5.2

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 3

5.2 Wat voor ondernemingen?

Je leert:

• In welke sectoren je kunt werken
• Hoe een bedrijf georganiseerd is
• Welke ondernemingsvormen er zijn

Arbeid en productie worden ingedeeld in vier productiesectoren

Primaire sector

Landbouw, visserij, winning van delfstoffen

Secundaire sector
Industrie, bouw, ambachten (zoals bakkers)

Tertaire sector

Commerciële dienstverlening (winkels, banken, transportbedrijven, etc)

Quartaire sector

Niet-commerciële dienstverlening (gezondheidszorg, onderwijs, overheidsdiensten, etc)

Organigram

Om het werk zo goed mogelijk te doen is er arbeidsverdeling (specialisatie)

Een zelfstandige ondernemer moet:

• Zich inschrijven bij de Kamer van Koophandel (KVK)
  
• Een ondernemingsvorm kiezen
  

• Eenmanszaak

• VOF (venootschap onder firma)

• NV (naamloze venootschap)

• BV (Besloten venootschap)

Een zelfstandige ondernemer moet:

• Zich inschrijven bij de Kamer van Koophandel (KVK)
  
• Een ondernemingsvorm kiezen
  

• Eenmanszaak

• Één eigenaar

• Zakelijk & privé

• VOF (venootschap onder firma)

• Meerdere eigenaren

• Zakelijk & privé

• NV (naamloze venootschap)

• aandeelhouder 
  naamloos

• Zakelijk

• BV (Besloten venootschap)

• aandeelhouder op naam

• Zakelijk

Eenmanszaak

Er is één eigenaar die zelf de leiding heeft. 

De eigenaar kan wel
personeel in dienst hebben.

Maken: 1 tot en met 13 van §5.2

Huiswerk volgende les:

5.1 + 5.2 + Rekenen 1 t/m 6