Gedichten

1 / 15
suivant
Slide 1: Vidéo
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Kenmerken gedichten
  • Woorden en zinnen van een gedicht zijn op een bijzondere       manier over een bladzijde verdeeld.
  • Een gedicht heeft minder woorden dan een gewoon verhaal.
  • Soms rijmen de regels op elkaar, maar dat hoeft niet.
  • De tekst is in stukjes verdeeld = STROFEN.
  • De tekst van een gedicht wordt op een mooie, leuke of     bijzondere manier verteld.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Songtekst
Een songtekst is eigenlijk ook een gedicht, maar dan op muziek.


Een ander woord voor gedichten is POËZIE.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Voorbeeld
Gedicht van Hans Andreus

Slide 6 - Diapositive

Vragen
  1. Waaraan kun je zien dat dit een gedicht is? Noem drie kenmerken.
  2. Sommige woorden rijmen. Noteer zoveel mogelijk woorden die rijmen.
  3. Uit hoeveel strofen bestaat het gedicht?
  4. Waarom bestaat de middelste strofe maar uit 1 zin denk je?
  5. Vul in: De ik-persoon in dit gedicht ... zich.
  6. Wanneer had jij voor het laatst ergens geen zin in?
  7. Volgens de ik-persoon is het gezond je soms te vervelen. Ben je het daar mee eens? Leg uit.

Slide 7 - Diapositive

Kenmerken gedichten
  • Woorden en zinnen van een gedicht zijn op een bijzondere       manier over een bladzijde verdeeld.
  • Een gedicht heeft minder woorden dan een gewoon verhaal.
  • Soms rijmen de regels op elkaar, maar dat hoeft niet.
  • De tekst is in stukjes verdeeld = STROFEN.
  • De tekst van een gedicht wordt op een mooie, leuke of     bijzondere manier verteld.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Vragen
  1. Welke kenmerken van een gedicht herken je?
  2. Welke woorden rijmen op elkaar.

Slide 10 - Diapositive

1
Bekijk de foto op de volgende slide. Maak zelf ook zo'n gedicht.
  • Onderzoek (google) wat de regels zijn van de dichtvorm:              Limerick
  • Zoek een onderwerp wat je leuk vindt.
  • Zorg dat jouw limerick dit onderwerp als titel krijgt.
  • Maak je eigen limerick.

Slide 11 - Diapositive

Limerick

Slide 12 - Diapositive

2
Maak zelf een stripgedicht. Doe het zo:
  • Zoek op internet een gedicht dat jij mooi vindt.
  • Lees het goed door.
  • Maak minimaal 4 plaatjes van het gedicht op één papier.
  • Zet de zinnen van het gedicht in de plaatjes. 

Slide 13 - Diapositive

3
Zoek een Nederlandstalige songtekst. 
Kopieer het en zet titel en artiest er boven. 
  • Waarom heb je voor deze songtekst gekozen?
  • Over welke gevoelens gaat dit? Heb jij dit ook wel eens?
  • Ken je andere liedjes over dit onderwerp? Welke?
  • Wat zijn de verschillen en de overeenkomsten?

Slide 14 - Diapositive

Evaluatie
Doel van de les was:
Aan het einde van de les kan de leerling drie kenmerken van gedichten opnoemen.

Heb jij dit doel bereikt? Waarom wel/niet?
Wat ging goed, wat kan beter?

Slide 15 - Diapositive