Vm 2 orientatie les 7

zorg en welzijn
We hebben afgelopen tijd een beetje  kennis gemaakt met de wereld van de Horeca.
De komende weken gaan we een andere wereld ontdekken, de wereld van de zorg en welzijn
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
Dienstverlening en producten vmboMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

zorg en welzijn
We hebben afgelopen tijd een beetje  kennis gemaakt met de wereld van de Horeca.
De komende weken gaan we een andere wereld ontdekken, de wereld van de zorg en welzijn

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Zorg en welzijn
zoals je hebt gezien is er binnen zorg en welzijn heel veel te doen en te ontdekken.
Jullie gaan tijdens  de  lessenserie beginnen met het onderdeel verslaving.

Slide 3 - Diapositive

Leerdoel en criteria
Ik kan benoemen wat een verslaving is.

- Ik kan uitleggen wat een verslaving is 
- Ik kan voor en nadelen benoemen van het gebruik van drugs, gamen, roken of alcohol
- Ik kan uitleggen hoe je van een verslaving af komt

Slide 4 - Diapositive

Verslaving zorg
Door allerlei omstandigheden kan het voorkomen dat iemand verslaafd raakt. Als je in de welzijn-sector werkt kan je te maken krijgen met deze problemen, omdat je bijvoorbeeld er je werk van hebt gemaakt. In deze opdracht ga je je verdiepen in verslaving. Wat is het en wat doet het met je.

Slide 5 - Diapositive

 Zoek de antwoorden op de volgende vragen:
a. Wat is een verslaving?
b. Kun je alleen verslaafd zijn aan middelen?
c. Wat maakt verslaafd zijn nou zo lastig?
d. Wat zijn ontwenningsverschijnselen?

Slide 6 - Diapositive

alcohol is.....
A
niet verslavend
B
alleen geestelijk verslavend
C
alleen lichamelijk verslavend
D
zowel geestelijkals lichamelijk verslavend

Slide 7 - Quiz

uitleg bij je antwoord
Alcohol is zowel lichamelijk als geestelijk verslavend. Bij lichamelijke afhankelijkheid is je lichaam gewend geraakt aan alcohol. Dat betekent dat je ziek wordt en last van ontwenningsverschijnselen krijgt wanneer je stopt met drinken.

Bij geestelijke afhankelijkheid, verlang je enorm naar alcohol.

Slide 8 - Diapositive

Van een paar drankjes voel je je soms actiever, alcohol is dus:
A
een opwekkend middel
B
een verdovend middel
C
beide
D
geen van beide

Slide 9 - Quiz

uitleg bij je antwoord
 
 
Soms lijkt het alsof alcohol een opwekkend middel is maar dit is niet zo. Je kunt je er wel actiever (opgewekter) door voelen, dit komt omdat het ook je vermoeidheid onderdrukt. Vandaar dat je je wat fitter voelt. Het verdooft ook je remmingen waardoor je meer durft en spraakzamer wordt. Echter werkt dit alleen bij kleinere hoeveelheden. Als je meer drinkt dan zullen de verodvende effecten toenemen.

Slide 10 - Diapositive

Welke stof in tabaksrook is het meest schadelijk voor de gezondheid?
A
nicotine
B
teer
C
koolmonoxide
D
lood

Slide 11 - Quiz

uitleg bij je antwoord
Nicotine laat het hart sneller kloppen en zorgt onder andere voor een hogere bloeddruk en schade aan de binnenkant van de bloedvaten. Nicotine is ook de stof die roken verslavend maakt. Koolmonoxide zorgt voor een slechtere conditie, het zit in het bloed in plaats van zuurstof. Lood komt ook in rook maar zorgt niet voor zoveel schade aan de gezondheid als teer. Teer hoopt zich op in de longen waar het de gezonde longfunctie belemmert.

Slide 12 - Diapositive

Het meeroken van sigarenrook is minder schadelijk voor de gezondheid dan het meeroken van sigarettenrook.
A
waar
B
niet waar
C
alleen als je buiten bent en bij rokers staat
D
sigarettenrook is minder schadelijk want ze zijn kleiner dan sigaren

Slide 13 - Quiz

uitleg bij je antwoord
Veel mensen denken dat sigarenrook minder schadelijk is voor de gezondheid dan sigarettenrook. Dit is niet waar. Sigarenrook is juist ongezonder. Er zit meer teer, koolmonoxide en ammoniak in. De teer in sigarenrook bestaat uit meer kankerverwekkende stoffen dan de teer in sigarettenrook. Wel is het zo dat sigarenrokers minder inhaleren. Dat zou winst kunnen opleveren maar helaas is dat niet zo. Dat komt dan weer omdat een sigaar veel meer rook produceert dan een sigaret waardoor de roker toch veel rook inademt.

Slide 14 - Diapositive

Wat is het advies voor jongeren met betrekking tot het drinken van energiedrankjes?
A
tot 18 jaar niet doen, daarna max. 4 blikjes per dag
B
tot 13 jaar niet doen , daarna max. 4 blikjes per dag
C
tot 13 jaar niet doen, daarna max. 1 blikje per dag, na 18 jaar max. 4 blikjes per dag
D
tot 18 jaar niet doen, daarna max. 1 blikje per dag

Slide 15 - Quiz

uitleg bij je antwoord
Het goede antwoord is: Tot 13 jaar niet doen. Tussen 13 en 18 jaar maximaal 1 blikje per dag. Vanaf 18 jaar maximaal 4 blikjes per dag



Jongeren zijn extra gevoelig voor de negatieve gevolgen van cafeïne. Drink dus tot je 13e liever helemaal geen energiedrank en daarna tot je 18e maximaal 1 blikje per dag.

Slide 16 - Diapositive

Er zijn nog veel meer soorten verslavingen, wil je nog meer uitvinden dan  staat er op de site van Jellinek vind je nog veel meer quizjes  om je kennis te testen

https://www.jellinek.nl/informatie-over-alcohol-drugs/test-je-kennis/kennistesten/

Nog een filmpje over alcohol en de invloed ervan op je lichaam   =>=>=>

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

de opdracht 
Maak een muurkrant over verslaving. Je mag zelf uitkiezen welke verslaving. Verwerk ook in je krant wat er voor nodig is om te werken in de verslavingzorg.
Om een goede muurkrant te maken moet je eerst opzoeken waar een muurkrant aan voldoet.

Maak een foto van je muurkrant en upload deze op teams.


Slide 19 - Diapositive

extra informatie 
Selecteer link, klik op de link met rechtermuisknop  en klik dan op: ga naar.......

hoe maak je een muurkrant?
https://maken.wikiwijs.nl/userfiles/7638a6e013fffa3e3479cb0a079be17f.pdf
meer informatie over verslaving?
https://www.jellinek.nl/informatie-over-alcohol-drugs
Werken in de verslavingzorg?
https://www.afkickkliniekwijzer.nl/werken-in-de-verslavingszorg/
https://www.vnn.nl/waarom-werken-de-verslavingszorg


Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive