VH3 Woordenschat hfd 1

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Nederlands - Woordenschat hfd 1-VH3

De komende lessen

De komende lessen gaan we bezig met verschillende stijlfiguren.

Een aantal stijlfiguren ken je waarschijnlijk al van vorig jaar. Zonder dat je het misschien weet, bezit je al veel kennis.

De lesdoelen

• Ik weet wat een stijlfiguur is;
• Ik weet wat een repetitio (herhaling) is;
• Ik kan een repetitio herkennen;
• Ik weet wat een enumeratie (opsomming) is;
• Ik kan een enumeratie herkennen;
  
  
• Korte herhaling van vorig jaar: pleonasme en tautologie

Een stijlfiguur

Een stijlfiguur is een middel om bepaalde dingen net iets anders te zeggen dan normaal gesproken gebeurt.

Daardoor krijgen woorden bijvoorbeeld meer kracht of zijn ze poëtischer.  Sommige stijlfiguren zijn fout; dan zijn het stijlfouten.

Repetitio/herhaling

De repetitio behoort tot de meest gebruikte herhalingen. Een woord of een aantal woorden worden hierin herhaald.

Nooit, nee nooit ga ik daar ooit nog eens naartoe!

Je hebt mensen en je hebt mensen.

Uur na uur gebeurde er niets.

Enumeratie/opsomming

Een enumeratie (opsomming) is een stijlfiguur waarbij een opsomming wordt gebruikt om iets te benadrukken.

-Twee, zes, twintig, honderd mensen kwamen naar het feest toe.

-Zij was eerst Miss Bonaire, toen Miss Caribbean en uiteindelijk Miss World.

Beijerlandselaan

veel dingen ben ik vergeten, alle keren dat ik slachtoffer was

het brandende gevoel van te lang ingetrokken S-Curl-relaxer

de bleaching cream die we kochten in de Congolese toko

habri bo koló zei mijn moeder

je bent te zwart

we hebben verder een goede relatie

Gershwin Bonevacia

Pleonasme

Je zegt twee keer ongeveer hetzelfde met verschillende woordenwoordsoorten (bijvoeglijk naamwoord en zelfstandig naamwoord). 

-De gele zonnebloemen maken de kamer veel gezelliger. 

-In deze witte sneeuw heb ik een zonnebril nodig.

-De grijze mist maakt de straat nog troostelozer.

Tautologie

Je zegt twee keer hetzelfde met verschillende woorden (synoniem). De woorden betekenen ongeveer hetzelfde en behoren tot dezelfde woordsoort.

-Nooit en te nimmer ga ik ooit nog naar dat land toe.

-Je moet je meteen en onmiddellijk melden bij de conciërge. 

-We hebben vakantie, maar we merken er echter niks van.

Nee, ik ga dat niet doen! Nee!

Staat in de zin een:

1. pleonasme
2. tautologie
3. repetitio
4. enumeratie

Die man liegt en bedriegt iedereen die hij ontmoet.
Staat in de zin een:

1. pleonasme
2. tautologie
3. repetitio
4. enumeratie

Die woning ziet er best netjes en verzorgd uit hoor.
Staat in de zin een:

1. pleonasme
2. tautologie
3. repetitio
4. enumeratie

De premier was saai, sloom en slaapverwekkend.
Staat in de zin een:

1. pleonasme
2. tautologie
3. repetitio
4. enumeratie

We kopen brood, kaas, thee en chocolade.
Staat in de zin een:

1. pleonasme
2. tautologie
3. repetitio
4. enumeratie

Bovendien moet ik ook naar naar de tandarts.
Staat in de zin een:

1. pleonasme
2. tautologie
3. repetitio
4. enumeratie

Ik heb alle aanwezige bezoekers bedankt.
Staat in de zin een:

1. pleonasme
2. tautologie
3. repetitio
4. enumeratie

Ik bleef mijn huiswerk maar tot later uitstellen.
Staat in de zin een:

1. pleonasme
2. tautologie
3. repetitio
4. enumeratie

Denk je dat je de lesdoelen hebt behaald?

😒🙁😐🙂😃

Ik heb deze les nieuwe dingen geleerd

😒🙁😐🙂😃

De volgende les

-Je gaat opdrachten uit het lesboek maken

-Je leert wat een hyperbool is

- Je leert wat een understatement is

- Je leert wat een litotes is

- Ik leert wat een eufemisme is