Oefenvragen evolutie

De ontwikkeling van vissen tot amfibieën is een voorbeeld van evolutie.
A
juist
B
onjuist
1 / 35
suivant
Slide 1: Quiz
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

De ontwikkeling van vissen tot amfibieën is een voorbeeld van evolutie.
A
juist
B
onjuist

Slide 1 - Quiz

De ontwikkeling van larve van het lieveheersbeestje tot een volwassen lieveheersbeestje is een voorbeeld van evolutie?
A
juist
B
onjuist

Slide 2 - Quiz

Wat is een organisme?
A
Een steen
B
De evolutie theorie van Darwin
C
Een levend wezen
D
Een vaatdoek

Slide 3 - Quiz

Wat is GEEN belangrijk sleutelbegrip bij evolutie?
A
Omgeving
B
Generaties
C
Het aangepast zijn van soorten
D
Leergedrag van dieren

Slide 4 - Quiz

Wat is geen argument voor evolutie?
A
Fossielen
B
Overeenkomst in bouw bij organismen
C
Overeenkomst in DNA bij organismen
D
Mensen worden ouder

Slide 5 - Quiz

Hoe heette het principe dat volgens Darwin de drijvend kracht achter de evolutie is?
A
Natuurlijke extinctie
B
Natuurlijke selectie
C
Natuurlijke sequentie
D
Natuurlijke reproductie

Slide 6 - Quiz

Wat wordt er met deze afbeelding bedoeld?
A
Dat mensen van de apen afstammen
B
Dat mensen en apen gemeenschappelijke voorouders hebben.
C
Dat er door micro-evolutie nieuwe soorten zijn ontstaan
D
Dat er veel apen zijn.

Slide 7 - Quiz

In een bepaalde populatie komen ongeveer evenveel slakken met lichtgekleurde huisjes voor als slakken met donkergekleurde huisjes. De kleur van de huisjes is erfelijk bepaald. Door een verandering in de omgeving wordt de ondergrond waarop ze leven donkerder. Vogels eten daardoor slakken met lichte huisjes eerder op dan die met donkere. Na een paar generaties blijken er in die populatie bijna geen slakken met lichte huisjes meer te zijn. Is er in deze populatie sprake van selectie?
A
Nee
B
Ja, van kunstmatige selectie
C
Ja , van natuurlijke selectie

Slide 8 - Quiz

Evolutietheorie gaat niet over de ontstaanstheorie van het leven.
De evolutietheorie is vooral een theorie over hoe het leven zich ontwikkelt.
Evolutie werkt met natuurlijke selectie.
Natuurlijke selectie werkt op de best aangepaste organismen.

Slide 9 - Diapositive

Mensen stammen NIET af van de apen.
Huidige levensvormen zijn het gevolg van evolutie uit gemeenschappelijke voorouders. Daardoor lijken veel organismen op elkaar wat betreft hun bouw en levenswijze.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Hoeveel groepen olifantachtigen kwamen er voor in het begin van het Plioceen volgens de stamboom?

Slide 12 - Question ouverte

Volgens de gegevens in de stamboom hebben de hondachtigen en de katachtigen een gemeenschappelijke voorouder. Uit deze voorouder hebben zij zich ontwikkeld als aparte groepen.

Hoeveel miljoen jaar geleden is deze ontwikkeling begonnen?
(antwoord invullen op volgende slide!)

Slide 13 - Diapositive

Hoeveel miljoen jaar geleden is deze ontwikkeling begonnen?
A
25
B
38
C
58
D
64

Slide 14 - Quiz

In de afbeelding is in een stamboom weergegeven hoe verschillende groepen roofdieren zich volgens de evolutietheorie hebben ontwikkeld Drie groepen roofdieren zijn: de hondachtigen, de wasbeerachtigen en de zeehonden.
Aan welke van deze groepen zijn de beren het meest verwant volgens de informatie?

A
aan de hondachtigen
B
aan de wasbeerachtigen
C
aan de zeehonden

Slide 15 - Quiz

In gebieden waar varkens los rondlopen,
komen kruisingen tussen varkens en wilde zwijnen regelmatig voor.
Een varken is homozygoot voor de eigenschap krulstaart.
Een wild zwijn is homozygoot voor de eigenschap rechte staart.
2 Heeft een nakomeling uit zo’n kruising een krulstaart of een rechte staart?
Leg je antwoord uit met het schema hiernaast

Slide 16 - Question ouverte

Bij varkens en wilde zwijnen wordt het geslacht op dezelfde manier bepaald als bij de mens. In de afbeelding zijn chromosomen uit een cel te zien.

4 Zijn de chromosomen op de afbeelding afkomstig uit een cel van een mannelijk of van een vrouwelijk dier? Leg je antwoord uit.

