§ 2.3 Lenen is betalen!

Welkom!
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Welkom!

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Regels
  • In de les respecteren wij elkaar;
  • Wanneer ik of iemand anders aan het woord is, is iedereen stil;
  • Vinger opsteken voor een beurt;
  • Wij lachen niet als iemand een fout maakt in de les;
  • In de les gebruiken wij geen scheldwoorden;
  • In de les gebruiken wij geen telefoon behalve ik toestemming geef om de telefoon te gebruiken

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Raad het geld
Hoe heet deze munteenheid
en van welk land is het?

Slide 3 - Diapositive

Australische dollar
Sparen voor rente
Sparen voor een doel
Sparen uit voorzorg

Slide 4 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Primaire behoeften
Middelen
Secundaire behoeften
Schaars
Consumentenorganisaties
Keurmerk
Welvaart
Bruto binnenlands product
Inkomensvormen
Modaal inkomen
Nationaal inkomen
Inkomen per hoofd
Sociale
Technologische
Doelgroep
Zes

Slide 5 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Vul hieronder de voor en nadelen van sparen en beleggen in
Sparen
Beleggen
Voordeel:
Nadeel:
Je krijgt Rente
De rente is laag
Je kunt jouw geld verliezen
Je belegging kan meer waard worden

Slide 6 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
Aan het eind van deze les ga je leren:
  • Waarom mensen geld lenen; 
  • Wat de kosten van een lening zijn; 
  • Welke soorten leningen er zijn. 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Lenen
Lening = krediet.
Geld lenen = gebruik maken van geld van een ander.
Aflossen = geld terugbetalen.
Als vergoeding voor het lenen betaal je rente.
De rente en aflossing samen betaal je in termijnen aan de bank.


Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kredietkosten
Alles wat je méér terugbetaalt dan je hebt geleend, noem je de kredietkosten. (rente + andere kosten)

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kredietkosten
Je leent € 2.000 en betaalt de lening terug in 36 maandelijkse termijnen van € 65.


Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kredietkosten
Je leent € 2.000 en betaalt de lening terug in 36 maandelijkse termijnen van € 65.

Aantal termijnen = 36  Termijnbedrag = € 65  Lening = € 2.000
.
Kredietkosten = (36 x € 65) – 2000 = € 340

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leenmotieven
                                        Redenen om geld te lenen zijn:
  • Je hebt een tijdelijk geldtekort. 
  • Je wilt de aankoop van een duurzaam consumptiegoed niet uitstellen maar er nu al van genieten. 
  • Je wilt een woning kopen. Daarvoor sluit je een hypothecaire lening (hypotheek) af. 
  • Je leent geld om een onverwachte tegenvaller op te vangen. 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Consumptief krediet
consumptief krediet is geld lenen voor de aankoop van een duurzame consumptie goederen.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kredietvormen
  • Persoonlijke lening: je leent een bedrag en betaalt dat terug in een afgesproken aantal termijnen dat elke maand gelijk blijft. 

  • Doorlopend krediet: je mag lenen tot een maximumbedrag (de kredietlimiet). Je mag dat in één keer lenen, maar ook in gedeeltes. Alleen over het deel dat je opneemt, betaal je rente. Je betaalt af in termijnen.  

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kredietvormen
  • Salariskrediet: je mag op je betaalrekening tot een afgesproken bedrag rood staan. De hoogte ervan hangt af van je salaris. 

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In termijnen betalen
  • Koop op afbetaling: je koopt een product en betaalt het in een afgesproken aantal termijnen terug. Je bent meteen eigenaar van het product. 

  • Huurkoop: je koopt een product, maar je wordt pas officieel eigenaar ervan nadat je alle afgesproken termijnen hebt betaald.

  • Lease: je huurt een product en betaalt een maandelijks bedrag.  

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hypothecaire lening
Hypothecaire lening is een lening waarbij het huis als onderpand dient als extra zekerheid voor de bank.

Een hypotheek heeft meestal een looptijd van dertig jaar.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 28
timer
1:00

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting

Hebben wij behandeld waarom mensen geld lenen? 
Hebben wij behandeld wat de kosten van een lening zijn? 
Hebben wij behandeld welke soorten leningen er zijn? 

Huiswerk: Maak opgave 25 t/m 34.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions