Thema A: Reclame -> Reclamespots

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Paragraaf 3: Reclame - Reclamespots

Planning

1. Bespreken huiswerk BNW;

2. Korte quiz;

3. Uitleg Reclamespots;

4. Maken opdrachten reclamespots;

5. Huiswerk

Lesdoelen

1. Ik kan de bedoeling van reclamefragmenten verwoorden en evalueren.

2. Ik kan een relatie leggen tussen tekst en beeld. 

Quiz

Er komen dadelijk een aantal sheets met quizvragen. Klik het antwoord aan dat volgens jou juist is. 

De mensen (branden) hun vingers gisteren aan de hete barbecue.

1. branden
2. brandden
3. brande
4. brandde

De leerlingen (checken) vorige week regelmatig hun Peppelsaccount.

1. checkten
2. checktten
3. checkte
4. checktte

Man sticht autobrand in Nijmegen en (worden) op heterdaad betrapt.

1. word
2. worden
3. werd
4. wordt

Annemiek van Vleuten (verbazen) weer iedereen na tegenslag.

1. verbaasd
2. verbaast
3. verbaasde
4. verbaaste

Reclamespots

Doel van reclamespots --> 
activeren. 

De boodschap van een reclameslogan is verpakt in een slogan --> een korte, kernachtige zin. 

Beelden in reclamespots 

Beelden spelen in reclamespots een belangrijke rol. 

Verschillende functies:
1. Extra informatie geven;

2. Een bepaald gevoel oproepen bij de kijker;

3. De aandacht trekken;

4. De tekst verduidelijken. 

Welke reclamespot sprak jou het meest aan? Waar komt dat door?

Welke reclamespot vind jij leuk?

Wie is dé reclamekenner in deze klas?

Kahoot 

Ik heb de lesinhoud begrepen.

😒🙁😐🙂😃

Huiswerk