17 werelddoelen

17 werelddoelen
wat is de goede beschrijving ?
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

17 werelddoelen
wat is de goede beschrijving ?

Slide 1 - Diapositive

geen armoede
A
Het elimineren van extreme armoede door inkomen wereldwijd gelijk te maken
B
Het beëindigen van extreme armoede en het bieden van basisvoorzieningen aan iedereen.
C
Het richten op de bestrijding van alleen armoede in ontwikkelingslanden.
D
Het verhogen van belastingen op arme bevolkingsgroepen.

Slide 2 - Quiz

geen honger
A
Het stoppen van voedselverspilling in ontwikkelde landen.
B
Het waarborgen van voedselzekerheid en toegang tot voedzaam voedsel voor iedereen
C
Het verplichten van veganisme wereldwijd om voedselproblemen op te lossen.
D
Het verbieden van landbouwexport om honger lokaal aan te pakken.

Slide 3 - Quiz

goede gezondheid en welzijn
A
Het verbieden van alle medicijnen om overconsumptie te voorkomen.
B
Het richten op gezondheidszorg alleen voor vrouwen en kinderen.
C
Het bevorderen van traditionele geneeskunde als enige gezondheidsoptie.
D
Toegang bieden tot universele gezondheidszorg voor iedereen, ongeacht hun financiële situatie.

Slide 4 - Quiz

Kwaliteitsonderwijs
A
Het waarborgen van inclusief en kwalitatief basisonderwijs voor iedereen.
B
Het elimineren van alle examens om onderwijsstress te voorkomen.
C
Het bieden van gratis onderwijs op alle niveaus, inclusief universiteiten.
D
Het focussen op alleen technisch onderwijs in ontwikkelingslanden.

Slide 5 - Quiz

Gendergelijkheid
A
Het verplicht stellen van gelijke lonen voor mannen en vrouwen wereldwijd
B
Het verbieden van mannen om leidinggevende posities te bekleden.
C
Het versterken van de positie van vrouwen en meisjes in alle aspecten van de samenleving.
D
Het implementeren van wetten die mannen en vrouwen fysiek scheiden.

Slide 6 - Quiz

Schoon water en sanitair
A
Het oprichten van internationale organisaties die enkel grote waterbedrijven steunen.
B
Toegang bieden tot schoon drinkwater en sanitaire voorzieningen voor iedereen.
C
Het vervangen van alle bestaande waterzuiveringssystemen door nieuwe technologie.
D
Het beperken van watergebruik in ontwikkelingslanden om watervoorraden te sparen.

Slide 7 - Quiz

Betaalbare en duurzame energie
A
Het bieden van toegang tot duurzame energie voor iedereen tegen betaalbare prijzen.
B
Het beperken van energievoorziening om overconsumptie te voorkomen.
C
Het beëindigen van investeringen in hernieuwbare energieprojecten.
D
Het promoten van fossiele brandstoffen met lagere emissies.

Slide 8 - Quiz

Waardig werk en economische groei
A
Het garanderen van banen met hoge salarissen voor iedereen, ongeacht ervaring.
B
Het bevorderen van inclusieve economische groei en het creëren van fatsoenlijke banen.
C
Het implementeren van een werksysteem van slechts 10 uur per week wereldwijd.
D
Het verbieden van arbeidsmigratie om banen lokaal te behouden.

Slide 9 - Quiz

Industrie, innovatie en infrastructuur
A
Het bouwen van wegen en bruggen in ontwikkelingslanden zonder onderhoudsplan.
B
Het investeren alleen in digitale infrastructuur en technologie.
C
Het stoppen met traditionele industrieën om duurzaamheid te bevorderen.
D
Het versterken van duurzame infrastructuur en bevorderen van innovatie.

Slide 10 - Quiz

Ongelijkheid verminderen
A
Het verminderen van ongelijkheden in inkomen en kansen tussen en binnen landen.
B
Het verplicht herverdelen van rijkdom tussen landen.
C
Het beperken van migratie om sociale ongelijkheden te voorkomen.
D
Het verhogen van belastingen voor minderbedeelden om overheidsinkomsten te verhogen.

Slide 11 - Quiz

Duurzame steden en gemeenschappen
A
Het vervangen van alle bestaande steden door futuristische megasteden.
B
Het verhuizen van mensen uit landelijke gebieden naar stedelijke gebieden.
C
Het maken van steden veilig, veerkrachtig en duurzaam voor iedereen.
D
Het beperken van bouwvoorschriften om bouwkosten te verlagen.

Slide 12 - Quiz

Verantwoorde consumptie en productie
A
Het beperken van productie in ontwikkelde landen.
B
Het bevorderen van duurzame productie- en consumptiepatronen wereldwijd.
C
Het verbieden van consumenten om producten uit ontwikkelingslanden te kopen
D
Het elimineren van de landbouwsector vanwege milieuproblemen.

Slide 13 - Quiz

Klimaatactie
A
Het verminderen van broeikasgasemissies door fossiele brandstoffen volledig te verbieden.
B
Het verplichten van iedereen om een elektrische auto te kopen.
C
Het annuleren van alle grote klimaatbijeenkomsten om kosten te besparen.
D
Het nemen van dringende maatregelen om klimaatverandering te bestrijden.

Slide 14 - Quiz

Leven in het water
A
Het afsluiten van alle oceanen voor menselijke toegang.
B
Het vergroten van de visserijproductie om economische groei te stimuleren.
C
Het beschermen en duurzaam gebruiken van oceanen, zeeën en maritieme hulpbronnen.
D
Het bouwen van drijvende steden in de oceanen als oplossing voor klimaatverandering.

Slide 15 - Quiz

Leven op het land
A
Het herstellen en beschermen van ecosystemen en bossen wereldwijd.
B
Het aanplanten van bossen ten koste van stedelijke gebieden.
C
Het vervangen van bedreigde diersoorten door genetisch gemodificeerde varianten.

Slide 16 - Quiz