14/10 woordraadstrategieën herhaling synoniem en omschrijving

woordraadstrategieën

1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

woordraadstrategieën

Slide 1 - Diapositive

Planning
  • Lesdoel
  • Korte activiteit
  • Terugblik
  • Instructie- zelfstandig in stilte werken 
  • Verlengde instructie - in stilte werken 
  • Exitticket
  • Afsluiten (reflectie en feedback)

Slide 2 - Diapositive

Lesdoel:
Aan het einde van deze les:

  • kun je de woordraadstrategieën synoniem en omschrijving benoemen;
  • kun je uitleggen hoe je verschillende woordraadstrategieën moet gebruiken;

  • kun je bij het lezen van een tekst de betekenis van lastige woorden achterhalen door woordraadstrategieën te gebruiken;
  • kun je de betekenis van een woord raden door een bekend/bekende woorden te zoeken.

Blauw = kennen = kennis = leren
Oranje = kunnen = met de kennis de vaardigheid oefenen

Slide 3 - Diapositive

timer
10:00
In stilte lezen uit het door jouw gekozen boek op niveau.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Stijlfiguren
Beeldspraak
Opsommming
Herhaling
Tegenstelling
Eufemisme
Overdrijving
Understatement
Ironie
Sarcasme
Figuurlijk taalgebruik
Vergelijking met als
Vergelijking zonder als
Personificatie
Metafoor

Slide 6 - Question de remorquage

Zijn gedwongen ontslag noemde hij een "carrièrewisseling".
ironie
sarcasme
eufemisme
litotes

Slide 7 - Question de remorquage

Na het fantastische concert van Ariane Grande zei hij: “Dat was niet slecht".
"Dat ging goed," zei hij, terwijl hij struikelde over de drempel. 
ironie
sarcasme
eufemisme
litotes

Slide 8 - Question de remorquage

"Oh, geweldig, nog meer huiswerk," zei Naomi.
Ik ga even mij neus poederen.
ironie
sarcasme
eufemisme
litotes

Slide 9 - Question de remorquage

Nieuwe lesstof

Slide 10 - Diapositive

Woordraadstrategie

Een woordraadstrategie is een handige manier om achter de betekenis van een woord te komen:

  • synoniem
  • omschrijving
  • voorbeeld
  • tegenstelling
  • bekend woorddeel
  • woordenboek

Slide 11 - Diapositive

Synoniem = verschillende woorden met dezelfde betekenis
Omschrijving = beschrijving van het woord (definitie = nauwkeurige vastliggende beschrijving)

Slide 12 - Diapositive

Werk voor deze les + huiswerk: Alvast aan het werk? 
  • je begrijpt de lesstof/theorie voldoende (je kunt het groene theorieblok uit je boek gebruiken als ondersteuning) 
  • je werkt in STILTE en je mag NIET PRATEN of OVERLEGGEN en geen vragen stellen
  • je bent echt aan het werk!
Klaar = in STILTE lezen

Pak je VIP en noteer:
Werken uit boekje woordraadstrategieën synononiem en omschrijving (minimaal 5 opdrachten - niet de startopdracht en verder verdeeld over de opdrachten van die paragraaf - en in ieder geval de ene laatste opdracht van elk onderdeel)
+ huiswerk van de vorige les nakijken en verbeteren met een andere kleur!

Wat niet af is = huiswerk
Stel de volgende les vragen over dingen die je niet begreep!

Slide 13 - Diapositive

Wat wordt er bedoeld met 'woordraadstrategieën'?

Slide 14 - Carte mentale

Woord-raad-strategieën

Woord: groep van spraakklanken met een eigen betekenis
Raad: op goed geluk (het juiste) antwoord geven op een vraag; gissen 
Strategie: plan van handelen

Je gaat op een bepaalde manier (strategie) op zoek gaat naar een betekenis (raad) van een woord (een groep spraakklanken met eigen betekenis).

Slide 15 - Diapositive

Wat moet je doen tijdens het lezen als je een woordraadstrategie wilt toepassen?
(dus niet de woordraadstrategie zelf, maar de handeling)

Slide 16 - Carte mentale

Wat wordt er bedoeld met 'synoniem'?

Slide 17 - Carte mentale

Synoniem

Een synoniem is een ander woord met dezelfde betekenis. 

Voorbeeld: het synoniem voor aantonen is bewijzen.

Slide 18 - Diapositive

Wat is een synoniem voor ontoereikend?
A
toereikend
B
Niet genoeg
C
onvoldoende
D
toerisme

Slide 19 - Quiz

Wat wordt er bedoeld met
'zoek naar een omschrijving'?

Slide 20 - Carte mentale

Omschrijving of definitie
Omschrijving: geeft een omschrijving van de betekenis van een woord. Zo'n omschrijving vind je ook in het woordenboek.
   

Definitie: een heel nauwkeurige omschrijving van de betekenis van een woord. In leerboeken vind je vaak definities.

Slide 21 - Diapositive

Wat is een omschrijving voor bekennen?
A
toegeven
B
zeggen dat het klopt of waar is
C
ontkennen
D
geld geven

Slide 22 - Quiz

Stap 1
Vraag je eerst af of het woord belangrijk is. Misschien begrijp je de tekst ook wel zonder dat je de betekenis weet.

