2Ha 02032021

Bonjour!
Mardi, le 2 mars
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Bonjour!
Mardi, le 2 mars

Slide 1 - Diapositive

Heb je zin om weer fysiek naar school te gaan?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Sondage

Hoe was je vakantie?
😒🙁😐🙂😃

Slide 3 - Sondage

Cultuurproject

Even in de koelkast. Komt later deze week weer terug.

Slide 4 - Diapositive

Chapitre 3 Je l'adore!
In dit hoofdstuk, gaan we naar de Côte D'Azur. Kijk naar de kaart van Frankrijk en de kaart van de departementen op de bladzijdes 192 en 193 van je tekstboek.

Slide 5 - Diapositive

Nice ligt in het ... van Frankrijk.
A
noorden
B
zuiden
C
westen
D
oosten

Slide 6 - Quiz

Italië ligt ten ... van het departement Alpes-Maritimes.
A
noorden
B
zuiden
C
westen
D
oosten

Slide 7 - Quiz

Cannes ligt ten ... van de stad Nice.
A
noorden
B
zuiden
C
westen
D
oosten

Slide 8 - Quiz

Het departement Var ligt ten ... van het eiland Corsica.
A
noorden
B
zuiden
C
westen
D
oosten

Slide 9 - Quiz

84
6
13
83
5
4
Vaucluse
Alpes-Maritimes
Bouches-du-Rhône
Var
Hautes-Alpes
Alpes-de-Haute-Provence

Slide 10 - Question de remorquage

Lees de tekst op pagina 38 in je tekstboek en beantwoord de volgende vragen:

Slide 11 - Diapositive

Waar staat de Côte d'Azur om bekend.

Slide 12 - Carte mentale

Waar denk je dat 'azur' in Côte d'Azur naar verwijst?

Slide 13 - Carte mentale

Noem een badplaats aan de Côte d'Azur.

Slide 14 - Carte mentale

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

In dit hoofdstuk gaat het over beroemdheden en hun fans. In de volgende dia verbind je de woorden met qui (wie),              quoi (wat) of où (waar).

Slide 29 - Diapositive

l'acteur
le film
le stade
le concert
le match
le cinéma
la chanteuse
le footballeur
la salle de concert
Qui?
Quoi?

Slide 30 - Question de remorquage

In de volgende oefening oefenen we met klassen-Frans. 
Qui dit quoi? Wie zegt wat? Verbind de zin met de juiste persoon.

Slide 31 - Diapositive

Écrivez vos devoirs dans votre agenda.
On a combien de temps?
Prends ton livre de textes!
Vous avez les notes?
Pourquoi tu n'as pas fait tes devoirs?
Je peux vous poser une question, Monsieur?
Prof
Elève

Slide 32 - Question de remorquage

Les devoirs pour jeudi 4 mars:

Apprends: Vocabulaire A FN
Fais: Bron B: Exercice 8 + 10

Slide 33 - Diapositive