Laag Nederland - 2TH

1.5 Laag Nederland
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

1.5 Laag Nederland

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je weet wat veen is en wat dijken en polders zijn.
  • Je begrijpt waarom er veel klei en veen in Laag-Nederland voorkomt en hoe de mens daar bruikbare landbouwgrond van gemaakt heeft.
  • Je kunt op een topografische kaart de kenmerken van Laag-Nederland aangeven

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Wadden
Het gebied aan de rechter kant noem je de wadden. 
Hoog water staat dit onder water 
Laag water komt dit droog te liggen.
Door een dunne laag sedimet ligt dit hoger dan de rest.

Slide 4 - Diapositive

Duinen

Slide 5 - Diapositive

Hoe ontstaat veen?
  1. Lage duinen breken door
  2. Zee legt dunne laag klei neer (zeeklei)
  3. Water stroomt weg en gewassen groeien
  4. Lage duinen breken weer door en gewassen verrotten. 
  5. Nieuwe kleilaag drukt alles samen. Veen is ontstaan 

Veen = Grond dat bestaat uit oude plantenresten 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Terpen
  1. Tegen overstromingen gingen mensen wonen op terpen.
  2. De terpen werden verbonden met dijken 
  3. Gebied tussen de terpen werd droog gelegd: dit noem je polders. 

Slide 8 - Diapositive

Polders
Dijken omringd
Waterstand geregeld
Gemalen
Pomp om polders mee droog te pompen


Slide 9 - Diapositive

Polder 
  • Wat is een polder?
  • hoe werkt een polder?
  • Wat is het voordeel van een polder? 
Polder = gebied waarin water wordt weggepompt als er veel regen valt.
Gemaal!

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Wat is veen?
A
Natte grondsoort die bestaat uit afgestorven plantenresten
B
Laaggelegen deel van het rivierengebied
C
Het inzakken van de grond door opdroging van klein en veen en verrotting van veen.
D
Een drooggemaakt meer of stuk van de zee

Slide 12 - Quiz

Welk gebied ligt hoger ten opzichte van de zeespiegel?

A
Links
B
Rechts
C
Beide
D
Geen

Slide 13 - Quiz

Waarom ligt er veel klei en veen in Laag Nederland?

Slide 14 - Question ouverte

Waaraan herken je een polder?

Slide 15 - Question ouverte

Waarmee maalt een poldermolen water uit de polder?
A
Met kracht van mensen
B
Met behulp van dieren
C
Met de wieken
D
Met een vijzel

Slide 16 - Quiz

Aan de slag!
Lezen: 1.5 Laag Nederland

Maken: 2-3-4 (in de les)

Huiswerk: Opdracht 6!

Volgende les: Starten Project Landschappen!

Slide 17 - Diapositive