Stap 2
Is het woord wél belangrijk, kijk dan of je de betekenis kunt afleiden uit de context, de tekst in de buurt van het woord. 
Kijk of de schrijver een omschrijving  of een synoniem geeft dat je wél kent.

Stap 3
Zoek het woord op in een woordenboek of vraag (niet tijdens een toets) de betekenis aan iemand in je omgeving.

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Woordraadstrategie synoniem
Sommige woorden hebben dezelfde betekenis. 

Als twee woorden synoniemen van elkaar zijn, kun je ze door elkaar vervangen.

Sommige woorden hebben meer dan één synoniem.
Zo betekent 'goed' hetzelfde als 'juist' en 'correct'. weet.

Slide 25 - Diapositive

Woordraadstrategie synoniem
Zoek naar een synoniem: een ander woord met dezelfde betekenis.

Dat antwoord is correct. = Dat antwoord is juist. = Dat antwoord is juist.
  • Exact - Precies
  • vreemde snuiter - rare snijboon 
  • subtiel - fijntjes
  • aangeslagen - geroerd- verdrietig

Vaak vind je als je even verder leest in de tekst een synoniem voor een moeilijk woord dat je niet weet.

Slide 26 - Diapositive

Wat is een synoniem?

A
Wanneer woorden (ongeveer) hetzelfde betekenen.
B
Een vorm van een werkwoord.
C
Wanneer woorden het tegenovergestelde zijn.
D
Een persoonsvorm.

Slide 27 - Quiz

Wat is geen synoniem:
A
Praten - spreken
B
Vriend - maat
C
Fiets - rijwiel
D
Boos - kwaad

Slide 28 - Quiz

Woordraadstrategie omschrijving:
De schrijver geeft al een omschrijving (definitie) van het woord.

  • Mijn oma is geholpen aan staar, een aandoening waarbij de lens is vertroebeld.
  • Misofonie, mensen die zich ergeren aan bepaalde, op zich onschuldige, geluiden, zoals luid ademen en harde muziek uit oordopjes.

Slide 29 - Diapositive

Een omschrijving is...?
A
een vaste, nauwkeurige omschrijving
B
een uitleg van wat een woord betekent
C
een ander woord met dezelfde betekenis
D
voorbeeld

Slide 30 - Quiz

Wat is een omschrijving van doneren?
A
geld geven
B
geld krijgen
C
schenken
D
toegeven

Slide 31 - Quiz

Zorgeloos
(omschrijving)
A
met heel veel zorgen
B
met zorgen
C
zorgelijk
D
zonder zorgen

Slide 32 - Quiz

Wat het verschil tussen een synoniem en een omschrijving?

Slide 33 - Question ouverte

Slide 34 - Vidéo

Werk voor deze les + huiswerk: Alvast aan het werk? 

    Pak je VIP en noteer:
    Werken uit boekje woordraadstrategieën synoniem en omschrijving (minimaal vier opdrachten - niet de startopdracht en verder verdeeld over de opdrachten van die paragraaf - en in ieder geval de ene laatste opdracht van elk onderdeel)
    + huiswerk van de vorige les nakijken en verbeteren met een andere kleur!
    Klaar = in STILTE lezen
    Wat niet af is = huiswerk
    Stel de volgende les vragen over dingen die je niet begreep!

    Slide 35 - Diapositive

    Lesdoel:
    Aan het einde van deze les:

    • kun je de woordraadstrategieën synoniem en omschrijving benoemen;
    • kun je uitleggen hoe je verschillende woordraadstrategieën moet gebruiken;

    • kun je bij het lezen van een tekst de betekenis van lastige woorden achterhalen door woordraadstrategieën te gebruiken;
    • kun je de betekenis van een woord raden door een bekend/bekende woorden te zoeken.

    Blauw = kennen = kennis = leren
    Oranje = kunnen = met de kennis de vaardigheid oefenen

    Slide 36 - Diapositive

     Vraag je eerst af of het woord belangrijk is. Misschien begrijp je de tekst ook wel zonder dat je de betekenis weet.
    Zoek het woord op in een woordenboek of vraag (niet tijdens een toets) de betekenis aan iemand in je omgeving.
    Is het woord wél belangrijk, kijk dan of je de betekenis kunt afleiden uit de context, de tekst in de buurt van het woord. 
    Kijk of de schrijver een omschrijving geeftof een synoniem geeft dat je wél kent.
    vraag 1
    vraag 2
    vraag 3

    Slide 37 - Question de remorquage

    synoniem
    omschrijving
    Ik ben dol op chocolade en mijn zus is gek op ijs.
    Je organen zijn opgebouwd uit cellen, de kleinste bouwstenen van je lichaam.
    Vruchten zoals kiwi's en sinaasappelen bevatten veel vitamine C.

    Slide 38 - Question de remorquage

    Ik ken de twee woordraadstrategieën synoniem en omschrijving en
    kan uitleggen hoe je deze woordraadstrategieën moet gebruiken.
    😒🙁😐🙂😃

    Slide 39 - Sondage

    Reflectie:
    Wat ging bij jou goed tijdens deze les?
    Wat kan nog iets beter? Hoe ga je dat verbeteren?

    Slide 40 - Question ouverte

    Feedback:
    Wat vond je fijn/goed aan deze les?
    Wat zou je liever anders willen zien?

    Slide 41 - Question ouverte