.
Zij woont nu 5 jaar in Nederland.
Ze spreekt goed Nederlands. ------> Tesia komt uit Polen?


A
ja
B
nee

Slide 19 - Quiz

wat hoor je?

Slide 20 - Diapositive

1 Ik hoor een .....
A
ui
B
eu
C
oe
D
ie

Slide 21 - Quiz

2 Ik hoor een .....
A
ui
B
eu
C
oe
D
ie

Slide 22 - Quiz

3 Ik hoor een .....
A
ui
B
eu
C
oe
D
ie

Slide 23 - Quiz

4 Ik hoor een .....
A
ui
B
eu
C
oe
D
ie

Slide 24 - Quiz

5 Ik hoor een .....
A
ui
B
eu
C
oe
D
ie

Slide 25 - Quiz

6 Ik hoor een .....
A
ui
B
eu
C
oe
D
ie

Slide 26 - Quiz

7 Ik hoor een .....
A
ui
B
eu
C
oe
D
ie

Slide 27 - Quiz

8 Ik hoor een .....
A
ui
B
eu
C
oe
D
ie

Slide 28 - Quiz

zijn

Slide 29 - Diapositive

Emiel ..... mijn docent.

Slide 30 - Question ouverte

Wij ..... in de les.

Slide 31 - Question ouverte

Ik ..... een cursist.

Slide 32 - Question ouverte

U ..... al heel oud.

Slide 33 - Question ouverte

Jullie .... een beetje laat.

Slide 34 - Question ouverte

hebben

Slide 35 - Diapositive

Vandaag .... ik les.

Slide 36 - Question ouverte

Docent Emiel ..... 2 dochters.

Slide 37 - Question ouverte

Morgen ..... wij toets.

Slide 38 - Question ouverte

Zij ..... samen 4 kinderen.

Slide 39 - Question ouverte

Jij ..... veel familie.

Slide 40 - Question ouverte

wie?

Slide 41 - Diapositive

wat zeg ik?
A
ik
B
jij
C
wij
D
jullie

Slide 42 - Quiz

wat zeg ik?
A
jij
B
zij
C
hij
D
jullie

Slide 43 - Quiz

wat zeg ik?
A
ik
B
jij
C
hij
D
wij

Slide 44 - Quiz

wat zeg ik?
A
ik
B
u
C
zij
D
wij

Slide 45 - Quiz

wat zeg ik?
A
zij
B
hij
C
jullie
D
wij

Slide 46 - Quiz

vragen?

Slide 47 - Diapositive

succes morgen!!

Slide 48 - Diapositive