H 6.3 deel 1

§6.3- westerse wereldrijken
Modern imperialisme
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

§6.3- westerse wereldrijken
Modern imperialisme

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

In deze paragraaf leer je:
  • Waardoor koloniale wereldrijken ontstonden.
  • Hoe het imperialisme plaatsvond in Azië.
  • Hoe het imperialisme plaatsvond in Afrika.
  • Hoe Nederland zijn koloniale rijk uitbreidde.

Slide 3 - Diapositive

Europa verovert de wereld

Na de ontdekkingsreizen:

Kolonialisme - Handel met de kustgebieden in luxe producten: specerijen, zijde, goud, zilver. Gebruik van slaven in de kolonie.


Na de industrialisatie:

Modern Imperialisme - Grondstoffen delven en het land gebruiken als afzetmarkt. Slavernij afgeschaft, wel uitbuiting.

Slide 4 - Diapositive

Modern imperialisme


Een wereldrijk veroveren vanaf 1870

Slide 5 - Diapositive

Tijd na 1870
  • Na 1870 krijgen Europese landen door het opkomende nationalisme en de industriele revolutie andere belangen.
  • Ze veroveren nu ook de binnenlanden van Afrika en Azië . Zo breidden ze hun kolonies uit tot een echt imperium. Deze tijd van veroveringen wordt modern imperialisme genoemd.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Wat is modern imperialisme?
A
Veel grond in Europa veroveren
B
Veel kolonies stichten in Zuid Amerika
C
Veel grond veroveren en besturen in Afrika en Azie
D
Veel handelen met kolonies

Slide 8 - Quiz

Kolonialisme is hetzelfde als imperialisme
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Hoort dit product bij
A
Kolonialisme want verbouwd door slaven
B
Modern Imperialisme want een grondstof voor de industrie
C
Nationalisme want komt uit Amerika
D
Liberalisme want het zorgde voor vrije handel

Slide 10 - Quiz

Horen deze producten bij
A
Kolonialisme
B
Modern imperialisme
C
De cinnammon challenge
D
Brits-Indië

Slide 11 - Quiz

Modern Imperialisme
  • Voor Industrie zijn grondstoffen nodig: deze kwamen voor een groot deel uit de kolonies.
  • Modern imperialisme: zo veel mogelijk kolonies willen bezitten.

Slide 12 - Diapositive

19e eeuw


- Engeland is oppermachtig

- Bescherming koloniën

- Vrije handel beschermen


Waarom


Wat heeft industrialisatie te maken met vrije handel?

Slide 13 - Diapositive

  • Er waren verschillende oorzaken voor het ontstaan van dit imperialisme

  1. De Europese landen hadden door de industrialisatie meer grondstoffen nodig, deze grondstoffen(zoals katoen, olie, rubber en kolen) konden ze in hun kolonie ophalen
  2. De producten die de Europeanen maakten konden weer in de kolonie verkocht worden
  3. Door het nationalisme vonden Europese landen het belangrijk om een groot rijk te hebben

Slide 14 - Diapositive





The White Man's Burden
"De last van de blanken"
'De blankelingen hebben de plicht om de wereld te overheersen. De blankelingen moeten de wereldse bevolking opvoeden en welvaart realiseren.'

Slide 15 - Diapositive

'The White mans burden' van Rudyard Kipling. 
Draag uw last, o blanke man,
Zend steeds vooruit uw besten.
Stuur uw zoons in ballinschap, om uw gevang'nen vet te mesten. 
Om daar in zwaar harnas te waken. 
Over volk verward en wild,
Duivels, kinds en onderdrukt, Doe het zacht en doe het mild.
Draag u last, o blanke man, Gehoorzaam met geduld. Maskeer de dreiging van terreur, Wees u bewust van schuld. 

Slide 16 - Diapositive

De Britse dichter Kipling had het over 'the white mans' burden'. Wat bedoelde hij hier mee
A
Dat witte mensen het veel zwaarder hadden dan mensen van kleur, omdat zij alles zelf moesten doen.
B
dat de witte bevolking superieur was aan de koloniale bevolking en daarom de koloniale bevolking moest opvoeden
C
Dat witte mensen in de koloniale gebieden met veel haat te maken kregen
D
Dat witte mensen alles zelf moesten doen, omdat de mensen in de kolonies te lui zijn om te werken.

Slide 17 - Quiz

Welke uitspraak past er het beste bij het gedicht "The White man's burden"
A
Europa mag heersen over de wereld
B
Europa moet heersen over de wereld
C
Azië mag over zichzelf heersen
D
Europa en Azië heersen samen over de wereld

Slide 18 - Quiz

Welke economische motieven waren er voor het modern imperialisme?
A
grondstoffen en afzetmarkten
B
arbeidskrachten en grondstoffen
C
slaven en afzetmarkten
D
grondstoffen en eindprodukten

Slide 19 - Quiz

1: Het modern imperialisme kwam door de industrialisatie in Europa
2: Modern imperialisme en westerse beschaving opleggen gingen samen
A
alleen uitspraak 1 klopt
B
alleen uitspraak 2 klopt
C
geen van de uitspraken kloppen
D
beide uitspraken kloppen

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Vidéo

Modern imperialisme in Afrika

Slide 22 - Diapositive

Imperialisme in Afrika
  • In de 19e eeuw ontstaat er een race tussen de Europese landen om zoveel mogelijk gebieden

  • Alle grootmachten willen een stukje van Afrika in hun bezit hebben

  • Afrika wordt in een paar jaar tijd volledig verdeeld tussen de Europese landen

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Kijk de gemaakte opdr. na van par 6.2

Slide 28 - Diapositive

1. "Het modern imperialisme kwam door de
Europese industrialisatie."
2. "Modern imperialisme was een gevolg van de
white man's burden."
A
uitspraak 1 is juist uitspraak 2 is onjuist
B
uitspraak 1 is onjuist uitspraak 2 is juist
C
Beiden uitspraken zijn onjuist
D
Beiden uitspraken zijn juist

Slide 29 - Quiz

Slide 30 - Diapositive


Wie is de 'schoolmeester'?
A
Uncle Tom
B
Uncle John
C
Uncle Sam
D
Uncle Donald

Slide 31 - Quiz


Wie krijgt er
geen les ?
A
de zwarte Amerikaan
B
de blanke Amerikaan
C
de indiaan
D
de Zuid-Amerikaan

Slide 32 - Quiz

Modern imperialisme

Slide 33 - Diapositive


Welk motief voor het modern imperialisme
zie je in de bron?
A
afzetmarkten
B
macht
C
beschaven
D
grondstoffen

Slide 34 - Quiz

Azië en Afrika
economisch
GB en Frankrijk
invloedssferen
koloniaal
nationalisme
protectoraat
modern imperialisme
superioriteitsgevoel

Slide 35 - Question de remorquage