BLOK 1 FICTIE

Welkom bij de eerste les 
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij de eerste les 

Slide 1 - Diapositive

Wat heb je nodig in de les
Laptop
tekstboek 
A4-lijntjesschrift
oortjes
Denk aan de 3 minuten regel

Slide 2 - Diapositive

Vond je taal een moeilijk vak op de basisschool?

ja / nee / beetje

Slide 3 - Question ouverte

Hoe werkt het boek van Nederlands? 
bekijk de kaft en blader het boek maar door. 

Slide 4 - Diapositive

Wat zie je?

Slide 5 - Carte mentale

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Toevoegen aan online methode
BBL: HT4JWQH6
KBL: F598HE6B
Tl:  L9C8GF34

Slide 8 - Diapositive

BLOK 1
FICTIE

Slide 9 - Diapositive

Doel van de paragraaf 'FICTIE'   
                                           Aan het einde van deze paragraaf:
KBL/ BBL
  • ken je 5 manieren om een leesboek te kiezen dat past bij jouw smaak.
  • kun je de belangrijkste gebeurtenissen in het verhaal kort navertellen.
  • kun je een gelezen boek aanraden bij klasgenoten.
  • kun je de kenmerken van een gedicht noemen.
TL
Begrijp je wat fictie en wat non-fictie is
kun je een leesboek kiezen dat past bij jouw smaak
kun je een persoonlijke reactie geven op een gelezen verhaal



Slide 10 - Diapositive

Een brugklasser vertelt:  

‘Ik heb vandaag een heel zware tas. Ik heb boeken voor heel veel vakken, zoals Engels, biologie, wiskunde en ga zo maar door. Ik moet nu heel ver fietsen naar school, bijna acht kilometer. En ja, vroeger was het echt heel anders, vroeger hoefde ik maar 800 meter naar school te fietsen of zo. De leraar op de basisschool, die zag je de hele dag, elk uur. Nu zie je voor elke les een
andere leraar. 

In het begin is dat wel heel erg wennen, want dan kennen die leraren je naam nog niet eens. Je moet ook nieuwe vrienden maken, maar de vrienden die je had van de basisschool, die houd je eigenlijk ook altijd wel. Die wonen dichtbij en daar kan je in het weekend bijvoorbeeld een keer naartoe gaan
of op vrijdagmiddag als je even geen huiswerk hebt. Als je bang bent om als brugpieper uitgescholden te worden, dan heb je eigenlijk alleen maar last van een beetje stoere tweedeklassers. Die denken dat ze veel beter zijn dan jij.’



Slide 11 - Diapositive

Zo ga je werken in je schrift
1. zet in rood boven aan de bladzijde 
BLOK 1.
2. zet het nummer van de opdracht altijd in de kantlijn. 
3. sla drie regels over tussen de opdrachten. 

schrijf met blauw of zwart

Slide 12 - Diapositive

Aan de slag

  1. Lees of luister de tekst blz 9-13 
  2.  Maak de vragen van opdracht 1 in je schrift

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Slide 15 - Vidéo

Welke uitspraak past er bij jou?
A
Ik ben geen lezer
B
Ik lees vaak een boek
C
Ik lees weleens een boek

Slide 16 - Quiz

Welke uitspraak past bij jou?
A
Het duurt best lang voordat ik een boek uit heb
B
Ik ben een snelle lezer. Daarom lees ik een boek altijd uit
C
Ik lees een boek altijd uit. ook als het saai of lastig is.

Slide 17 - Quiz

theorie:
  • Lees de theorie op BBL/ KBL blz. 18 TL blz 17
  • Probeer zoveel mogelijk te onthouden.
  • Maar daarna je boek dicht.
  • Er komt een quiz!

Slide 18 - Diapositive

Welke tips kunnen je helpen om te weten te komen of een boek bij jouw smaak past? (meer antwoorden)
A
titel
B
flaptekst
C
omslag
D
snel een paar bladzijden lezen

Slide 19 - Quiz

Een ander woord voor het 'omslag' van een boek is: buitenkant.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quiz

De flaptekst is:
A
De informatie op de voorkant van het omslag.
B
De informatie op de achterkant van het omslag.

Slide 21 - Quiz

Een goede manier om een leesboek te kiezen.
Geen goede manier om een leesboek te kiezen.
De flaptekst lezen
Klasgenoten / docent om tips vragen.
Een dun boek kiezen.
En paar bladzijdes lezen uit het boek.
Spreken de titel en het omslag me aan?

Slide 22 - Question de remorquage

Aan de slag
  • Lees de theorie op blz. KBL 19/ BBL 16
  • Lees daarna het gedicht op KBL blz. 19/ BBL blz 17
  • Maak nu KBL opdracht 5 BBL opdracht 5 en 6 in je schrift.
  • Let op: geef antwoorden in hele zinnen, denk aan hoofdletters en punten.
  • TL komt bij mij zitten (opdracht 2 fictie/ non fictie)

Slide 23 - Diapositive

Wat vond je van de lessen fictie?
Heb je nieuwe dingen geleerd?
Vond je de lessen leuk ? etc.

Slide 24 - Carte mentale