les 14 herhaling drogredenen (discussieregels)

5H herhaling drogredenen
(nakijken beeldspraak)
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

5H herhaling drogredenen
(nakijken beeldspraak)

Slide 1 - Diapositive

Drogreden
  • Een drogreden is een reden of redenering die niet klopt, maar wel aannemelijk lijkt. 
  • Veelvoorkomend in discussies, maar ook wel in andere situatie, zoals geschreven teksten.

Slide 2 - Diapositive

Drogreden
  • Je leert drogredenen herkennen en benoemen om zwakke plekken in argumentaties te kunnen vinden.
  • Argumentatie maakt onderdeel uit van het CE. 

Slide 3 - Diapositive

Drogreden
  1. onjuist gebruik van een argumentatieschema
  2. overtreding discussieregels

Slide 4 - Diapositive

Drogredenen 1: onjuist gebruik van een argumentatieschema
  1. oorzaak-gevolg
  2. kenmerk of eigenschap
  3. voor- of nadelen
  4.    ,,
  5. voorbeeld
  6. verkeerde vergelijking
  7. autoriteit
  1. onjuist beroep op oorzaak-gevolg
  2. onjuist beroep op kenmerk/eigenschap
  3. overdrijven van de voor- of nadelen
  4. vals dilemma
  5. overhaaste generalisatie
  6. verkeerde vergelijking
  7. onjuist beroep op het autoriteitsschema

Slide 5 - Diapositive

Drogredenen 2: overtreden van een discussieregel
  1. Persoonlijke aanval
  2. Ontduiken van de bewijslast
  3. Vertekenen van het standpunt
  4. Bespelen van het publiek
  5. Cirkelredenering



Slide 6 - Diapositive

Persoonlijk aanval
'Op de man spelen.' Er wordt niet ingegaan op de argumenten, maar iemand wordt persoonlijk aangevallen op bepaalde eigenschappen.


Slide 7 - Diapositive

Persoonlijk aanval
'Op de man spelen.' Er wordt niet ingegaan op de argumenten, maar iemand wordt persoonlijk aangevallen op bepaalde eigenschappen.

  • Een zuipschuit als jij moet nodig zeggen dat alcohol een gevaar voor de gezondheid is.

Slide 8 - Diapositive

Persoonlijk aanval
'Op de man spelen.' Er wordt niet ingegaan op de argumenten, maar iemand wordt persoonlijk aangevallen op bepaalde eigenschappen.

“Hoe kun jij nu pleiten voor het invoeren van strenge milieuwetgeving? Jij rijdt zelf in een dieselslurpende Mercedes uit de jaren ’70"

Slide 9 - Diapositive

Onduiken van bewijslast
Je formuleert je argument zo dat je je tegenstanders ervan weerhoudt het standpunt tegen te spreken.

'Ik ben tegen de doodstraf. Ieder weldenkend mens is daar toch tegen!'

Slide 10 - Diapositive

Ontduiken van bewijslast
'Als jij geen tegenargumenten kunt bedenken, dan is het dus waar.'



Slide 11 - Diapositive

Vertekenen van het standpunt
Het standpunt of argument van de ander wordt onjuist weergegeven. Iemand wordt een standpunt of argument in de mond gelegd.

  • Man: Ik vind vrouwen soms erg snel geïrriteerd.
  • Vrouw: Dus jij vindt dat ik een kort lontje heb?!

  • Ik denk niet dat ik later kinderen wil.
  • Dus jij hebt een hekel aan kinderen?

Slide 12 - Diapositive

Vertekenen van het standpunt

Docent: Kan je heel even wachten met het stellen van je vraag?
Leerling: Jammer dat u zich te goed voelt om onze vragen te beantwoorden!

Slide 13 - Diapositive

Bespelen van het publiek
Het standpunt wordt zo geformuleerd dat het moeilijk is om
er tegenin te gaan. 

  • U bent natuurlijk allemaal slim genoeg om mijn standpunt te begrijpen.

  • Niemand die zich nog hoeft af te vragen waarom we dit eigenlijk zo doen.

  • We weten allemaal wel dat dat niet zo slim is.

Slide 14 - Diapositive

 De cirkelredenering
Bij een cirkelredenering herhaal je je standpunt, alleen anders geformuleerd.
Ik vind haar niet aardig, want ik mag haar niet.

Slide 15 - Diapositive

Cirkelredenering

'Dit kabinet maakt er echt een puinhoop van, want het kabinet doet helemaal niets goed!'

Slide 16 - Diapositive

Cirkelredenering

'Ik ben niet aanwezig, want ik kan niet komen.'

Slide 17 - Diapositive

Cirkelredenering

'Die fiets is van mij, want het is mijn eigendom.'

Slide 18 - Diapositive

Oefenen

Maak online planning 3
(opdr. 5, 6, 7 en 8 drogredenen)

Slide 19 - Diapositive