Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 40 min
Éléments de cette leçon
Raadsels en een
'självbedömning'
Slide 1 - Diapositive
Dit is onze laatste les vóór Kerstmis.
Enkele van jullie hebben mij gevraagd om raadsels op te geven. Daarom wordt deze laatste les wat leuker, door raadsels op te lossen.
Maar voordat we daarmee beginnen gaan we eerst een formulier invullen.
Slide 2 - Diapositive
Självbedömning i modersmål
Slide 3 - Diapositive
Under denna lektion kommer du, som alla andra modersmålselever i
Kommunen, att göra en egen bedömning av vad du själv tycker om dina
kunskaper i nederländska. Vi tar detta på svenska.
På de följande sidor kommer du först att skriva:
Ditt namn
Din årsklass
Namn på din skola
Sen får du två frågor:
Vad tycker du att du kan hittills? här skriver du vad du tycker att du kan, på nederländska (tala, skriva, förstå och hur bra du är på det)
Vad vill du utveckla? här skriver du vad du skulle vilja jobba med för att bli bättre på ditt modersmål.
Lägg lite tid på detta och fundera på dina svar. Fråga eventuellt hjälp av pappa eller mamma. Dina svar kommer inte bara att läsas av mig, men också av min chef och de andra modersmålslärare. Vi använder alla era svar för att kunna göra lektionerna bättre.
Slide 4 - Diapositive
skriv ditt namn
Slide 5 - Question ouverte
i vilken klass går du?
Slide 6 - Question ouverte
på vilken skola går du?
Slide 7 - Question ouverte
vad tycker du att du kan hittills?
Slide 8 - Question ouverte
vad vill du utveckla (bli bättre på)?
Slide 9 - Question ouverte
Tack, då är bedömningen färdig.
Slide 10 - Diapositive
Nu gaan we verder met de raadsels
Slide 11 - Diapositive
Een man staat voor het schilderij van een man, en zegt het volgende: "ik heb geen broers en zussen. Maar de vader van deze man is mijn vaders zoon". Wie staat er op het schilderij?
A
Zijn vader
B
Hijzelf
C
Zijn zoon
D
Zijn opa
Slide 12 - Quiz
Op een munt staat 586 v.C. (voor Christus), hoe oud is deze munt?
Slide 13 - Question ouverte
Een vliegtuig stort neer precies op de grens van China en Rusland. Waar worden de overlevenden begraven?
Slide 14 - Question ouverte
Een auto rijdt met 120 km per uur de bocht in. Welke banden verslijten het minst?
Slide 15 - Question ouverte
Slide 16 - Question ouverte
Er staan 50 mensen onder één paraplu en ze worden niet nat. Hoe kan dat?
Slide 17 - Question ouverte
Los de rebus op.
Het antwoord kun je schrijven op de volgende pagina
Slide 18 - Diapositive
Als je het antwoord weet, mag je het hieronder invullen
Slide 19 - Question ouverte
Het baasje van Bobo heeft 4 honden, Fikkie, Flappie en Fiffie. Hoe heet de vierde hond?
Slide 20 - Question ouverte
Wat komt één keer voor in juni, één keer voor in juli en drie keer voor in augustus?
Slide 21 - Question ouverte
Welke ezels hebben aan drie poten genoeg?
Slide 22 - Question ouverte
Het is donker in mijn slaapkamer, en ik wil twee sokken met dezelfde kleur hebben uit mijn la, waarin 24 rode en 24 blauwe sokken zitten. Hoeveel sokken moet ik uit de la halen om minimaal twee sokken van dezelfde kleur te hebben?
A
2
B
3
C
24
D
25
Slide 23 - Quiz
5 koks doen er 5 minuten over om 5 taarten maken? Hoeveel minuten doen 100 koks er dan over om 100 taarten te maken?
Slide 24 - Question ouverte
In een straat staan 100 huizen, welke zijn genummerd van 1 tot 100. Hoeveel negens staan er in totaal in al deze nummers?
A
10
B
11
C
19
D
20
Slide 25 - Quiz
Van welk woord zijn hier de medeklnikers weggelaten? .a.a.a.a.aa.
Slide 26 - Question ouverte
Welk cijfer moet de volgende zijn in onderstaande reeks 2 - 5 - 11 - 23 - ...
Slide 27 - Question ouverte
Welk woord wordt kleiner als je er twee letters aan toevoegt?
Slide 28 - Question ouverte
Welk zoogdier kan niet springen?
A
Nijlpaard
B
Koe
C
Olifant
D
Neushoorn
Slide 29 - Quiz
Schrijf de oplossing op de volgende pagina.
Slide 30 - Diapositive
A
15
B
17
C
27
D
10
Slide 31 - Quiz
Schrijf het antwoord hier beneden
Slide 32 - Question ouverte
Een man loopt buiten in een korte broek en een t-shirt. Het begint te regenen en de man heeft geen paraplu.
Zijn kleren worden door en door nat maar toch wordt er geen haar op zijn hoofd nat.
Hoe kan dat?
Slide 33 - Diapositive
Antwoord:
de man is kaal.
Slide 34 - Diapositive
Ik wens jullie alvast een heel fijne kerstvakantie toe, mooie Kerstdagen en een voorspoedig en gelukkig 2021!
Slide 35 - Diapositive
Wat vond je van de les?
A
B
C
D
Slide 36 - Quiz
Dat was het weer voor deze week. Hieronder kun je schrijven als je een boodschap achter wilt laten.