H2 par 1/2

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Leerdoelen H 3.1:

Na deze les weten jullie:

• Wat risico's zijn en hoe je dit (eventueel) kunt verzekeren;
  
• Dat je voor het afsluiten van een verzekering een premie moet betalen;
  
• Wat een polis is.
• Hoe werkt een schenking

H 3.1 en 3.2 

Wat gaan we vandaag doen?

• Uitleg en opdrachten met Lessonup;
  
• Huiswerk nakijken;
  
• Rekenopdracht in tweetallen;
• Huiswerk volgende les

Bespreken huiswerk

Paragraaf 3.1
Opdracht 8 en 9

Verzekeraars

Zie het plaatje hiernaast. 

Wat zijn dit allemaal?

Verzekeringen: Vrijwillig, verplicht of sociaal?

Vrijwillige verzekeringen:

• Zelf de keuze om je te verzekeren
  
• Voorbeeld: fietsverzekering, telefoonverzekering, inboedelverzekering enz.
  

Verplichte verzekering:

• De overheid stelt de verzekering verplicht
  
• Voorbeeld: Ziektekostenverzekering, WA verzekering
  

Risico in geld uitdrukken:

Rekenformule:
Risico = kans op een voorval * gemiddeld schadebedrag van het voorval

Rekenvoorbeeld: Telefoonverzekering

Kans op schade is 1 op 2 (een keer in de 2 jaar). Schadebedrag is EUR 600,-. 

Premie is EUR 15,- per maand

• Wat is het risico dat je per jaar loopt m.b.t. schade?
  
• Wat kost de verzekering je per jaar?
  
• Wat is jullie afweging? Wel of niet afsluiten?
  

Of het de moeite waard is om een verzekering af te sluiten hangt NIET af van...

1. De kans op schade
2. De waarde van wat je wilt verzekeren
3. of je de schade zelf kunt of wilt betalen
4. hoe groot je gezin is

Premie is de vergoeding die de verzekeraar betaald om verzekerd te zijn.

1. Ja
2. Nee

Wie betaalt de premie?

1. De verzekeraar
2. De verzekerde
3. De overheid

Juist of onjuist?
Hoe hoger het risico, hoe hoger de premie.

1. Juist
2. Onjuist

Wanneer je een deel van de schade zelf betaalt heet dat ...

1. Verplicht risico
2. Eigen risico
3. Risico premie

Eerlijk zullen we alles delen.

Of toch niet?

• Vroeger trouwde men bijna altijd in gemeenschap van goederen (was standaard zo geregeld)
• Door de groeiende welvaart komt dat nu minder vaak voor
• Vanaf 2018 Wet beperkte  gemeenschap van goederen. Contractueel is nu de verdeling van schulden en bezittingen vastgelegd.

Schenking (onder bewind)

• Het overhandigen van een geldbedrag zonder tegenprestatie. Schenker wordt armer, ontvanger wordt rijker
  
  
• Bij een schenking onder bewind, beheert een derde persoon de schenking.  Dit komt voor als de schenker en/of de ontvanger zelf niet goed in staat is om het geld te beheren.

Sociale verzekeringen:

• Overheid speelt rol van verzekeraar. Doel is het verzekeren van mensen tegen bijzondere risico's.
  
• Voorbeeld: werkloosheid (WW), arbeidsongeschiktheid (WIA), langdurig ziekte (Awbz), AOW, Anw (algemene nabestaandenwet)
  

Sociale verzekeringen: zijn te verdelen in: 

• Volksverzekeringen: gelden voor iedereen en betaald door de werkenden
  
• Werknemersverzekeringen: worden betaald door de werkgevers
  

Samenvatting H 3.1

Aan de slag

1) Opdracht 1 t/m 5 van paragraaf 3.2
Huiswerk: 1 t/m 12 van paragraaf 3.2

2) Geef een seintje als je klaar bent.

Rekenopdracht 1

• In tweetallen maken de rekenopdracht 1  (5-10 minuten)
  
• Daarna klassikaal bespreken
  

Huiswerk

Lezen bladzijde 180 en 181

Maken opdrachten 6 t/m 10 en de rekenopdrachten 2 en 3.