V2_H5§4 Kansen en bedreigingen voor Nigeria

Programma:

1. Tegenstellingen in Nigeria

2. Olie-industrie: vloek of zegen?

4. Kansen en bedreigingen voor Nigeria



Nigeria: rijk en toch arm
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Programma:

1. Tegenstellingen in Nigeria

2. Olie-industrie: vloek of zegen?

4. Kansen en bedreigingen voor Nigeria



Nigeria: rijk en toch arm

Slide 1 - Diapositive

Vandaag
Terugblik §1 en  §2
Uitleg  §4

Werken aan de opdrachten 
Stukje documentaire 

Slide 2 - Diapositive

Welke oorzaken van conflicten zijn er in Nigeria?

Slide 3 - Question ouverte

Waarom wil de Nigeriaanse overheid de afhankelijkheid van olie verkleinen?

Slide 4 - Question ouverte

Deelvraag
Welke kansen en/of bedreigingen zijn er vanuit het buitenland voor de ontwikkeling van Nigeria? 

Slide 5 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt voor- en nadelen van vrije wereldhandel voor Nigeria noemen. 
  • Je kunt voor- en nadelen noemen van het feit dat veel Nigerianen in het buitenland werken. 
  • Je kunt uitleggen hoe Nigeria wordt geholpen met ontwikkelingssamenwerking. 
  • Je kunt voor- en nadelen noemen van buitenlandse investeringen in Nigeria. 


Slide 6 - Diapositive

Buitenland en Nigeria
Contacten, steun en handel met andere lansen bieden kansen, maar zorgen ook voor bedreigingen. 
Vormen van contacten: 
Vrije wereldhandel 
  • werken in het buitenland 
  • steun uit het buitenland 
  • buitenlandse investeringen 

Slide 7 - Diapositive

Vrije wereldhandel?
Vrije wereldhandel = alle landen in de wereld kunnen met elkaar handeldrijven zonder elkaar tegen te werken.
Vrije import en export.
Produceren van goederen waar een land goed in is en dat exporteren.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Opdracht koffiehandel 
In deze opdracht ga je in een fictieve grafiek schetsen wat er met de Nigeriaanse koffie-export gebeurt als er verschillende factoren veranderen. Werk in tweetallen en pak een velletje papier.
1. Op de horizontale as zet je de tijdseenheid ‘jaren’. Begin bij het jaar 2020 en zet helemaal rechts 2024.
2. Op de verticale as zet je ‘exportvolume’ met 100 in het midden. 100 = 2020. Boven de 100-lijn neemt de koffie-export toe ten opzichte van 2020, eronder af.
3. In 2020 begint de lijn op 100.

Slide 10 - Diapositive

Ontwikkelingskansen voor Nigeria
  • Vrije wereldhandel = landen kunnen met elkaar handel drijven zonder elkaar tegen te werken.

  • Voordeel: verdienen export; aardolie en cacao
  • Nadeel 1: Veel concurrentie wereldmarkt --> verlies inkomsten cacao boeren
  • Nadeel 2: Prijzen op wereldmarkt kunnen erg schommelen
  • Nadeel 3: importproducten goedkoper -> Aziatische kleding

Slide 11 - Diapositive

Werken in het buitenland
  • Voordelen en nadelen
  • Opsturen van geld (remittances)
  • Bevolking juist nodig in Nigeria Braindrain 

Slide 12 - Diapositive

braindrain
  • wanneer hoog opgeleiden mensen (bijv. artsen) een ontwikkelingsland verlaten
  • vaak naar rijkere (westerse landen) voor hoger inkomen

Slide 13 - Diapositive

1

Slide 14 - Vidéo

02:50
In het fragment zie je dat Nigeria 1 dokter op 6000 inwoners heeft. In Nederland ligt dit ongeveer op 20 dokters op 6000 inwoners. Kan je dit verklaren?

Slide 15 - Question ouverte

Steun uit het buitenland 
Doel hulp: verbeteren levensomstandigheden 
Van: bedrijven, regeringen en internationale organisaties. 
In 2017: bijna drie miljard euro 
  • Noodhulp (1/3) 
  • Gezondheidszorg (structurele hulp) (1/3)
  • Overige projecten, bijv. straatkinderen en infrastructuur 


Slide 16 - Diapositive

Noodhulp

Slide 17 - Diapositive

Hulp tussen landen 
Bilaterale hulp - hulp tussen twee landen 
voorbeeld?

Multilaterale hulp - meerdere landen die hulp geven aan een land 

Slide 18 - Diapositive

Buitenlandse investeringen
Buitenlandse investeringen = investeringen van buitenlandse bedrijven in een land.

  • Voordelen: werk bij buitenlandse bedrijven en meer werk voor bijvoorbeeld toeleveranciers.

  • Nadelen: deel winst naar buitenland, afhankelijkheid van buitenlandse bedrijven, concurrentie tussen buitenlandse en binnenlandse bedrijven.

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

B-nummers van §4
B160 - economische migratie
B242 - interne en externe factoren
B244 - ontwikkelingssamenwerking
B251 - Neokolonialisme 

Voor wie dat wil, is hierover straks een aanvullende uitleg 

Slide 21 - Diapositive

Huiswerk
Bestudeer H5§4 en de bijbehorende B-nummers 
Maak: opdr. 1 t/m 5, 7 en 9

Slide 22 - Diapositive