Oefentoets Topo klas 1 Nederland provincies en hoofdsteden

Hoeveel provincies heeft Nederland?
A
12
B
13
C
10
D
11
1 / 25
suivant
Slide 1: Quiz
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Hoeveel provincies heeft Nederland?
A
12
B
13
C
10
D
11

Slide 1 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Drenthe?
A
Assen
B
Meppel
C
Emmen

Slide 2 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Friesland?
A
Dokkum
B
Leeuwarden
C
Drachten

Slide 3 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Groningen?
A
Delfzijl
B
Appingedam
C
Groningen

Slide 4 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Overijssel?
A
Zwolle
B
Deventer
C
Kampen

Slide 5 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Gelderland?
A
Nijmegen
B
Apeldoorn
C
Arnhem

Slide 6 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Utrecht
A
Utrecht
B
Veenendaal
C
Woerden

Slide 7 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Noord- Brabant?
A
Breda
B
's-Hertogenbosch
C
Tilburg

Slide 8 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Limburg?
A
Maastricht
B
Venlo
C
Roermond

Slide 9 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Zeeland
A
Zierikzee
B
Middelburg
C
Vlissingen

Slide 10 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Noord- Holland
A
Haarlem
B
Den Helder
C
Amsterdam

Slide 11 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Zuid-Holland
A
Rotterdam
B
Den Haag
C
Leiden

Slide 12 - Quiz

Wat is de hoofdstad van Flevoland?
A
Almere
B
Emmeloord
C
Lelystad

Slide 13 - Quiz

Welke provincie zie je hier? (controleer je spelling)

Slide 14 - Question ouverte

Welke provincie zie je hier? (controleer je spelling)

Slide 15 - Question ouverte

Welke provincie zie je hier? (controleer je spelling)

Slide 16 - Question ouverte

Welke provincie zie je hier? (controleer je spelling)

Slide 17 - Question ouverte

Welke provincie zie je hier? (controleer je spelling)

Slide 18 - Question ouverte

Welke provincie zie je hier? (controleer je spelling)

Slide 19 - Question ouverte

Welke provincie zie je hier? (controleer je spelling)

Slide 20 - Question ouverte

Welke provincie zie je hier? (controleer je spelling)

Slide 21 - Question ouverte

Welke provincie zie je hier? (controleer je spelling)

Slide 22 - Question ouverte

Welke provincie zie je hier? (controleer je spelling)

Slide 23 - Question ouverte

Welke provincie zie je hier? (controleer je spelling)

Slide 24 - Question ouverte

Welke provincie zie je hier? (controleer je spelling)

Slide 25 - Question ouverte