Hoofdstuk 4.7 grammatica

grammatica    H4.7
jou/ jouw
u/ uw
mij/ mijn
als/dan
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

grammatica    H4.7
jou/ jouw
u/ uw
mij/ mijn
als/dan

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Bezittelijk voornaamwoord
Naast de persoonlijk voornaamwoorden, zijn er ook bezittelijke voornaamwoorden. Deze geven aan dat iets van iemand is. 

mijn boek
jouw tas 
zijn fiets

Slide 3 - Diapositive

Persoonlijk voornaamwoord
Bezittelijk voornaamwoord
Ik
Zijn
Haar
Hij
Mijn
Uw
Jij

Slide 4 - Question de remorquage

...... schrift lag in hun kamer.
A
jou
B
jouw

Slide 5 - Quiz

bezittelijk voornaamwoord
Doet
jullie
computer
ook
zo
raar?
Hun
auto
is
duurder

Slide 6 - Question de remorquage

Ik ga nu die kamer poetsen met ........ schoonmaakspullen.
A
uw
B
u

Slide 7 - Quiz

Zijn de onderstaande woordjes persoonlijke of bezittelijke voornaamwoorden?
Sleep elk woord hieronder naar het goede antwoord.

persoonlijk voornaamwoord
bezittelijk voornaamwoord
hen
ik
jij
jou
jouw
mijn
onze
wij
uw

Slide 8 - Question de remorquage

Mijn kamer is een grote bende

mijn=
A
bezittelijk voornaamwoord
B
persoonlijk voornaamwoord

Slide 9 - Quiz

zijn kamer erg schoon is.

zijn =
A
bezittelijk voornaamwoord
B
persoonlijk voornaamwoord

Slide 10 - Quiz

Persoonlijk voornaamwoord
Bezittelijk voornaamwoord
wij
mijn nicht
Ik
zijn schoenen
Hem

Slide 11 - Question de remorquage

4.7 deel 2

Slide 12 - Diapositive

jou
jouw
Deze fiets is toch van ....?
Deze fatbike is toch van ...?
Ik heb een vape gevonden, is die van ...?
Er staat een shotje op de bar, is die van ...?
Staat ... Vespa in de regen?
Zet je ... glas even in de vaatwasser?

Slide 13 - Question de remorquage

Wat is een persoonlijk voornaamwoord?

Slide 14 - Question ouverte

dan
als
even groot ...
leuker ...
even goed als
knapper ...

Slide 15 - Question de remorquage

u
uw
Deze auto is toch van ...?
Is dit ... handtasje?
Ik heb een oorbel gevonden, is die van ...?
Is dit van ...?
Is dit ... jas?

Slide 16 - Question de remorquage

Wat is een bezittelijk voornaamwoord?

Slide 17 - Question ouverte

Wat vond je van de les? tips/tops

Slide 18 - Carte mentale

Heb je het doel van vandaag behaald?
(je les verbeterd ten opzichte vd vorige les)
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Sondage

H4.8 spelling

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive