H6.1 inc video's + quizvragen

timer
3:00

Blz 163 + schrift op tafel. Ipad niet nodig 
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 7 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

timer
3:00

Blz 163 + schrift op tafel. Ipad niet nodig 

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
    Je leert welke productiefactoren nodig zijn om te produceren.

    Je leert wat het verschil is tussen arbeidsintensief en kapitaalintensief produceren.

    Je leert wat een bedrijfskolom is, en wat toegevoegde waarde betekent.




    Slide 2 - Diapositive

    Lesopzet 
    - Hw-opdracht bespreken, opdracht 13 
    - Instructie met video's en 3 opdrachten samen maken 
    - Aan de slag
    - Afsluiten met een quiz

    Slide 3 - Diapositive

    blz 163
    Schrijf mee.

    Slide 4 - Diapositive

    Leerdoel 1: Je leert welke productiefactoren nodig zijn om te produceren.

    Slide 5 - Diapositive

    Slide 6 - Vidéo

    Beloningen van de productiefactoren
    Kapitaal
    Arbeid
    Natuur
    Ondernemerschap
    huur, rente
    loon
    pacht
    winst

    Slide 7 - Diapositive

    Beloningen opgeteld = totale toegevoegde waarde
    Kapitaal
    Arbeid
    Natuur
    Ondernemerschap
    huur, rente
    loon
    pacht
    winst

    Slide 8 - Diapositive

    timer
    2:30

    Slide 9 - Diapositive

    Slide 10 - Diapositive

    Leerdoel 2: Je leert wat een bedrijfskolom is, en wat toegevoegde waarde betekent.

    Slide 11 - Diapositive

    Slide 12 - Vidéo

    Wat is een bedrijfskolom?
    Alle  bedrijven die na elkaar meewerken 
    aan een product.

    Slide 13 - Diapositive

    Toegevoegde waarde
    Elke schakel in de bedrijfskolom voegt waarde toe aan een product. 

    Slide 14 - Diapositive

    Slide 15 - Diapositive

    Leerdoel 3: Je leert wat het verschil is tussen arbeidsintensief en kapitaalintensief produceren.

    Slide 16 - Diapositive

    arbeidsintensief : Veel met de hand werken. Verpleegkundige, kapper, arts, etc
    Arbeidsintensief:
    bedrijven met hoge arbeidskosten, omdat de productie daar vooral tot stand komt door menselijke arbeid (vaak dienstverlenende bedrijven).
    Arbeidsintensief of kapitaalintensief?
    kapitaalintensief: Veel kapitaalgoederen (machines en computers) worden gebruikt.
    Voordeel: goedkopere productie
    Kapitaalintensief:
    bedrijven die in verhouding veel gebruik maken van kapitaalgoederen. Zij hebben ook hoge afschrijvingskosten.

    Slide 17 - Diapositive

    Blz 162

    Slide 18 - Diapositive

    Als je de vorige les er niet was kan je in de LessonUp een video bekijken over hoe je afschrijvingskosten kunt berekenen.

    Slide 19 - Diapositive

    Slide 20 - Vidéo

    Aan de slag, straks quiz
    - Blz 160 t/m 163  (in de LessonUp staan extra uitlegvideo)
    - opdracht 1 t/m 13  (hw-controle volgende les)
    - Nakijken + verbeteren. Let op opdracht 9 en 12. 

    Klaar? --> op blz 180, opdracht 1 t/m 7 maken 
    Klaar? --> nakijken + verbeteren 

    timer
    15:00

    Slide 21 - Diapositive

    Welke beloning hoort bij welke productiefactor?
    Sleep de beloningen naar de juiste plek.
    ondernemersschap
    natuur
    arbeid
    kapitaal
    salaris
    rente
    pacht
    huur
    winst

    Slide 22 - Question de remorquage

    De vier productiefactoren zijn ...

    Slide 23 - Question ouverte

    Hoe produceert een timmerman?
    A
    arbeidsintensief
    B
    kapitaalintensief

    Slide 24 - Quiz

    Een bedrijf met veel machines is ...
    A
    arbeidsintensief.
    B
    kapitaalintensief.

    Slide 25 - Quiz

    Het schilderen van een huis is ...
    A
    kapitaalintensief.
    B
    arbeidsintensief.

    Slide 26 - Quiz

    Wat is een bedrijfskolom?

    Slide 27 - Question ouverte

    Uitlegvideo's staan in de volgende 3 slides

    Slide 28 - Diapositive

    Slide 29 - Vidéo

    Slide 30 - Vidéo

    Slide 31 - Vidéo

    Slide 32 - Vidéo