2.3 audiovisuele kunst

kunst                              periode 1

audiovisuele kunst

paragraaf 2.3

1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
Culturele en kunstzinnige vormingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec diapositives de texte et 8 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

kunst                              periode 1

audiovisuele kunst

paragraaf 2.3

Slide 1 - Diapositive

4 verschillende manieren

- videokunst: Het presenteren van gefilmd materiaal als zelfstandig kunstwerk. Oorspronkelijk waren de video-opnames analoog (vastgelegd op magneetband).

- video-installatie: Een ruimtelijk werk dat bestaat uit een of meerdere beeldschermen (waarop videobeelden worden getoond) en eventueel andere objecten die door de kunstennaar zijn uitgestald. 

- Video als documentatie: Film en video worden ook gebruikt om een happening of performance vast te leggen en later eventueel te presenteren op een tentoonstelling. Omdat de opname niet wordt gezien als het eigenlijke kunstwerk, valt dit niet onder videokunst.

- Multimedia: Het gebruik van verschillende communicatiemiddelen in een kunstwerk of een tentoonstelling. Bijvoorbeeld bewegend beeld, stilstaand beeld, muziek, geluidsfragmenten en tekst. 

Slide 2 - Diapositive

Audiovisuele vormgeving
- film: bewegend beeld op een scherm waarmee de makers een verhaal vertellen, of een dun en doorzichtig materiaal met een lichtgevoelige laag waarop beeldopnamen kunnen worden gemaakt. 

- animatie: een film die is gemaakt door bijvoorbeeld tekeningen of foto's van (klei)poppetjes snel achter elkaar te laten zien.

- computeranimatie: een met computertechniek gemaakte (teken)film.

- videoclip: een korte videofilm die op tv of internet wordt vertoond om een popsong te promoten. 

- documentaire: een informatieve film die de werkelijkheid toont en waarin niet wordt geacteerd.

- reportage: een journalistiek verslag van een gebeurtenis of situatie die nieuwswaarde heeft, gemaakt voor televisie of internet.
- commercial: een reclamefilmpje.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Slide 5 - Vidéo

Pippiloti Rist
"Ever is over all" van Pippiloti Rist kunnen bezoekers bekijken op 
een groot scherm terwijl ze ontspannen onderuit zitten. Rist speelt
met herkenbare beelden en fantasieën. De beelden links en rechts
op het scherm worden overlappend en vertraagd afgespeeld, wat 
zorgt voor een bepaalde rust. Ondertussen is er een vrouw te 
horen die vrolijke met muziek meeneuriet. De video zelf blijkt niet 
zo kalm als het eerst lijkt. Je ziet een vrouw met een bloem in haar 
hand over straat lopen. In een plotselinge uitbarsting van geweld 
slaat ze de bloem tegen een autoruit. De ruit breekt door de impact van de bloem. 
Beschrijf waarom je hier te maken hebt met een video-installatie.

Slide 6 - Diapositive

Bill Viola


Het werk van Bill Viola wordt gepresenteerd in een kathedraal in Londen. Leg uit waarom de inhoud versterkt wordt door de gekozen presentatieruimte. 

Slide 7 - Diapositive

Beyond van Gogh - The immersive experience
Leg uit waarom de tentoonstelling een ander soort publiek trekt dan een doorsnee museum. 

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Knorr

- Geef twee voordelen van het werken met animatietechnieken ten opzichte van het werken met live action.

- Beschrijf hoe een stop-motion animatiefilm tot stand komt en wat je hiervoor allemaal nodig hebt. 

- Bij stop-motion animatie is er ook altijd nog wel wat nabewerking nodig op een computer, bijvoorbeeld als er in een scène iets door de lucht moet vliegen of als het moet regenen. Leg uit wat er in de nabewerking moet worden gedaan met het beeld bij de genoemde voorbeelden. 


Slide 10 - Diapositive

Björk 
- Noem twee overeenkomsten tussen videoclips en de videokunst zoals we die kennen uit musea. Denk hierbij aan de bedoeling en de maakwijze van het werk.
- Films en video's zijn niet direct na het filmen helemaal af. Ze moeten eerst nog worden bewerkt tot het definitieve eindresultaat. Noem drie elementen waaraan je kunt zien dat het ruw gefilmde materiaal achteraf is bewerkt. 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Jurassic Park
Beschrijf drie kenmerken die ervoor zorgen dat de dinosauriërs realistisch overkomen. 

Trailers worden met een bepaald doel gemaakt. Leg uit welk doel dit is en hoe dat te zien in de manier waarop ze zijn gemonteerd. 

Slide 13 - Diapositive

NetArt

- Vanaf de jaren 90 gebruiken steeds meer mensen het internet

- Bij NetArt onderzoeken kunstenaars wat het betekent om met zoveel mogelijk mensen tegelijk in contact te zijn

- Jan Robert Leegt maakte een 3D kunstwerk van een werkbalk van een desktop. Iets wat je dagelijks op je scherm ziet, verschijnt nu ineens in een museum (vervreemding)

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Videogames

- Voorlopers van videogames ontstaan al in de jaren 40

- Het gaat om de interactie tussen een scherm en gebruiker. Dit gebeurt via een interface: een systeem, programma of apparaat waarmee iemand met een computer kan communiceren

- Sommige kunstenaars maken kunst binnen een spelomgeving.


Slide 16 - Diapositive

Atari

Slide 17 - Diapositive

Virtual reality (vr)

- Vr creëert een digitale wereld met beeld en geluid waardoor je de illusie krijgt echt in die andere wereld te zijn

- Kunstenaar Geoffrey Lillemon gebruikt in zijn werk veelvuldig populaire cultuur en social media

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Slide 20 - Vidéo

Van Gogh-Roosegaarde fietspad
In Eindhoven ligt een uniek fietspad geïnspireerd op The Starry Night van meesterschilder Vincent Van Gogh. Het fietspad is voor iedereen vrij toegankelijk. Bezoekers zullen in de schemering verrast worden door een ontwerp van licht en kleur, geïnspireerd op het wereldberoemde werk De Sterrennacht Van Vincent van Gogh. Een magische beleving.

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Vidéo

Slide 23 - Vidéo