Ik kan het verschil uitleggen tussen een zwak - en sterk werkwoord
Ik weet hoe ik het meervoud van een zelfstandig naamwoord kan opschrijven
Slide 16 - Diapositive
Theorie sterke werkwoorden
Een sterk werkwoord is sterk genoeg om van klank te veranderen
Verleden tijd (vt)
Als iets gebeurd is. Je gebruikt de verleden tijd als het over vroeger gaat.
Extrauitleg? Bekijk het filmpje
Schrijf je nu een -d of een -t? Maak het woord langer, dan hoor je dit.
De persoonsvorm is altijd een werkwoord
Een persoonsvorm vind je door:
- De zin vragend te maken, de persoonsvorm komt vooraan te staan
- De zin van tijd te veranderen, de persoonsvorm is het woord dat verandert
- De zin van enkelvoud in meervoud te veranderen of andersom, de persoonsvorm is het woordt dat verandert
Slide 17 - Diapositive
Meervouden van zelfstandig naamwoorden
Geheugensteuntje meervoud
Als er van iets meer dan één is, noem je dat een meervoud.
Bijvoorbeeld: de leerlingen in de klas letten goed op.
Er zitten meer dan één leerling in de klas, leerlingen is het meervoud van leerling.
Bij de meeste woorden maak je het meervoud door -en achter het woord te zetten. Soms moet je het woord dan wel veranderen. Bekijk hier onder de verschillende stappen:
1
2
3
4
Geheugensteuntje
Hak het woord in lettergrepen:
bijvoorbeeld: beren
be - ren
De eerste lettergreep be- eindigd met een een lange klank en is open. Je schrijft dan maar één klinker op en één medeklinker
Uitleg docent
Geheugensteuntje zelfstandig naamwoorden
Een zelfstandig naamwoord is een woord voor een: mens, dier, pant of een ding.
Je kan de of het voor een zelfstandig naamwoord plaatsen