NN 3B Zw - Boekoriëntatie en lezen - WKF

NN 3BaZw - 14-03-2025
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

NN 3BaZw - 14-03-2025

Slide 1 - Diapositive

Welkom!
  • Ga zitten.
  • Pak je spullen: leesboek, lesboek, schrift en pen.
  • Begin aan de startopdracht: lezen in je leesboek.

Slide 2 - Diapositive

Startopdracht
  • Op je tafel: leesboek, lesboek, schrift en pen.
  • Lees in je leesboek en maak mogelijk aantekeningen voor je boekpresentatie.

Slide 3 - Diapositive

Lesprogramma vandaag
  • Woots kijk- en luistertoets
  • Journaal & kijkvragen
  • Oefenen voor de kijk- en luistertoets: quiz
  • Afsluiting

Slide 4 - Diapositive

Presentatie - uitleg en indeling

  •  Indeling: 4-4-2025, 8-4-2025 & 11-4-2025
  • Ondertussen lezen in je leesboek (10 - 15 minuten)

Slide 5 - Diapositive

Journaal
Noteer een vraag over een van de nieuws items waarvan je het antwoord zelf weet.

Slide 6 - Diapositive

Oefenen voor de kijk- en luistertoets: 

Quiz

Slide 7 - Diapositive

Welk aspect van de taal
verandert het snelst?
A
Spelling
B
Woordenschat
C
Uitspraak
D
Grammatica

Slide 8 - Quiz

Vraag 4: woordenschat
Hoe noem je een ander woord met (bijna) dezelfde betekenis?

A
gezegde
B
synoniem
C
alinea
D
afbeelding

Slide 9 - Quiz

woordenschat:
Wat betekent 'circa'?
A
ongeveer
B
maakte af
C
tijdperk
D
begin/opening

Slide 10 - Quiz

woordenschat:
‘failliet zijn’ betekent:
A
geen geld meer hebben om te kunnen blijven bestaan
B
geen mensen meer hebben om een bedrijf te kunnen runnen
C
geen directeur meer hebben
D
geen zin meer hebben om iets te doen

Slide 11 - Quiz

Woordenschat: wat is het tegenovergestelde van 'overeenkomst'?
A
achteruitgang
B
waterkoker
C
verschil

Slide 12 - Quiz

Woordenschat: Ik heb er lak ...
A
uit
B
op
C
in
D
aan

Slide 13 - Quiz

Vraag 15: woordenschat
Wat is een ander woord voor "realistisch"?
A
vreemd
B
echt
C
sterk
D
anders

Slide 14 - Quiz

Woordenschat

Wat betekent de uitdrukking:
‘Geen blad voor de mond nemen’ (r. 17-18)?
A
duidelijk en precies zeggen wat je mening over iets is
B
je mening geven aan iedereen die het maar horen wil
C
op een agressieve manier je mening over iets geven
D
op een vriendelijke manier je mening over iets geven

Slide 15 - Quiz

Vraag 19: woordenschat
Wat is een ander woord voor "kosteloos"?
A
eenvoudig
B
gratis
C
snel
D
zonder

Slide 16 - Quiz

woordenschat
11. Wat betekent belemmeren?
A
verhinderen
B
zeuren
C
remmen
D
jaloers zijn

Slide 17 - Quiz

Afsluiting
  • Tot volgende week dinsdag!
  • Lekker lezen (een halfuur per dag).

Slide 18 - Diapositive