5.4 - Voortplanten TL1

1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Deze les
Herhaling 5.3
Uitleg 5.4 (deel 1)
Oefenvragen
Zelf aan de slag (tot en met opdracht 14)

Slide 2 - Diapositive

Wat is fotosynthese?

Slide 3 - Question ouverte

Wat heeft de plant nodig om fotosynthese te kunnen doen?
A
Water, zuurstof en glucose
B
Water, koolstofdioxide en glucose
C
Water, zuurstof en zonlicht
D
Water, koolstofdioxide en zonlicht

Slide 4 - Quiz

Wat kan de plant van zijn zelfgemaakte glucose maken?

Slide 5 - Question ouverte

5.4 - Voortplanten

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Meeldraden en stamper
Meeldraad - maakt stuifmeelkorrels
Stamper - bevat zaadbeginsels

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Hoe komt het stuifmeel nou op de stamper?
A
Insecten nemen het mee
B
Via de wind

Slide 10 - Quiz

Insecten
Planten met opvallend gekleurde bloemen gebruiken insecten
Insecten zoeken nectar, en kruipen de bloem in om het te vinden
Hierdoor komt stuifmeel aan hun pootjes
Bij de volgende bloem gaan de insecten op de stamper zitten en laten daar het stuifmeel achter

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Wind
Windbloemen verspreiden stuifmeel door de wind
Windbloemen zijn minder opvallend, waarom?

Slide 13 - Diapositive

Windbloemen
Meeldraden en stempel van de stamper steken ver uit de bloem
Hierdoor kan de wind er goed langs

Slide 14 - Diapositive

Hoe ontstaan zaden?
Stuifmeelkorrels zijn terechtgekomen op de stempel
Buisje groeit vanaf de korrel door de stijl (stuifmeelbuis)
In het vruchtbeginsel zitten zaadbeginsels met daarin eicellen
Elk zaadbeginsel heeft 1 eicel
Celkernen van de eicel en de stuifmeelkorrel versmelten tot een nieuwe celkern -> bevruchting

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Na de bevruchting
Vruchtbeginsel (met daarin de bevruchtte zaadbeginsels) groeit uit tot een vrucht
De zaden groeien binnenin mee

Slide 17 - Diapositive

Verspreiding zaden
Via de wind
Via dieren
Door de plant zelf

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Verspreiding door dieren
Dieren eten vruchten en poepen de zaden uit
Zaden blijven aan de vacht van dieren hangen

Slide 20 - Diapositive

Verspreiding door de plant zelf
Vrucht droogt uit en hierdoor vallen de zaden
Vrucht springt open en 'schiet' de zaden weg

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Oefenvragen

Slide 23 - Diapositive

Bloemen zijn organen van planten die nodig zijn voor...
A
De ademhaling van planten
B
De voortplanting van planten
C
De groei van planten
D
Het mooi zijn!

Slide 24 - Quiz

Kelkbladeren
Kroonbladeren
Bloembodem
Nectarkliertjes
Andere delen van de bloem zitten hier op vast
Groene blaadjes die de bloem beschermen
Hier wordt nectar gemaakt
Gekleurde bloemblaadjes

Slide 25 - Question de remorquage

Eicellen
Stuifmeelkorrels
Mannelijke voortplantingscellen
Vrouwlijke voortplantingscellen
Gemaakt in de meeldraad
Gemaakt in de stamper
Worden verspreid door insecten of de wind

Slide 26 - Question de remorquage

Stuifmeel wordt verspreid door
A
Insecten
B
De wind
C
Zowel insecten als de wind
D
De plant zelf, insecten en de wind

Slide 27 - Quiz

Einde

Slide 28 - Diapositive