9.2 Elektriciteit maken (herzien)

  9.2 Elektriciteit maken
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

  9.2 Elektriciteit maken

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
Je gaat vandaag leren:

  • hoe je met een magneet spanning kan opwekken
  • wat inductiestroom is
  • wat wisselspanning is
  • hoe een dynamo / generator werkt
  • hoe microfoons en luidsprekers werken

Slide 2 - Diapositive

Indeling van de les
  1. opstarten
  2. herhalen elektromagneten
  3. HW maken deel 1
  4. Uitleg / filmpje microfoon / luidspreker.
  5. afsluiting

Slide 3 - Diapositive

Herhaling elektromagneet
Bestaat uit een ijzeren kern met daaromheen een spoel.
  • stroom door spoel: er ontstaat een magnetisch veld in de spoel
  • door de ijzeren kern wordt magnetisch veld versterkt
  • heeft een noord- en een zuidpool
  • als stroomrichting omgedraaid wordt verandert de noordpool in de zuidpool, zuidpool wordt noordpool

Slide 4 - Diapositive

Inductie
Het opwekken van een elektrische stroom in een stroomkring door een spoel in een veranderend magnetisch veld te plaatsen.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Lien

Dus:
 
Inductiespanning
Spanning opgewekt in een spoel doordat het aantal magnetische veldlijnen binnen de spoel verandert.

LET OP stroom door spoel is elektromagneet, maar als je een permanente magneet beweegt t.o.v. spoel loopt er een stroom (Dus het omgekeerde van paragraaf 9.1)




Slide 7 - Diapositive

Wisselspanning / gelijkspanning
Bij wisselspanning lopen elektronen van de pluspool naar de minpool en van de minpool naar de pluspool. De stroom wisselt dus continu van richting. 

Bij gelijkspanning lopen elektronen alleen van de pluspool naar de minpool; de stroom loopt dus altijd in dezelfde richting. 


Slide 8 - Diapositive

Werking dynamo / generator
1. Je fietst.
2. Het wieltje van de dynamo gaat draaien.
3. De magneet gaat draaien.
4. In de spoel gaat een stroom lopen.
5. De lamp gaat branden.

Slide 9 - Diapositive

Maak nu
Opgave 1 t/m9 uit je werkboek. Dit doe je eerst 5 minuten alleen daarna check je de antwoorden met je buurman/vrouw.

Slide 10 - Diapositive

Microfoon
Dynamische microfoon

Slide 11 - Diapositive

Werking microfoon

Slide 12 - Diapositive

0

Slide 13 - Vidéo

Wanneer je een magneet bij een spoel houdt, ontstaat er (inductie)spanning.
A
Ja, altijd.
B
Ja, wanneer je de magneet of de spoel beweegt.
C
Ja, wanneer je de magneet én de spoel beweegt.
D
Nee, nooit.

Slide 14 - Quiz

Spanning opgewekt met een elektromagneet is altijd
A
wisselspanning
B
gelijkspanning

Slide 15 - Quiz

De inductiespanning die kan ontstaan is afhankelijk van...
A
De hoeveelheid wikkelingen van de spoel.
B
De sterkte van het gebruikte magneetveld.
C
De grootte van een wikkeling van de spoel.
D
Alle antwoorden zijn juist.

Slide 16 - Quiz

De inductiespanning die kan ontstaan is afhankelijk van...
A
Het soort materiaal waarvan de spoeldraad gemaakt is.
B
De snelheid waarmee het aantal magnetische veldlijnen verandert.
C
De weerstand van de spoel.

Slide 17 - Quiz

Een luidspreker zet
A
geluid om in elektrische stroom
B
elektrische stroom om in geluid

Slide 18 - Quiz

Welk onderdeel van de luidspreker wordt een elektromagneet?
A
de permanente magneet
B
de conus
C
de spoel

Slide 19 - Quiz

Een microfoon zet
A
geluid om in elektrische stroom
B
elektrische stroom om in geluid

Slide 20 - Quiz

Hoeveel spanning levert het stopcontact?
A
230 V
B
220 V
C
320 V
D
12 V

Slide 21 - Quiz

Hoeveel Watt is 12 kW?
A
12 000 W
B
1 200 W
C
120 W
D
0,012 W

Slide 22 - Quiz

Hoe noemen we bij een fiets de magneet en de spoel?
A
Turbine
B
Generator
C
Dynamo
D
Motor

Slide 23 - Quiz

Hoe noemen we bij een windmolen de magneet en de spoel?
A
Turbine
B
Generator
C
Dynamo
D
Motor

Slide 24 - Quiz