Les 2.1

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Geld - 2.1

Deze les

1. Doelen van deze les

2. Klassikale bespreking

3. Toepassing

4. Zelfstandig werken

5. Afsluiting

2 minuten

15 minuten

5 minuten

20 minuten

5 minuten

±

±

±

±

Doelen van deze les

Na deze les kun je:

• beschrijven in welke twee vormen geld voorkomt
  
• een nieuw saldo berekenen
• het verschil uitleggen tussen directe en indirecte ruil
• uitleggen op welke manieren je met geld kunt betalen

Twee soorten ruil

Directe ruil

Hoe kom je aan goederen of diensten die je wilt hebben of nodig hebt?

Twee soorten ruil

Indirecte ruil

Hoe kun je betalen?

Twee soorten geld

Chartaal geld

Giraal geld

Saldo

• Saldo = het bedrag dat op je bankrekening staat
• Formule:
  nieuw saldo = oud saldo + ontvangsten - uitgaven

Begin september had je een saldo van € 150 op je rekening. Je kreeg € 20 zakgeld en € 10 van je oma. Je gaf € 5 uit in de kantine en € 60 aan een nieuwe game. Wat was je saldo eind september?

Toepassing

Monique had op haar bankrekening  een saldo van €654,50. Hiernaast zie je haar bankrekening .

Bereken het nieuwe saldo

Werken

Maken hoofdstuk 2.1 

1 t/m 12

Deze les

1. Doelen van deze les

2. Klassikale bespreking

3. Stiltekwartier

4. Toepassing

5. Werken

6. Afsluiting

Afsluiting

Ga naar: https://kahoot.it/