arn 5.1 klimaat en vegetatie zones

arn 5.1 klimaat en vegetatie zones
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

arn 5.1 klimaat en vegetatie zones

Slide 1 - Diapositive

het klimaat verschilt elke dag
A
Juist
B
Onjuist

Slide 2 - Quiz

Dringen zonnestralen op het land wel of niet diep in het oppervlak?
A
Wel diep
B
Niet diep

Slide 3 - Quiz

Hoe komt het dat de zonnestralen in het water dieper kunnen doordringen?
A
Omdat het water koud is
B
De zee is kleiner dan het land
C
De warmte kan zich verdelen over een groter volume
D
Omdat het zand op het land losser is

Slide 4 - Quiz

Hoe verder landinwaarts, hoe ..... de invloed van zee.
A
Groter
B
Kleiner

Slide 5 - Quiz

Een groot deel van West-Europa heeft een ....
A
landklimaat
B
zeeklimaat
C
woestijnklimaat
D
geen klimaat

Slide 6 - Quiz

De landen in Zuid-Europa hebben een ...
A
Zeeklimaat
B
Landklimaat
C
Droog klimaat
D
Middellandse zee klimaat

Slide 7 - Quiz

Hoeveel seizoenen hebben wij in Nederland?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 8 - Quiz

Alle landen in de wereld kennen 4 seizoenen?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

seizoenen ontstaan door de stand van de aarde
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Seizoenen ontstaan door de draaiing van de zon.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quiz

Hoe hoger de breedte...
A
Hoe minder invloed van de zee
B
Hoe warmer het wordt
C
Hoe kouder het wordt
D
Hoe meer bergen

Slide 12 - Quiz

Als in Nederland de wind uit het westen komt, noem je dat een ...?
A
aflandige wind
B
oosten wind
C
aanlandige wind
D
landwind

Slide 13 - Quiz

Welke 2 uitspraken zijn juist?
A
In de winter is de zee warmer dan het land.
B
In de zomer is de zee koeler dan het land.
C
Een landwind heeft in de zomer een verkoelend effect.
D
Een zeewind heeft in de winter een verkoelend effect op het land.

Slide 14 - Quiz

Reliëf =
A
grote rivieren
B
Bossen
C
Hoogte verschillen
D
Losliggende stoeptegels

Slide 15 - Quiz

De Alpen is een ....
A
Middelgebergte
B
Laagland
C
hoogvlakte
D
Hooggebergte

Slide 16 - Quiz

Een gebied dat tussen de 200 en 500 meter ligt is een:
A
Laagland
B
Middelgebergte
C
Hooggebergte
D
Heuvelland

Slide 17 - Quiz

Hoe verder landinwaarts, hoe ..... de invloed van zee.
A
Laagland
B
Heuvelland
C
Middelgebergte
D
Hooggebergte

Slide 18 - Quiz

Gematigde zeeklimaat
Middellandse zeeklimaat

Slide 19 - Question de remorquage

Hooggebergteklimaat
Poolklimaat
Zeeklimaat
Middellandse zeeklimaat
Landklimaat

Slide 20 - Question de remorquage

Zeeklimaat
Hooggebergteklimaat
Middellandse zeeklimaat
Landklimaat
pool/toendraklimaat

Slide 21 - Question de remorquage

Zeeklimaat
Hooggebergteklimaat
Middellandse Zeeklimaat
Landklimaat

Pool/Toendraklimaat

Slide 22 - Question de remorquage

Zeeklimaat
Landklimaat
Middellands zeeklimaat
Toendra klimaat

Slide 23 - Question de remorquage

Poolklimaat

Middellandse zeeklimaat
Toendra
Tropisch klimaat

Slide 24 - Question de remorquage

Middellands Zeeklimaat
Zeeklimaat
Landklimaat
Poolklimaat
Woestijnklimaat
Tropisch klimaat

Slide 25 - Question de remorquage

Landklimaat
Steppeklimaat
Middellandse Zeeklimaat
Zeeklimaat

Slide 26 - Question de remorquage

Middellandse zeeklimaat
Landklimaat
Zeeklimaat

Slide 27 - Question de remorquage

Toendra
Hooggebergte
Middellandse zeeklimaat
Zeeklimaat
Landklimaat

Slide 28 - Question de remorquage

Middellands zeeklimaat
Poolklimaat
Landklimaat
Toendraklimaat
Gematigdklimaat

Slide 29 - Question de remorquage

Middellandse Zeeklimaat
Landklimaat
Zeeklimaat
Toendra

Slide 30 - Question de remorquage

Toendraklimaat
Middellandse zeeklimaat
Zeeklimaat
Landklimaat

Slide 31 - Question de remorquage

Middellandse Zeeklimaat

Slide 32 - Question de remorquage

Middellandse zeeklimaat
Landklimaat
Gematigd zeeklimaat

Slide 33 - Question de remorquage