5.5 houding en beweging

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 3

Ben jij klaar voor de les?

- Jas uit, tas op de grond,

- Aantekeningenschrift, boek, laptop en etui op tafel,

- Telefoon vooraan bij de juf....

Mooi, dan kunnen wij beginnen!

5.5 houding en beweging 

Wat weet je nog van paragraaf 1 t/m 4? 

geef twee functies van het skelet

Hoe noemen we dit type been

1. platte beenderen
2. pijp beenderen
3. kalkzouten
4. lijmstof

In welk deel van een bot worden bloedcellen gemaakt?

1. Mergholte
2. Geel beenmerg
3. Rood beenmerg
4. Bloed beenmerg

Wat zit er niet in de platte beenderen?

1. bloed
2. zuurstof
3. geel beenmerg
4. rood beenmerg

wat weet je van de samenstelling van kraakbeen

bij welke beenverbinding is geen beweging mogelijk

1. verbinding door gewricht
2. naadverbinding
3. kraakbeenverbinding

Soort gewricht

1. kogelgewricht
2. scharniergewricht
3. rolgewricht
4. draaikogelgewricht

Welk gewricht is dit?

1. kogelgewricht
2. scharniergewricht

Hoe noemen we nummer 4?

1. gewrichtskogel
2. gewrichtskom
3. gewrichtssmeer
4. kraakbeen

Spieren

Spierstelsel

spierstelsel

antagonisten

Antagonisten

Leerdoelen 5.5: houding en beweging

In deze paragraaf leer je:

- Wat een goede lichaamshouding is.

- De rol van de wervelkolom.

- Dat lichaamsbeweging belangrijk is voor jouw gezondheid.

Dubbele-S-vorm

De vorm van de wervelkolom lijkt op twee keer de letter S boven
elkaar. Daarom noemen we het de dubbele-S-vorm. 

Door deze vorm kan je wervelkolom schokken opvangen als je
loopt. De tussenschijfwervels zijn een soort schokdempers.

Rugspieren die aan de wervels vast zitten zorgen ervoor dat
deze stand wordt vastgehouden. (zie afbeelding 21 in je boek)

Lichaamshouding

Door een verkeerde lichaamshouding kan de wervelkolom scheef komen te staan. Hierdoor komt er op één kant van de wervelkolom meer druk te staan. Sommige spieren moeten dan harder werken en kunnen overbelast raken.

Rughernia

juiste lichaamshouding

Lichaamhouding: manier waarop je zit,staat en beweegt. Rechte rug.
Gebogen rug tillen: fout, de kraakbeenschijven kunnen beschadigen, of tussen de wervels uitpuilen.
Zenuwen komen klem te zitten(hernia)
Verkeerde houding kan vervorming van je wervelkolom veroorzaken (onderuitgezakt zitten, hoofd op je arm, zware boekentas)
Scoliose: vergroeiing van de wervelkolom (zenuwen raken bekneld en spieren verkeerd belast) Je moet dan een brace dragen en oefeningen doen om erger te voorkomen. of soms een operatie

Tillen

Door de vorm van je wervelkolom kan deze schokken opvangen als je loopt.
De tussenschijfwervels zijn een soort schokdempers.

1. waar
2. niet waar

Wat voor vorm heeft je wervelkolom?

1. Een lus-vorm
2. Een S-vorm
3. Een dubbele N-vorm
4. Een dubbel S-vorm

De botten in je wervelkolom heten:

1. wervelkolommen
2. kraanbeenringen
3. wervels
4. uitstulpingen

Wat is een ander woord voor wervelkolom?

1. rug
2. borstkas
3. ruggengraat

Zithouding

Om de kans op nek- en rugklachten te verminderen moet je een goede lichaamshouding aannemen. Ook een goede zithouding is daarbij ook belangrijk. 

• Zit rechtop: wervelkolom dubbele-S-vorm
• Ellebogen in een hoek van 90 graden
• Knieën in een hoek van 90 graden
• Let ook op de houding van je nek.

Beweging

• Regelmatige lichaamsbeweging zorgt ervoor dat je fitter en gezonder blijft
• afwisseling zitten, stilstaan en bewegen is van belang voor een goede houding

bewegen is goed want:

• minder kans om ziekten als diabetes te krijgen
• een goede conditie, fit lichaam en goed uithoudingsvermogen
• sterke spieren, ongetrainde spieren raken eerder overbelast dan getrainde spieren
• met sterke rug- en buikspieren minder snel last van rugpijn
• meer ontspanning door lichaamsbeweging. Lichamelijk fit, dan kun je geestelijk veel aan.

Tillen

Als je niet op de juiste manier tilt krijg je later vaak last van rugklachten.

Let op! dubbele-s-vorm als je tilt

In de afbeelding hiernaast zie je

6 regels voor verstandig tillen

Drie tips die worden gegeven over lichaamshouding

Aan de slag

LEZEN

5.5

MAKEN

opdrachten 5.5

KLAAR?

samenvatting

test jezelf 

5.3, 5.4