Afbeelding

Slide 17 - Question ouverte

11 Hoeveel chromosomen heeft een cel P (zie afbeelding)? En hoeveel heeft een cel R er? Sleep het vinkje naar het juiste antwoord 
Cel p               Cel r
a       30                       30
b       30                       60
c       30                      120
d     60                        30
e       60                       60
f       60                       120

Slide 18 - Question de remorquage

Hoeveel miljoen jaar geleden begon de ontwikkeling van de apen van de oude wereld als aparte groep?
(klik op afbeelding voor groter versie)
A
Ongeveer 25 miljoen jaar geleden.
B
Ongeveer 35 miljoen jaar geleden.
C
Ongeveer 37 miljoen jaar geleden.
D
Ongeveer 43 miljoen jaar geleden.

Slide 19 - Quiz

Aan welke groep zijn de gorilla’s het meest verwant?

(klik op afbeelding voor groter versie)
A
Aan de apen van de nieuwe wereld.
B
Aan de apen van de oude wereld.
C
Aan de chimpansees.
D
Aan de gibbons.

Slide 20 - Quiz

Wat is evolutie?

A
Evolutie is het ontstaan van nieuwe soorten doordat organismen met de oorspronkelijke vorm uitsterven.
B
Evolutie is de ontwikkeling van leven op aarde, waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen.
C
Evolutie is de grotere overlevingskans van individuen met een betere aanpassing aan het milieu.

Slide 21 - Quiz

dd
Afb. 4 Tiktaalik
Afb. 5 Geologische tijdperken en de ontwikkeling van gewervelden(klik op afbeelding voor grote versie).

Slide 22 - Diapositive

Vraag 25
Van welke twee opeenvolgende diergroepen van de gewervelden is de Tiktaalik een tussenvorm?

Slide 23 - Question ouverte


Lees de volgende tekst en bekijk afbeelding 5. 
Deze tekst en afbeelding 5 horen bij vraag 25 en 26.

Fossiele vis op het land
In 2006 ontdekten wetenschappers in Canada fossielen van krokodilachtige vissen. 
De fossielen laten zien hoe vissen ongeveer 380 miljoen jaar geleden
 als viervoeter uit het water zijn gekropen. 
Het fossiele dier wordt Tiktaalik roseae (grote ondiepwatervis) genoemd en
 is bijzonder, omdat het dier als mengeling van vis en viervoeter een gat in de bestaande evolutionaire stamboom opvult. 
Het fossiel heeft als vissenkenmerken de primitieve kaak, de ruitvormige
schubben en de vinnen. 
Kenmerkend voor een viervoeter zijn de beweegbare nek en de stevige ribbenkast.

Tiktaalik

Slide 24 - Diapositive

Op twee eilanden in de Stille Oceaan komen vinken(afb. 6) voor die sterk op elkaar lijken. Alleen de bouw van de snavel verschilt, doordat die is aangepast aan het beschikbare voedsel.
 Een bioloog stelt vast dat de vinken op het ene eiland tot een andere soort behoren dan de vinken op het andere eiland. Hij veronderstelt dat deze twee vinkensoorten zijn ontstaan uit een groep van één soort voorouders die van het vasteland waren overgevlogen.
 

Afb. 6 Twee vinken

Slide 25 - Diapositive

Hieronder staan twee gebeurtenissen die hebben kunnen bijdragen aan het ontstaan van deze soorten Vinken
1. De groep voorouders heeft zich gesplitst: het ene deel vestigde zich op het ene eiland, het andere deel op het andere eiland.
2. Op een bepaald moment zijn er geen vogels meer van het ene naar het andere eiland gevlogen.
Is gebeurtenis 1 noodzakelijk voor het ontstaan van de twee soorten?
En gebeurtenis 2? Leg je antwoord uit.

Slide 26 - Question ouverte

In het begin van de vorige eeuw werd in een kleilaag in het Limburgse Tegelen een aantal mooie fossielen ontdekt. Er werden onder andere fossiele apen gevonden. De onderzoeker wilde weten hoe oud de kleilaag was. Daarom vergeleek hij de laag uit Tegelen met twee lagen met fossielen uit Duitsland.

Vergelijk de vindplaatsen I en II.
Wat is de juiste volgorde van de fossielen a, f en 6 van oud naar jong?
A
a-f-6
B
a-6-f
C
f-a-6
D
f-6-a

Slide 27 - Quiz

Kijk naar vindplaatsen II en III. Welke aardlaag is het oudst?

Slide 28 - Question ouverte

Kijk naar vindplaatsen II en III.
Aardlagen c en s zijn even oud.

Welke aardlagen zijn het jongst?

A
b en q
B
a en p
C
e en u
D
d en t

Slide 29 - Quiz

Slide 30 - Vidéo

De Asian elephant is
het meest verwant aan

Slide 31 - Question ouverte

Examenvraag: Welke groep zoogdieren is het meest verwant aan de walvissen?

Slide 32 - Question ouverte

welke dier is het meest verwant aan de walvisachtigen?

Slide 33 - Question ouverte

Verwantschap
Met welke nu levende soort is soort 5 het meest verwant?

Slide 34 - Question ouverte





Aan welk dier is de neushoorn het meest verwant?

Slide 35 - Question ouverte