H5.1

• MBO

Welkom bij Ped/B

Wat gaan we doen?

Voorstellen

Kennismaken

Uitleg Ped/B

PED/B

Voorstellen docent.

Ineke Altena (IPS03)

Afspraken:

Drinken in de les - alleen water

Eten en drinken in de pauze - in de gezamenlijke ruimtes.

Mobiele telefoon - in je tas.

Kennismaken.

Speeddate.
Maak een binnen en buitenkring.
Pak een kaartje uit de beker en bespreek met elkaar wat er op je kaartje staat.

Na een aantal minuten schuif je een plekje door.

PED/B

-Pedagogiek (opvoeden)

-Periode 5, 6 en 7.

-Theorie over opvallend gedrag en afwijkende ontwikkeling herkennen.

-Toewerken naar een begeleidingsplan (periode 6)

-Toets na periode 7

Opvallend gedrag.
Waar denk je aan?

H 5.1 Opvallend gedrag.

Begrippen:
Diversiteit - in elke groep verschillen kinderen in bijv. karakter, geslacht, culturele achtergrond en gezinssituatie.

Observeren - goed kijken naar gedrag van kinderen.

Soorten opvallend gedrag

- druk gedrag

-opstandig gedrag

-grensoverschrijdend gedrag

-teruggetrokken gedrag

-onverschillig gedrag

-oneerlijk gedrag

-angstig gedrag

-dromerig gedrag

Herken je opvallend gedrag bij jezelf?

druk gedrag

opstandig gedrag

teruggetrokken gedrag

onverschillig gedrag

dromerig gedrag

Opdracht:

Bedenk in tweetallen 3 positieve en 3 negatieve eigenschappen van druk gedrag. Schrijf deze op de geeltjes en plak deze op.

(Plak dezelfde over elkaar heen)

Opdracht:

Bedenk 3 tips hoe je om kunt gaan met druk gedrag.

Bespreek deze in tweetallen (een ander tweetal dan de vorige opdracht)

Presenteer je tips in de groep.

Druk gedrag

Beweeglijk en druk gedrag is bij jonge kinderen normaal! (veel bewegen, impulsief) bijv bij buitenspel of nieuwe dingen.

Wanneer is druk gedag opvallend?
Als het altijd aanwezig is, storend voor het kind zelf en de omgeving en als het niet past bij de leeftijdsfase.

Kenmerken druk gedrag

- onrustig bewegen met handen en voeten.

-moeite hebben om te blijven zitten wanneer dat nodig is.

-aan één stuk door praten

-moeite hebben om rustig te spelen.

-moeite hebben met het opvolgen van aanwijzingen of opdrachten van anderen

-het verstoren van bezigheden van anderen

-niet op de beurt kunnen wachten

-geen gevaar zien

-vaak kleine ongelukjes hebben

Opdracht:

Maak opdracht 3 en 4 uit je werkboek (blz 82)