Par. 4 Wie heeft de macht blokuur

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Parlementaire democratie

H1 - Par. 4

Lesdoelen

- Je kunt uitleggen hoe het kabinet tot stand komt en welke rol de coalitie en de oppositie spelen in het parlement.

- Je kunt uitleggen hoe een wetvoorstel tot stand komt. 

- je weet wat Prinsjesdag is en wat er dan centraal staat

Leerdoel

Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen hoe een wet tot stand komt. Je weet ook hoe een kabinetsformatie tot stand komt

Wat gaan we doen?

Voorkennis activeren

Opdracht: Hoe komt een wet tot stand

werkboek

filmpjes: oa Boos en beter ga je beginnen met stemme

Hoe worden de regeringspartijen genoemd?

1. kabinet
2. coalitie
3. oppositie
4. regering

Welke partij zit momenteel in de COALITIE?

1. PvdA
2. D66
3. PVV
4. GroenLinks

De coalitie is..

1. De partijen die de regering vormen.
2. De andere partijen dan de regeerpartijen.
3. Uitspraken van de tweede kamer.
4. Alle 150 leden in de kamer

Welke stelling(en) is/zijn juist?

1. Een regeerakkoord wordt gesloten door de coalitie
2. Een regeerakkoord wordt gesloten door de oppositie

Wie is de minister van Justitie en Veiligheid?

1. Minister Dekker
2. Mark Rutte
3. Minister Grapperhaus
4. Willem Alexander

Nummer één op de verkiezingslijst van een partij

1. minister-president
2. premier
3. minister
4. lijsttrekker

Welke minister presenteerde het koffertje, met de begroting voor volgend jaar?

1. Minister Wiebes van Economische Zaken
2. Minister-president Rutte
3. Minister Hoekstra van Financiën
4. Minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid

Uit welke twee onderdelen bestaat de regering?

1. Ministers+ staatssecretarissen
2. Minister president+ Koning
3. Ministers+Koning
4. Minister+ambtenaren

Wie heeft de macht?

Regering= de ministers en de koning

Kabinet= de ministers en hun staatssecretarissen

Coalitie= samenwerkende partijen uit het kabinet

Oppositie= partijen die niet in de coalitie zitten

Uitleg van de plannen die de regering voor het komende jaar heeft.

1. Troonrede
2. Regeerakkoord
3. Wetsvoorstel
4. Miljoenennota

Wat zit er in het koffertje bij prinsjesdag?

1. Troonrede
2. Begroting
3. Miljoenennota
4. Regeerakkoord

Belangrijke begrippen (die vaak worden verward)

Staatshoofd = koning

Regering = ministers + staatshoofd

Kabinet = ministers + staatssecretarissen

Staatssecretaris = onderminister

Aan de slag

3.4: De regering regeert

HB blz 46 en 47

WB: blz 42 ™ 44

Opdrachten 1 ™ 12

Aan de slag

BOOS

Afronding

Hoe heb jij invloed op de politiek?

Begrippen uit deze les

• ministers
• staats-secretaris
• regeringspartijen
• wetsvoorstel
• staatshoofd
• troonrede
• miljoenennota
• rijksbegroting

Huiswerk

Alles tm 3.4 is af

Leerdoelen en werkboekopdrachten