Oefentoets werk

Wat is werk?
1 / 26
suivant
Slide 1: Question ouverte
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Wat is werk?

Slide 1 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet de vijf basisbehoeften in de goede volgorde
5
4
3
2
Erbij horen
Eten, drinken en een huis
Zekerheid: vaste baan
Waardering
Jezelf ontwikkelen

Slide 2 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Veel mensen werken omdat ze het leuk vinden om met andere mensen om te gaan. Onder welke behoefte uit de piramide van Maslow valt dat?
A
De behoefte aan erkenning en waardering.
B
De behoefte aan veiligheid en zekerheid.
C
De behoefte om erbij te horen.
D
De eerste levensbehoeften.

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke basisbehoefte staat bovenaan de piramide van Maslow?
A
Eerste levensbehoeften
B
Waardering
C
Jezelf ontwikkelen
D
Contact met andere mensen

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat wordt er bedoeld met status?
A
Waardering die mensen geven aan een beroep
B
Waardering die mensen geven aan een salaris
C
Waardering die mensen geven aan een verre vakantie
D
Waardering op social media

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De Arbowet moet zorgen voor...
A
een goed minimumloon
B
veilige en gezonde werkomstandigheden
C
bescherming van werkgevers
D
goed contact met collega's

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als je een uitkering krijgt, hoef je niet op zoek naar werk.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem 1 verschil tussen het UWV en een uitzendbureau.

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar staat CAO voor?
A
centrale arbeidsovereenkomst.
B
centrale administratie ontvangst
C
collectieve arbeidsovereenkomst
D
Correctie als onder

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In een CAO staat...
A
je functie
B
je werktijden
C
het minimumloon
D
de lengte van je contract

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een vakbond komt op voor de belangen van...
A
werknemers
B
werkgevers

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De arbowet is
A
Hierin staat wie, in Nederland, er allemaal mag werken.
B
Hierin staat wie elke job mag uitvoeren.
C
Hierin staat hoe werkgevers moeten zorgen voor gezonde en veilige werkplekken.
D
Hierin staat hoe werknemers zich moeten gedragen op de werkvloer.

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een vacature?
A
Een vacature is een manier om te solliciteren
B
Een vacature is een baan die niet mee beschikbaar is
C
Een vacature is een baan die vrij is
D
Een vacature is je netwerk

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions



Noem vier verschillende manieren om aan werk te komen.
Noem drie verschillende manieren om aan werk te komen.

Slide 14 - Question ouverte

De leerlingen kiezen hier vier van de zes eerder genoemde manieren:
- Open sollicitatie
- Via via
- Via social media
- Advertenties
- Uitzendbureau
- Overheid
Waarom is zwartwerken risicovol?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het voordeel van zwartwerk

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een open sollicitatie?

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heeft invloed op je maatschappelijke positie?

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

De kwalificatieplicht is bedoeld om voor meer / minder sociale ongelijkheid te zorgen.
A
Meer
B
Minder

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke maatregel van de overheid moet ervoor zorgen dat er meer vrouwen gaan werken?

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Als je stopt met werken als je 67 bent, krijg je...
A
AOW
B
kinderbijslag
C
werkloosheidsuitkering
D
arbeidsongeschiktuitkering

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Alle ouders met kinderen onder de 18 krijgen...
A
AOW
B
kinderbijslag
C
werkloosheidsuitkering
D
arbeidsongeschiktuitkering

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als je nog nooit gewerkt hebt, krijg je...
A
bijstand
B
kinderbijslag
C
werkloosheidsuitkering
D
arbeidsongeschiktuitkering

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als je ontslagen wordt omdat je bedrijf niet genoeg geld meer heeft om je te betalen, krijg je...
A
bijstand
B
kinderbijslag
C
werkloosheidsuitkering
D
arbeidsongeschiktuitkering

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer kun je op staande voet ontslagen worden
A
als je hebt gestolen
B
als je solliciteert naar een andere baan
C
als je zwanger bent
D
als je vraagt of je loon omhoog mag

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Werken is een grondrecht. Dat betekent dat de overheid
A
De plicht heeft om ervoor te zorgen dat iedereen een baan heeft
B
Mensen die geen baan vinden een uitkering moet geven
C
Haar best moet doen om voor zoveel mogelijk banen te zorgen
D
Mensen die werkloos zijn zelf in dienst moet nemen

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions