10-2-21 Engels 1A

Opdrachten gemaakt bij over zeer luxe dierenverblijf op het vliegveld 
Ik leer de regels die horen bij de present simple 
Present simple
Engels 
10-2-21
Nakijken
Oefenen present simple 
Lesson 4 opdracht 6,7,8,9
Hoe ging het?
Huiswerkdagopdracht 
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Opdrachten gemaakt bij over zeer luxe dierenverblijf op het vliegveld 
Ik leer de regels die horen bij de present simple 
Present simple
Engels 
10-2-21
Nakijken
Oefenen present simple 
Lesson 4 opdracht 6,7,8,9
Hoe ging het?
Huiswerkdagopdracht 

Slide 1 - Diapositive

Deze les nodig: 
- Engelse boek
- Computer/ laptop om de les te volgen
- Telefoon om mee te doen aan de LessonUp les (log alvast in!)
- Potlood 
timer
1:30

Slide 2 - Diapositive

Word of the day! 



Usage: One of the perks of working in a candy shop is getting to try all the new confections.
confection

Slide 3 - Diapositive

Word of the day! 
Definition: (noun) A food rich in sugar.

Synonyms: sweet



Slide 4 - Diapositive

Nakijken
Kijk maar even mee naar de antwoorden 

Lesson 4, opdracht 1,2,3,4,5

Slide 5 - Diapositive

Grammar
Present Simple

Als iets altijd, vaak of nooit gebeurt gebruik je in het Engels de present simple (tegenwoordige tijd). 

Kijk maar mee: 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Present simple
ga naar blz 118 
in je boek 

Slide 8 - Diapositive

Wat past er op de puntjes?
They never .... their vegetables.
A
eats
B
eating
C
eat
D
eaten

Slide 9 - Quiz

Wat past er op de puntjes?
Your grandma always ... tomato soup.
A
order
B
orders
C
ordering
D
ordert

Slide 10 - Quiz

Wat past er op de puntjes?
My parents often ... mashed potatoes.
A
to make
B
make
C
making
D
makes

Slide 11 - Quiz

Wat past er op de puntjes?
The chef .... to cook chicken or fish.
A
liking
B
like
C
likes
D
liken

Slide 12 - Quiz

Wat past er op de puntjes?
I always .... apple pie on my birthday
A
eats
B
eat
C
eating
D
to eat

Slide 13 - Quiz

Aan de slag 
Maak: Unit 3, lesson 4 opdracht 6,7,8,9

Huiswerkdagopdracht: reisschema New York City! 

Slide 14 - Diapositive